65daysofstatic blaast publiek omver met muur van gitaargeweld

Britten overdonderen veel te lege zaal

Tekst: Ester Meerman Foto's: Martijn Eerens, ,

Je zou in de constante stortvloed van Engelse indiebandjes bijna vergeten dat er aan de overkant van de sloot ook nog andere muziek gemaakt wordt dan de poppy meezingers van Kaiser Chiefs en de lieflijke koortjes van The Magic Numbers. Het instrumentale math-rock kwartet 65daysofstatic liet met een genadeloze set zien hoe het ook anders kan.

Britten overdonderen veel te lege zaal

65daysofstatic werd in 2001 opgericht en bracht in 2004, na wat personeelswisselingen, haar debuutalbum The Fall Of Math uit. In 2005 volgde One Time For All Time en een derde cd, The Destruction Of Small Ideals ligt sinds april van dit jaar bij de platenboer. Door de Britse muziekbladen wordt de band op handen gedragen, maar een echte doorbraak naar het grote publiek zat er tot nu toe niet in. 65daysofstatic wordt vaak op een hoop gegooid met de post-rock van Explosions In The Sky, Mogwai en Godspeed You! Black Emperor, maar dit doet de band geen recht. De instrumentele math-rock van 65daysofstatic is agressiever en complexer en heeft meer overeenkomsten met Don Cabalerro en het inmiddels ter ziele gegane Botch. Het overgrote deel van de nummers wordt gedragen door agressieve drums, die voor de rest van de band een basis van complexe ritmestructuren neerleggen. Drummer Rob Jones gaat van 7/8 via 11/8 naar 13/8 om als kort rustpunt uit te komen bij een vierkwartsmaat. Aangevuld met de vervormde gitaarpartijen van Joe Shrewsbury en Paul Wolinski en stuwende baslijnen van Simon Wright is het math-rock plaatje compleet. De zaal wordt warm gedraaid met een selectie uit 65daysofstatic’s eigen Unreleased/Unreleasable, een serie van drie cd’s met onnavolgbare geluidscollages en losse opzetjes voor nieuwe nummers. De serie is nooit officieel uitgebracht, maar was enkele jaren geleden sporadisch te koop bij optredens. De mannen van 65daysofstatic spelen voor het eerst in Amsterdam en de omstandigheden zijn verre van ideaal. Na uren in de file gestaan te hebben komen ze 15 minuten voordat de zaal open gaat in Paradiso aan. Na een überkorte soundcheck staan ze met het avondeten nog halverwege hun slokdarm op het podium. De eerste nummers komen er dan ook niet bepaald vlekkeloos uit, maar de overtuiging en inzet van de band maakt veel goed. Waar 65daysofstatic op plaat voldoende rustpunten bevat, is er live weinig ruimte voor kalmte. Wolinski loopt zo heen en weer te stuiteren over het podium dat hij herhaaldelijk de kabel uit zijn effectpedaal loopt en Shrewsbury mishandelt zijn Telecaster dusdanig dat hij na vrijwel ieder nummer een vers gestemde gitaar nodig heeft. De twee gitaristen creëren een muur van gitaargeweld die de bezoekers zowat omver blaast. Er is vrijwel geen contact met het publiek, afgezien van iedere paar nummers een ‘thank you’, maar dat gebrek aan communicatie maakt eigenlijk niet zo veel uit. De intensiteit van de muziek maakt veel goed. Geen van de leden is uitgesproken aanwezig op het podium. Shrewsbury en co. zou je op straat zo voorbij lopen, maar met instrumenten in hun handen laten ze een verpletterende indruk achter. Het lijkt erop dat 65daysofstatic vooral qua naamsbekendheid nog wat werk te verrichten heeft. De kleine zaal van Paradiso is nog niet eens half gevuld. Dat is jammer voor een band die zulke goede muziek maakt en haar nummers met hart en ziel ten gehore brengt. 65daysofstatic Gezien: Paradiso, 7 juni 2007