In de finale van de Bronzen buurvrouw stonden afgelopen zondagavond eigenlijk interessantere artiesten dan in de singer-songwriter-finale van de laatste editie van de Grote Prijs van Nederland.
Het begint al met de uiteindelijke winnaar. Het is eigenlijk ook niet helemaal eerlijk want John Lester is een veteraan en vakman uit Amerika. Hij begint zijn set, zichzelf met soepele loopjes begeleidend op een staande bas. Daarna schakelt hij over op een vijfsnarige basgitaar en een samplepedaal. Hij speelt wat tonen, neemt dat op en laat dat loopen, tikt in het ritme op de snaren en neemt daaroverheen op, en bouwt zo een basis waarover hij vervolgens het nummer speelt, tappend, akkoorden en solootjes spelend, en intussen zingt hij daaroverheen...met de rust en het gemak van een doorgewinterde sessiemuzikant. De liedjes zijn ook zeer vakkundig, typische americana. Of je daar van houdt is een smaakkwestie. Ik vind het normaal gesproken vrij vervelende muziek maar het is al boeiend genoeg om John Lester zijn instrumenten te zien spelen.
Daarna komt Charlotte van der Linden. Gemengde gevoelens. In het eerste nummer begeleidt ze zichzelf op een Hohner Pianet, daarna schakelt ze over op gitaar en ze heeft een bassist meegenomen die het geluid wat voller en gevarieerder moet maken. De liedjes zijn vrij zwak, vooral tekstueel, haar gitaarspel is ook niet zo bijzonder, maar wat een prachtige stem! Puur het geluid is heel bijzonder en gelukkig probeert ze (nog) niet teveel te imponeren (een hele hoop noten om de melodie heenzingen, overdreven veel hoge uithalen etc.) zoals slechte zangeressen doen. Uiteindelijk wint ze ook een beetje; besloten wordt de eerste prijs te delen en ze mag opnamen gaan maken in een studio.
Haar meegekomen fans konden tijdens haar optreden al niet hun mond houden en zongen soms nummers luidkeels mee. Nu Charlotte klaar is gaan ze gezellig met zijn allen door de volgende kandidaat heenbeppen. En de van oorsprong Ierse John Carrie is toch al de minst aansprekende kandidaat vanavond. Zijn gitaarspel kent weer weinig variatie, met steeds hetzelfde slagje. De liedjes en de stem zijn wel aardig. Deze jongen heeft gewoon een band nodig! De nummers zijn goed voor te stellen in een bandopstelling, waarbij ik (misschien door het stemgeluid) aan bands als Turin Brakes en the Doves moet denken. Dan zou het misschien plotseling wel kunnen werken.
Daarna zet Laurens Joensen het publiek een paar keer flink op het verkeerde been. Hij begint met een liedje over een Zeeuw in Amsterdam Zuid, waarbij het jazzy gitaarspel al opvalt. Halverwege, tijdens een relatief heftig stukje breekt hij een snaar van zijn akoestische gitaar. Charlotte laat zich dan weer van haar goede kan zien door haar gitaar te leen te geven. Dat is een goede zet. Charlotte heeft een mooie semi-akoestische electrische gitaar die perfect is voor de speelstijl van Laurens. Het gaat er alleen maar beter van klinken. Het tweede nummer gaat ook weer over Amsterdam Zuid, maar de tekst bestaat uit soms tamelijk villeine observaties. Al beter. Dan komt het prijsnummer. Hij vertelt dat een meisje hem eens gevraagd had naar zijn diepere gevoelens en dat meisje heette Lopke. Het lied heeft als refrein "Lopke, ik ben heel anders dan de anderen" en bestaat uit surrealistische tekstregels, rare stemmetjes, hakopdetak overgangen en bizarre akkoorden; hij is inderdaad een beetje RAAAAR!!! Echt een hilarisch nummer en ook muzikaal heel knap. Daarna volgen nog wat meer doorsnee nummers met hier en daar weer wat associatieve teksten. Het is een beetje alsof hij zijn vorm nog niet helemaal gevonden heeft, maar talent en ideeen heeft hij zeker (het is misschien meer cabaret/kleinkunst dan popmuziek)
Zeer vakkundige John Lester wint de Bronzen Buurvrouw
Charlotte van der Linden mag delen in de eer
Afgelopen zondag was in Café de Buurvrouw de finale van de Bronzen Buurvrouw. Een singer-songwritercompetitie die als voorronde geldt voor Mooie Noten.