Belinda en de Zeven Beren in Zaal 100

Pretentieloos festival brengt dwarsdoorsnede van Amsterdamse scene

Dirk Derks, ,

Onder de naam het De 7 Berenfestival werd door de band Belinda afgelopen zaterdag een avond georganiseerd in Zaal 100. 7 bands waren er te zien, waaronder Alpaca, Pfaff en Alamo Racetrack, in een gemoedelijke en soms wat melige setting.

Pretentieloos festival brengt dwarsdoorsnede van Amsterdamse scene

Het is niet helemaal duidelijk of dit het begin van een jaarlijkse traditie is, maar het 'De 7 Berenfestival' is zeker voor herhaling vatbaar. 'De 7 Beren', georganiseerd door de Amsterdamse band Belinda, is zo'n pretentieloze bandjesavond die, ondanks het gebrek aan promotie, gezellig druk eindigt. En dat in Zaal 100, het soort soos, waar je aan de bar bij een 10-jarig jochie twee biertjes en twee wijntjes besteld, waarvoor je 4,40 afrekent. Een verademing als je Paradiso en de Melkweg gewend bent. De bijna compleet Amsterdamse aangelegenheid opent in de kleine zaal met Alpaca. Het trio, met in de gelederen o.a. Caesar's Sem Bakker en Alamo Race Track's Guy Boers, speelt recht-toe-recht-aan gitaarliedjes in de traditie van, nou ja, Caesar bijvoorbeeld. De drie zijn goed op elkaar ingespeeld, en dat terwijl het pas het vierde optreden schijnt te zijn. Wel hebben ze te lijden aan het gebrek aan power in de kleine zaal, waardoor ze niet echt kunnen knallen. De nummers zijn nog niet allemaal even pakkend, hoewel 'Golden Years' een underground-hit in wording is! Daarna vanwege het strakke tijdschema naar de grote zaal rennen, om Jaap Boots' band Boots in actie te zien. Maar wanneer ik Jaap nog rustig een drankje aan de bar zie bestellen, terwijl in de zaal 'Boots' op z'n engels wordt aangekondigd, begrijp ik dat het een andere band betreft. Als Jaap na twee nummers net als ik in de gaten heeft dat het een Lee Hazlewood & Nancy Sinatra-coverband is (wat de bandnaam verklaart), vertelt hij me enigszins opgelucht dat hij zijn eigen band beter vindt. Ik kan hem daarin geen ongelijk geven, want een coverband is toch een coverband, maar toch is het aardig om deze groep verstokte fans (met o.a. Jacaranda's George Oosthoek) bezig te zien. Jaap treedt tegenwoordig overigens op onder de naam 'Jaap Boots en de natte honden'. In de kleine zaal is daarna de eerste verrassing van de avond te zien: Post Office.Net als de boeken van Bukowski (Post Office is de titel van een boek van Charles Bukowski-EV), zijn de liedjes van Post Office niet geschikt voor het grote publiek, vies als het leven zelf, en handelen nooit over hoogdravende thema's ('Peanutbuttersanwich in the sun'). De band bestaat uit een drummer en een gitarist die strak op elkaar zijn ingespeeld. Niet alle songs zijn even sterk, maar er zitten (vuile) pareltjes tussen, voornamelijk de nummers waarbij de gitarist de bottleneck ter hand neemt. Toegevoegde waarde voor het publiek is de catweazle-figuur die tussen de drummer en de versterker op de grond zit mee te airdrummen. Vervolgens mag Pfaff de grote zaal omver blazen. Bas Jacobs en z'n twee drummers geven een bovengemiddeld goed optreden vol gerag & gekrijs en daarmee het eerste voorzichtige gepogo. Pfaff is momenteel mischien wel de meest in-your-face band van Amsterdam. 'I am bonobobob, I like to fuck everyone up!' brult Jacobs op een gegeven moment en daarmee is alles gezegd. Harold K. mag daarna het publiek weer tot rust brengen. Maar daar hebben blijkbaar maar weinig mensen zin in, waardoor de Utrechtenaar van limburgse komaf zijn luisterliedjes voor een bijna leeg zaaltje moet brengen. Harold en zijn twee kompanen zijn dan ook de vreemde eenden in de bijt vanavond, en niet alleen vanwege hun komaf. Het instrumentarium bestaat uit akoestische gitaren, mandoline en trompet. En de Nederlandstalige/limburgse liedjes, die het beste met het werk van Gé Reinders te vergelijken zijn, lijken vanavond niet hun publiek te vinden. Organisator van 'De zeven beren' Belinda maakt met hun chaotische maar aanstekelijke mix van Captain Beefheart en Doe Maar het publiek in een inmiddels volle grote zaal weer onrustig. De band, waarin o.a. de bassist van Alpaca gitaar speelt en de (letterlijk) grote broer van Sem zingt, gooit ska, funk, rock, Nederlanstalige onzinteksten, kostuums, dwarsfluiten en een bijpassend Berdien Stenbergpruikje op een gezellige hoop. Het inmiddels aardig bezopen publiek (wat wil je met die prijzen!) weet er wel weg mee. Alamo Race Track heeft de eer het festival af te sluiten, maar dit blijkt niet meer dan terecht. De band is druk bezig met een nieuwe plaat en speelt voornamelijk nieuwe nummers die zich stuk voor stuk kunnen meten met de beste nummers van de vorige cd. Het zijn aanstekelijke nummers die soms aan Interpol, dan weer aan Soulwax doen denken. De muziek is altijd catchy, en de rustigere nummers, zoals het prachtige 'Breaker', krijgen het publiek stil. 'Het best bewaarde geheim van Nederland,' volgens Caesar's Roald van Oosten. Waarschijnlijk niet voor lang.