The Arcade Fire voldoet live aan alle verwachtingen

Absoluut geen begrafenisstemming in volgepakte Melkweg

Daan Determeijer, ,

Funeral is nog maar net uit in Nederland, maar er is al een tijdje een grote hype rond The Arcade Fire. Tijd voor 3voor12/amsterdam om te kijken of ze live aan hun verwachtingen voldoen. In een overvolle Melkweg zagen en hoorden wij dat de hype gegrond is. Met vijf mannen, twee vrouwen en een arsenaal aan instrumenten op het podium weet de band een overtuigende show neer te zetten.

Absoluut geen begrafenisstemming in volgepakte Melkweg

Het is meteen duidelijk bij binnenkomst: The Arcade Fire heeft een hype om zich heen hangen. De Melkweg is dan ook overvol en er lopen veel mensen uit de muziekbusiness rond. Wat is de melkweg eigenlijk vervelend als het zo druk is. Door alle drukte hebben we niet eens de tijd om onze jassen op te hangen, want The Arcade Fire begint al. We doen onze jas weer aan en maken onze sigaretten uit en gaan de zaal in. Gelukkig hebben we het voorprogramma gemist, want dat schijnt slecht geweest te zijn, met nog slechter geluid. Het lijkt erop alsof de geluidsman wat aanpassingen heeft gemaakt, want tijdens het hele concert is het geluid goed en voor de verandering staat het nu eens niet te hard. Alle instrumenten, en dat zijn er nogal wat, zijn goed te horen. Het valt meteen op dat hier niet zo maar een band staat. Zeven muzikanten en nog veel meer instrumenten staan op het podium opgesteld en gedurende het concert wordt er druk gewisseld van instrumenten. Hoewel het zeker een van hun sterke punten is, haalt het ook de vaart uit het optreden. Er moet veel gestemd worden en de wisselingen komen wat rommelig over, wat ook wel weer zijn charme heeft. Zelfs tijdens de nummers wordt er veel van instrument gewisseld en wordt alles wat los en vast staat gebruikt als percussie, waarbij de motorhelm de kroon spant. Je moet ook wat als je bekken zo aan gort geslagen is. Verder dagen ze elkaar uit, pakken ze elkaars spullen af, inclusief bril, en vliegen de tamboerijnen en drumstokjes regelmatig in het rond. Je ziet duidelijk dat ze plezier hebben in het spelen, van een begrafenisstemming is absoluut geen sprake. Hoewel alle bandleden proberen de aandacht van het publiek op zich te vestigen, de een nog gekker dan de andere, is het duidelijk om welke twee mensen het draait: Win Butler & Régine Chassagne. Win Butler is de zanger en heeft een uitstraling als een pannenkoek, hoewel hij later wat losser raakt en wat meer charisma krijgt. Régine Chassagne bespeelt zowat elk instrument en is duidelijk de muzikaalste van het stel, jammer dat ze niet echt goed bij stem is, ze klinkt een beetje als een valse Bjork. Op dat minpuntje na klinkt de muziek live eigenlijk beter dan op plaat. Nummers als Haïti en Crown of Love komen nog mooier naar voren dan op plaat en als de discolichten aanspringen slaat de vonk ook echt over naar het publiek, dat door de drukte niet echt de kans kreeg om los te gaan. De verwachtingen waren erg hoog na alle hype, maar The Arcade Fire doorstaat de test en laat zien dat ze eigenlijk al te groot zijn voor de Melkweg, ze zijn rijp voor de grote festivals.