Maloe Melo

Amsterdamse podia - aflevering 3

Tekst: Astrid Engelen, foto's: Miranda Termaat ,

Jeff Healy, de Seatsniffers, Patti Smith en de Paladins: allemaal hebben ze op het podium van Maloe Melo gestaan. Er is veel gebeurd binnen de muren van de kroeg aan de Lijnbaansgracht. Elke avond is er muziek en geen avond is hetzelfde. Wel zijn een paar gezichten binnen Maloe Melo vertrouwd: eigenaar Jur en zijn zonen Patrick en Marcel. Een reportage over Maloe Melo, home of the blues.

Amsterdamse podia - aflevering 3

Sinds begin jaren tachtig is de Maloe Melo een ontmoetingsplek voor artiesten en muziekliefhebbers. In het begin werd voornamelijk blues geprogrammeerd, maar ook liefhebbers van bij voorbeeld rock ’n roll, ska, country en punk komen aan hun trekken. In de VS is Maloe Melo misschien nog wel bekender dan in ons eigen land. Dit resulteert wel eens in verbaasde blikken van artiesten en bezoekers die van overal ter wereld komen. Het komt wel eens voor dat bands enorme gages vragen omdat ze met een grote zaal te maken denken te hebben, maar daar doet Maloe Melo niet aan. Het blijft intiem en toegankelijk.

In 1984 werd Jur uitbater van Maloe Melo. Een logische stap, want hij was – en is nog steeds – gepassioneerd door muziek en organiseerde toen al tijden bluessessies. Hij moest alleen nog even zijn horecapapieren halen en leren tappen. Nu, bijna 25 jaar later, is hij de perfecte gastheer. Bijna, want de ‘home of the blues’ is vier jaar dicht geweest. Jur moest het pand aan de Lijnbaansgracht uit. Dat was in 1991. Vier jaar later vroeg de brouwerij of hij interesse had in een pand een paar deuren verderop van de oorspronkelijke locatie. Dat had hij. De feestelijke heropening van Maloe Melo aan de Lijnbaansgracht 163 was in 1995 een feit.

Jur spot lege glazen onmiddellijk en zoals het een goede gastheer betaamt, zorgt hij prima voor de bezoekers en de artiesten. Als van het podium het woord ‘dorst’ klinkt uit de mond van zanger Ritch van de Alley Cats is Jur er als de kippen bij om de band een biertje te brengen. De Alley Cats kwamen op het laatste moment nog optreden. Een vriendendienst, omdat iemand van de Jailbirds, band die eigenlijk zou komen, had afgezegd vanwege een gebroken been. Typisch Maloe Melo: geen stress, gewoon een andere band en toch een geweldige avond.

Een sigaret kan hij niet regelen voor de bands op het podium, want ook in de Maloe Melo mag niet meer gerookt worden. Een vreemd gezicht voor de regelmatige bezoeker: Jur zonder sigaar in de mond. Zijn zoon Patrick staat al 25 jaar in het café. Op zijn 15e begon hij. Ook Patrick houdt van een sigaartje. Vader en zoon vinden het rookbeleid maar niks. De Scherpenzeeltjes hebben al behoorlijk wat klanten verloren die eerst regelmatig kwamen drinken, roken, kaarten en ouwehoeren. “Ik heb in al die jaren meer mensen aan drank ten onder zien gaan dan aan roken,” aldus Patrick, die zelf geen druppel alcohol meer drinkt. In tegenstelling tot vroeger, toen hij 50, 60 bier op een avond wegtikte.

In Maloe Melo komen bands die nergens anders in Amsterdam optreden. Jur heeft een gigantisch netwerk. Hierdoor komen van alle kanten tips bij hem terecht. Het criterium om een bepaalde artiest te boeken is dat de muziek je moet raken. Jur: “Iets klinkt goed of niet. Het is een gevoel.” De hele muur in de zaal hangt vol met foto’s van bands en artiesten. Vaak staat Jur er bij, al dan niet zelf op het podium, want hij speelt accordeon. Met Lazy Sunday Dream ging hij in ’91 op wereldtournee.

