Dat hierboven is natuurlijk klinkklare onzin. Die drank en drugs-geschiedenis is op niets gebaseerd en Foxygen is geen band uit de jaren zeventig. Wat heet, het is zelfs niet eens ‘klassieke’ band. Het zijn twee gasten uit Californië, Sam France de ietwat maniakale zanger, Jonathan Rado op gitaar en toetsen. Ze zijn het soort muzikanten met een grote platencollectie, die daar maar al te graag naar verwijzen en op teruggrijpen. Vaak voelen albums in die hoek al snel als vlaggen met goede muzieksmaak. Een verwijzing naar een b-kantje van de Stones hier, wat Scott Walker-strijkers daar, het liefst nog wat van Todd Rundgren-trucs; het komt eindresultaat zelden ten goede. Het wordt of heel gekunsteld, of juist onsamenhangend. En dat is precies waarin Foxygen van begin af aan het verschil maakt. Ze combineren het hoorbare plezier van het graaien in hun platenbak met de kunst het allemaal tot goede liedjes te maken. Ze durven altijd de bocht te vliegen, en schuren altijd net aan de goede kant tegen ironiegrens aan.
Dat hoor je op dit nieuwe album meteen al bij de opener ‘Follow the Leader’, zelfs in de eerste twintig seconden ervan al: een orgeltje, weelderige strijkers, schallend koper, en dan France die al zijn eerste lettergreep vol uithaalt. In het volgende half uur dat volgt wordt het nergens minder dan dat. Integendeel. In ‘Avalon’, het tweede nummer, krijgen de strijkers en blazers versterking van een jazzy gitaar en een harp, en worden er nog wat achtergrondzangeressen uit de kast getrokken. Je ziet France al in een glitterjas van een trap aflopen, omringd door danseressen gehuld in veren. Het is de ideale soundtrack voor een overdadige dinershow. Ongelooflijk kitsch, maar dankzij de verrassend goede arrangementen en doordat de zanger overduidelijk in een rol kruipt, inclusief stemmetjes opzetten, blijft het nog leuk ook.
Die drang om zichzelf in een personage onder te dompelen is misschien wel de kern van wat Foxygen zo onweerstaanbaar maakt. Misschien is die inleiding toch niet helemaal onzin. Kijk bijvoorbeeld deze sessie ten tijde van het debuut. Een hippiebandje, struinend over straat. Een meisje met bloemen in het haar, een zanger die veel weg heeft van een jonge Mick Jagger en als cultleider zijn commune voorgaat. En dan dit optreden bij Letterman, ten tijde van het tweede album, een dubbelalbum waarop van alles botst. Kijk vooral weer even naar de zanger. Gezicht extra wit gepoederd, zwarte kringen onder de ogen geschminkt. En een energie en motoriek alsof-ie nog even een grammetje zelfvertrouwen heeft bijgepakt en daardoor nog maar net op tijd op het podium belandt.
Uit alle Foxygen-albums spreekt een romantisch beeld van de jaren zeventig, maar altijd met een kleine schaduwrand. Hang staat dan wel vol met overdaad, tegelijk voelt het als de aftermath, alsof de rekening van hun wilde jaren hiermee betaald wordt. Onder al het blinkende koper zit een treurige onderlaag. Die komt het meest naar voren in ‘Trauma’, het zwaartepunt van het album. Het is nog net wat dikker aangezet dan de rest, met bombastische hoorns. Het venijn zit hem in de bridge, waar de triestheid opeens wordt ontdaan van alle kitsch. ‘How can I love you, if I don't know who you are?’, mijmert France. Dankzij die ondertoon blijft het schatgraven onder de lagen kitsch. Of het nou waar is of niet, het schept in elk geval het idee alsof er groot verhaal achter de plaat schuil gaat. De kitsch voelt daardoor nergens aan als een ironische gimmick. En hey, als het maar een goed verhaal lijkt te zijn, dan hoeft het ook niet waar te zijn.
Makkelijk op de hoogte blijven van alle nieuwe muziek? Abonneer je op de 3voor12 #NIEUWEMUZIEK playlist op Spotify. Nog meer #nieuwemuziek vind je in ons dossier.