Arcade Fire verovert na de Melkweg nu ook Paradiso

Deze band is niet in een hokje te plaatsen

Hans de Jonge, ,

Binnen één week speelden The Dears en Arcade Fire opnieuw in Amsterdam, in Paradiso deze keer, na kortgeleden nog succesvol de Melkweg te hebben aangedaan. Hans van der Linden en Hans de Jonge gingen woensdag kijken bij Arcade Fire.

Deze band is niet in een hokje te plaatsen

Talking Heads coryfee David Byrne stond al eens met hen op het podium, David Bowie was zo enthousiast over het debuut Funeral, dat hij al zijn vrienden deze cd cadeau deed. De bladen schreven de afgelopen maanden vol lof over deze nieuwe Canadese band en in de recensie van Daan Determeijer op deze site konden we lezen dat Arcade Fire twee maanden geleden in de Melkweg aan alle verwachtingen voldeed. Dus niet de zoveelste hype, hier was hier echt iets bijzonders aan de hand. Paradiso was lekker vol toen Arcade Fire om half tien het podium betrad. Regine Chassagne en echtgenoot Win Butler vormen het epicentrum van deze zevenkoppige formatie. Naast de traditionele line-up van bas, drums, gitaren en keyboards wordt het geluid sterk bepaald door violen, een contrabas en xylofoon. Alles wat er aan slagwerk voorhanden was, zelfs een motorhelm werd vakkundig afgerost, wordt gebruikt om de boel verder op te zwepen om op zoek te gaan naar de climax. Win Butler, type angry-young-man, met een maniakale stem á la de eerder genoemde David Byrne, nam de meeste zangpartijen voor zijn rekening. Regine, die niet alleen als een ingetogen Björk zingt, maar ook accordeon en orgel speelt, trok op een voor paar nummers haar damesschoenen uit om achter de drumkit plaats te nemen. Ze sloeg misschien niet zo hard, maar een geweldig gevoel voor ritme kon haar niet worden ontzegd. Op de violist en violiste na, wisselden ook de overige bandleden regelmatig van instrument, waardoor er per nummer bijzondere accenten werden aangebracht. Het blijft ook leuk om naar te kijken wanneer er heen en weer gerend wordt tussen de instrumenten. De koorachtige samenzang van alle bandleden was prachtig en meeslepend. Uiteraard bestond het repertoire uit de nummers van Funeral, maar live klonken de nummers nog gelaagder en door het schouwspel werd je dieper meegezogen in de liedjes over afscheid en verdriet en troost. Een vriend vroeg me vooraf hoe de muziek van Arcade Fire te omschrijven? Ik kwam niet verder dan; de muziek van een groep Inca's die geïnspireerd door soundtracks van spaghettiwesterns gaandeweg op hol slaan; dit alles overgoten met een saus van passie, melancholie en verlangen. Kortom deze band is niet in een hokje te plaatsen.