Zoon Marcel is ook muzikant en staat elke maand op het podium voor een bluessessie in de Maloe Melo. Iedereen met een instrument mag aanhaken om mee te jammen. Beloning is podiumervaring en een borreltje. Patrick is amuzikaal, maar deelt de passie voor muziek met zijn vader en broer. Hij heeft een gigantische muziekverzameling. Een deel van de collectie is gearchiveerd in de database www.patrecords.com. Jur heeft ook nog twee dochters, van wie de jongste dit jaar al op 17-jarige leeftijd in het Concertgebouw optrad (ze drumt). Zijn oudste dochter werkt zelf in de horeca.

Maloe Melo is een instituut. Dat blijkt ook uit het feit dat er een documentaire is gemaakt: Maloe Melo, Home of the Blues. Jur, Patrick en Marcel werden hiervoor lange tijd gevolgd door Ruben Harry en Rein Hazewinkel. De film biedt een kijkje in het leven van de Maloe Melo, maar laat de mannen ook zien in hun dagelijks leven. De blues loopt als een rode draad door de documentaire (te koop aan de bar).

Op het gebied van relaties hebben de Scherpenzeel-mannen niet zelden last van de blues. De meeste dames vinden het in eerste instantie wel interessant, die rock ’n roll levensstijl, maar na verloop van tijd haken ze toch af omdat ze de aandacht missen waar ze op hopen. De heren Scherpenzeel leven volgens de gouden regels van de rock ’n roll en de rock ’n roll gaat nou eenmaal voor het meisje. Jur’s regel “eerst een wip, dan een dansje,” heeft hem tot nog toe geen problemen opgeleverd. Ondanks zijn realistische Jordanese inborst is Jur een lieve, gepassioneerde man: hij is gek op zijn kinderen en zorgt in zijn kroeg met liefde voor de klanten. Zoals hij zelf zegt: “Er gaat toch niks boven de liefde?”

Al die jaren Maloe Melo leveren talloze anekdotes op. In 1995, bij de heropening, zou Herman Brood komen optreden. Maar omdat hij niet door de menigte kon keerde hij maar weer om. Of die keer in de beginjaren, dat Bruce Springsteen binnenwaaide en op het podium sprong. Die avond had Jur geen fototoestel bij zich. Dat is hem sindsdien niet meer overkomen: alles wordt vastgelegd. Resultaat hiervan is dat Jur stapels fotoboeken heeft en achter elke foto zit een verhaal. De mooiste foto’s hangen aan de muur.

In Maloe Melo draait het niet alleen maar om de muziek. Veel mensen komen er voor de gezelligheid, met de muziek als aardige bijkomstigheid. Achter het podium leidt een deur naar de opslagruimte, door Jur liefkozend het “fok hok” genoemd. Over details over het fok hok is Jur vaag. Hij wil alleen kwijt dat er “wel eens iets is gebeurd.” Ook de betekenis van de naam Maloe Melo wil hij eigenlijk niet verklappen. Dat ziet hij niet graag expliciet op papier of in cyberspace. Niet alleen in het fok hok gebeurt nogal eens iets, ook het damestoilet is een hotspot voor spannende ontmoetingen. Daar treft hij na sluitingstijd wel eens een slipje aan, of een bh.

Wensen qua artiesten die Jur nog graag in zijn etablissement zou zien heeft hij niet. Zolang ze maar geen kapsones hebben. “Waarom zou je kapsones hebben? Ik ben een Jordanees, kapsones hebben is toch nergens voor nodig?” Hij woont niet meer in de Jordaan: dat is tegenwoordig onbetaalbaar vanwege de komst van de yuppen. Wel woont hij nog op een steenworp afstand van zijn bar. Om de drukte van de stad te ontvluchten gaat hij ’s zomers naar zijn vakantiehuisje bij de Nieuwe Meer. Daar ontspant hij onder zijn vijgenboom. Ondanks zijn pensioengerechtigde leeftijd ziet Jur zichzelf nog wel jaren doorgaan. Zijn enige toekomstdroom: Maloe Melo in Portugal.

Marcel presenteert met Wolfpin op 3 januari hun nieuwe cd in –waar anders?- Maloe Melo.