Podiumpeiler 2011: podiumkunsten leveren Nederland meer op dan ze kosten

"BTW-verhoging gaat ten koste van de welvaart"

Timo Pisart ,

In 2009 leverden de podiumkunsten de Nederlandse samenleving meer op dan ze kostten. Dat stelt econoom Gerard Marlet in het onderzoek Podiumpeiler 2011. Verder blijkt dat het totale aantal popconcertbezoekers daalt, terwijl het aantal popconcerten stijgt.

"BTW-verhoging gaat ten koste van de welvaart"

In 2009 leverden de podiumkunsten de Nederlandse samenleving meer op dan ze kostten. Dat stelt econoom Gerard Marlet in de Podiumpeiler 2011, een gedetailleerde monitor naar de podiumkunsten en muziekindustrie in Nederland. Het onderzoek komt voort uit een samenwerking tussen Muziek Centrum Nederland en Theater Instituut Nederland en werd uitgevoerd door Atlas voor gemeenten. Volgens de analyse leverden de podiumkunsten Nederland in 2009 minstens 900 miljoen euro op aan welvaart, de totale maatschappelijke investeringen die daar tegenover stonden bedragen 600 miljoen euro. De bevindingen komen overeen met onderzoek dat eerder dit jaar door Atlas voor gemeenten werd gepubliceerd.

In de data van de Podiumpeiler 2011 valt te lezen dat poppodia relatief steeds meer opbrengsten uit eigen inkomens krijgen, en steeds minder subsidie. In 2009 bedroeg bij poppodia 75 procent van de opbrengsten uit eigen inkomsten, bij theaters bedroeg dit 55 procent. Zij zijn meer afhankelijk van subsidie. Econoom Gerard Marlet vertelt: "Het is de laatste tijd een veelgehoorde klacht dat de kunstensector bestaat uit subsidieverslaafden zouden zijn, deze data laten juist zien dat dat al een aantal jaren afneemt."

Verder blijkt uit het onderzoek onder andere dat het aantal bezoekers voor popconcerten is gedaald van meer dan 10 miljoen in 2005 tot 9,3 miljoen in 2009, terwijl het aantal popconcerten juist licht is gestegen naar 25.000 in 2009. In het onderzoek wordt gesuggereerd dat er sprake is van een tijdelijke dip in bezoekersaantallen door de economische recessie. Marlet gelooft dat ook de BTW-verhoging, die in 2011 is doorgevoerd, zou kunnen leiden tot nog lagere bezoekersaantallen. "De opbrengsten van de BTW-verhoging zijn uiteindelijk lager dan wat het de welvaart kost, daarmee is het een onverstandige maatregel. Dat kun je op basis van mijn analyse beredeneren."

Het abstracte begrip welvaart is - zoals in het onderzoek wordt gesteld - een schijnbaar niet-meetbaar en monetariseerbaar aspect, dat in geld wordt uitgedrukt, en behelst véél meer dan alleen de opbrengsten van kaartverkoop. Marlet: "Het is gebruikelijk in overheidsuitgaven om uit te rekenen wat het de belastingbetaler kost en oplevert, zoals ook in andere politieke gebieden gebeurt. Dat gebeurt ook steeds vaker voor cultuur."

De podiumkunsten leverden Nederland in 2009 meer dan 900 miljoen euro op, zo wordt berekend in de Podiumpeiler. Van die 900 miljoen euro bestaat het overgrote deel (800 miljoen) uit een berekening met het huizenprijsmodel dat Marlet in zijn proefschrift uit 2009 opperde. Marlet legt uit: "Via huizenprijzen kun je zien wat mensen bereid zijn te betalen voor de aanwezigheid van cultuur. Dat heeft te maken met de mogelijkheid dat mensen de mogelijkheid hebben naar podia te gaan en ervan te genieten, maar ook dat ze anticiperen op allerlei positieve effecten die van kunst en cultuur kunnen uitgaan. Je kunt het vergelijken met een huis met een tuin op het zuiden, dat is al gauw 20.000 euro duurder dan een huis met een tuin op het Noorden. De tuin ziet er precies hetzelfde uit, maar het verschil in prijs heeft te maken met aanwezigheid van de zon."

De onderzoeker is bang dat dit onderzoek geen effect heeft op besluitvorming van het ministerie van OCW. "Andere ministeries laten meestal eerst zo'n monitor maken, en nemen op basis daarvan een besluit. In het geval van de bezuinigingen is eerst een besluit genomen, en vervolgens hebben externe partijen het onderzocht. Op het ministerie werken mensen die zelf niet kunnen rekenen, bovendien is het vaak vloeken in de kerk. 'De econoom moet zich er niet mee bemoeien, de intrinsieke waarde van kunst is niet in geld te vatten.' Dat is curieus, het ministerie van Financiën schrijft het wél voor een beleidsverandering te onderbouwen met zo'n kosten-batenanalyse."

De Podiumpeiler moet jaarlijks gaan verschijnen. Daarmee is de Podiumpeiler 2011 een soort nulmeting, waarmee volgende jaren kunnen worden vergeleken. Lees de gehele Podiumpeiler 2011 hier.