Feestelijke finale van de Winston Popprijs

Karmakonga komt na fantastische show als winnaar uit de bus

Joost de Jong, ,

Zaterdag 8 april vond de finale van de Winston Popprijs plaats in de oude zaal van de Melkweg. Op de kandidatenlijst stonden BombLB, Dodge this, Furies, Glenister, Karmakonga en Levetation. Een feestelijke avond met weinig verrassingen.

Karmakonga komt na fantastische show als winnaar uit de bus

Rond kwart voor negen, in de oude zaal van de Melkweg, wordt duidelijk dat zangeres Jolien Grunberg een machtige stem heeft. Wou, presentator van de Winston Popprijs, heeft zojuist de Furies aangekondigd en alleen diegenen met een hart van steen worden niet vrolijk van de muziek van het energieke trio, dat behalve Grunberg bestaat uit Wouter Bekers (bas) en Léon Schmitz (drums.) Begint het optreden met gebrek aan structuur en strakheid, naarmate het (korte) optreden vordert, worden de nummers beter en strakker en kan men vooraan inderdaad enkele enthousiastelingen los zien gaan. Het trio zou er misschien goed aan doen een blazer of violist te zoeken om de sound te completeren. Niettemin zet de band een goede show neer, die vlamt en met name dankzij de uitstekende zang doet denken aan No Doubt in betere tijden. Op de volgende band had ik mijn zinnen gezet. Glenister brengt vlotte ongecompliceerde poprock, muziek waar ik zelf niet vies van ben. Zanger/gitarist Ronald Straetemans heeft zijn ogen mooi opgemaakt – toch?- en doet daarom een beetje denken aan Brian Molko van Placebo. Die vergelijking is echter volledig gebaseerd op visuele waarneming, want van de zang is, op een paar kreten na, bijna niets te horen. Tel daarbij op dat de andere bandleden (dummer Erik Adama, bassist Johan Wulterkens en invallend toetsenist Helge Slikker) af en toe hun eigen vlotheid niet bij lijken te houden en dat de muziek af en toe zo simpel is dat het niet meer spannend is. Glenister stelt deze avond teleur, en hun sterke kanten – snelheid, simpelheid – lijken zich tegen hen te keren. Hun studiowerk klinkt stukken beter. Daardoor valt het optreden een beetje in het niet bij de goede openingsshow van de Furies. Op de show van Karmakonga, de derde band van de avond, valt absoluut niets af te dingen. Het optreden is foutloos, tot in de puntjes verzorgd en bomvol energie. Niet alleen energie trouwens, het podium is ook goed gevuld met muzikanten, die als één grote feestmachine alle heupen dwingen te bewegen. Misschien heeft een enkeling zich geërgerd aan de reggae-met-dikke-laag-pindakaas-en-salsasaus-en-peper-in-je-reet, omdat de trompettist als een Bez op het podium stond wanneer hij niets te doen had, maar bij het overgrote deel van de zaal – mijzelf incluis – ging het erin als koek. Nummer vier van de avond, Levetation, heeft een tamelijk grote schare fans meegebracht, en dat is maar goed ook: zo voorkomen ze het gevreesde beleefde applausje na de nummers. ‘Laat dit alsjeblieft een parodie zijn,’ denk ik als de bandleden zich naar hun aanhangers buigen als ware ‘rocksterren,’ maar ze blijken zichzelf nogal serieus te nemen. Rockclichés volgen elkaar in hoog tempo op. Gelukkig kunnen de fans het wel waarderen, en blijft het tomatenwerpen uit. Overigens zit het optreden technisch gezien netjes in elkaar. Netjes. Maar echte rocksterren zijn niet netjes. DJ I scream, die de avond aan elkaar draait, laat Living on a prayer horen. Hoe toepasselijk. Dodge this is niet zo’n mooie naam voor een band, maar hun muziek is gelukkig niet zo afgezaagd en de muziek van de vorige band. Misschien zijn ze zelfs iets te bijzonder voor deze avond, want hun muziek is een stuk ontoegankelijker dan die van de andere bands. Niettemin doet zanger Andres van Beek een grote duit in het feestzakje door in pak en jas gehuld met dollars te smijten. Een echte showman, maar toch heeft de frontman moeite het enthousiasme van het publiek vast te houden, vanwege de rommelige en ontransparante composities. Maar aan de teksten is veel aandacht besteed, en wees eerlijk: bands die liedjes schrijven over Amsterdam, daar houden we toch allemaal wel een beetje van? De afsluiter van de avond is het Tilburgse BombLB. BombLB belooft ‘Phonk,’ en dat is precies wat ze ons geven. De band speelt strak, phonkt de pan uit, en iedereen moet meedoen, of ze nou willen of niet. De teksten van rapper/zanger Bas ‘Boon’ Olijerhoek zijn dan wel niet zo poëtisch als die van zijn voorgangers, hij brengt ze overtuigend en ze slaan aan bij het publiek. Wat valt er verder nog te zeggen? Ze hebben het zelf al het beste geformuleerd: deze muziek Phonkt, en goed ook. De avond was feestelijk, maar aan het einde zit het er toch echt aan te komen: de uitslag. Zeven programmeurs van de podia P60, de Kade, het Patronaat, Speakers, Winston en een vertegenwoordiger van stichting GRAP vormen de jury die voor de moeilijke taak staat de winnaar, die een indrukwekkende lijst van optredens op verschillende Nederlandse poppodia zal winnen, te bepalen. Het publiek staat voor een nog moeilijker taak, want terwijl de jury aan het overleggen is in een ruimte die vast goed geïsoleerd is, moet het publiek luisteren naar de carnavalband Disco Volente, die de winnaar was van 2005. Laten we het positief bekijken: blijkbaar gaat het steeds beter met de Winston Popprijs. Dan is het zover: de uitslag. De jury blijkt goed opgelet te hebben en kiest Karmakonga als terechte winnaar, de Furies worden tweede en winnen niks. Na nog een laatste optreden van Karmakonga is er – wat mij betreft – genoeg gefeest en tijd om op huis aan te gaan. Het was – ik blijf het herhalen – een feestelijke avond, met stuk voor stuk goede tot fantastische kandidaten. Het is wel opvallend in hoeverre de focus ligt op de makkelijk toegankelijke mainstream popmuziek, en dat er weinig experimenten waren te zien in de finale. Vooral een vermakelijke maar niet zozeer verrassende avond.