De naam Davie Lawson zindert al een tijdje rond in het Amsterdamse singer-songwriterwereldje. In april 2007 bracht de artiest in Nederland zijn debuutalbum uit. Hoe komt een jongen uit Wales in Nederland terecht? Het verhaal van Davie Lawson is afgedekt met een sluier van nevel, waardoor muziekliefhebbers er lustig op los speculeren.
Davie Lawson zit er ontspannen bij, roert in zijn cappuccino en lacht als hij geconfronteerd wordt met de verhalen die over hem de rondte doen. Zo zou hij al jaren in Amsterdam wonen, en zou hij de eerste keer dat hij in een café wat nummers speelde direct een platencontract aangeboden hebben gekregen. "Ik weet niet hoe die verhalen de wereld in komen," grinnikt hij, "het ging snel, maar niet zó snel. En ik ken Amsterdam goed, maar heb er nooit gewoond."
"Toen ik nog in Dublin woonde, speelde ik op straat en betaalde ik mijn huur met een zak kleingeld. Mijn vriendin besloot toen in Wageningen te gaan studeren, en ik ging met haar mee. Daar heb ik geen moment over getwijfeld. Ik wilde altijd al meer tijd aan muziek besteden, en dat kon ik ook in Nederland doen. Op een dag zaten mijn vriendin en ik in een café toen iemand aan ons vroeg wat we in Nederland deden. Ik zei dat ik muzikant was, waarop hij vroeg of ik in het café wilde optreden. Het was echt vreselijk, ik kwam nauwelijks boven het geluid van de koffiemachine uit. Dat was mijn eerste optreden."
Davie Lawson speelde een aantal keer op de open singer-songwriteravonden in café Sappho, waar hij werd opgemerkt door leden van de Amsterdam Songwriters Guild. Dan Tuffy, van platenlabel Smoked Recordings, bood Lawson aan een paar nummers op te nemen in zijn studio. Dit beviel zo goed dat een paar weken later besloten werd nog meer nummers op te nemen. Zo komt het dat debuutalbum Konichiwa? inmiddels uitgebracht is in Nederland, België en Luxemburg, en dat de bescheiden singer-songwriter regelmatig in Nederland verblijft om het album te promoten.
In de maand september doet Davie Lawson vooral instores en een paar optredens. Eén van de optredens was in Winston Kingdom in Amsterdam. Aanwezig: zo'n dertig luid converserende toeschouwers. "Echt een teleurstelling," zucht Lawson, de ogen neergeslagen. "Ik weet niet waarom er zo weinig mensen waren. Het album doet het heel goed. Misschien was het gewoon de verkeerde plek op de verkeerde tijd. Of misschien heb ik te weinig mensen verteld dat ik zou spelen. Ik probeer nu zo veel mogelijk te spelen, en ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk mensen mijn naam leren kennen."
Van Konichiwa? zijn in eerste instantie vijfhonderd exemplaren gemaakt, maar door die voorraad is Davie Lawson inmiddels bijna heen. "Dat klinkt als heel weinig, maar vijfhonderd mensen betalen geld om naar een cd van mij te luisteren! Ze komen naar een optreden, vinden het leuk en dan kopen ze de cd. Voor mij is dat een geweldig compliment. Het is wel lastig om rond te komen van de muziek, maar het gaat net. Tijdens de opnames heb ik op de gekste plekken geslapen. Op een zoldertje tussen de bierflesjes, of in een hostel waar ik met mijn portemonnee in mijn kussensloop sliep. Maar dit leven geeft me heel veel voldoening."
In de pers doemden na het uitbrengen van Konichiwa? al gauw vergelijkingen op met Nick Drake, Bright Eyes en John Cale. "Zodra ik zeg dat ik muzikant ben denken mensen dat ik een wandelende muziekencyclopedie ben. Dan zeggen ze 'je klinkt als een jonge John Cale'. Ik heb John Cale nog nooit gehoord! Ik weet niet waar de vergelijking tussen hem en Nick Drake vandaan komt, misschien stond het in het persbericht van het label of zoiets. Ik weet het niet. Ik kom uit Groot-Brittannië en klink volgens sommige mensen een beetje somber, dat is denk ik wat Nick Drake en ik gemeen hebben. Er zijn heel veel singer-songwriters die veel meer als Nick Drake of Bright Eyes klinken dan ik.
"Ik haat het woord singer-songwriter. Ik schrijf nummers en ik zing ze, maar dat is geen keuze. Als ik een keuze had zou ik met een band spelen. Ik vind spelen met andere muzikanten geweldig. De term singer-songwriter betekent niks. Ben ik minder zanger als ik mijn eigen nummers niet schrijf? Of minder liedjesschrijver als ik mijn eigen liedjes niet zing?"
Lawson's debuutalbum Konichiwa? ("Het enige Japanse woord dat ik ken") bevat tien nummers die een melancholische sfeer ademen en soms ronduit droef klinken. Stel je daarbij liedjes voor met titels als When The Money Left, So Did The Priest, Your Son May Grow To Be A Pauper of My Country Is Where The Land It Rains (Momma). "Voor ik begon met opnemen had ik wel veertig nummers. Je denkt altijd dat je nieuwste nummers je beste zijn, maar ik koos op dat moment niet de nieuwste nummers uit. Ik koos wat er in me opkwam. Volgens mij klink ik vooral heel eerlijk. Ik weet niet waarom mensen het droevig vinden. Ik heb een leuke jeugd gehad en denk niet dat ik een rotleven heb. Ik ben gewoon geen optimist, ik heb nog nooit een vrolijk liedje geschreven. Wie gaat er nou voor zitten om een vrolijk liedje te schrijven? 'Ik was vandaag heel blij en heb het leuk gehad met mijn vrienden'. Dat doet toch niemand?"
"Vaak gaan mijn nummers over dingen die ik lees. Soms zijn ze best persoonlijk. Als je in een trein zit, en het landschap schiet voorbij, zie je al die dingen die mensen al zo vaak hebben gezien. Dan moet je wel dingen missen. Misschien gaat mijn muziek over dingen die je mist en over verlies. Ik heb iets met dingen die voorbij gaan. Ik wil vooral niet vergeten worden."
In november komt Davie Lawson terug voor een uitgebreidere tour door Nederland en België.
Van Davie Lawson en de dingen die voorbij gaan
Bescheiden zanger haalt veel voldoening uit muziek
Het leven van een beginnend muzikant gaat niet altijd over rozen. Een interview met Davie Lawson, over zijn band met Amsterdam, spelen op straat, slapen tussen de bierflesjes en melancholie. "Ik wil niet vergeten worden."