Hij staat op het podium alsof elk moment in het zwart geklede musici hun plaats bij de opgestelde instrumenten kunnen innemen, en hij los kan barsten in stoïcijnse punk. De muzikant in prozadichter Nyk de Vries is nooit ver weg. Maar de gitaren en toetsen horen bij William Fitzsimmons, en al waar De Vries zijn teksten mee begeleidt is een samplemachine en een mondharmonica. Genoeg om een Duitse Kerk mee te boeien.
GEZIEN
Nyk de Vries, Crossing Border, Duitse Kerk, 19-11-2011
LITERATUUR
Nyk de Vries (Noordbergum, 1971) schrijft ultrakorte verhalen. Absurdistische prozagedichten van niet meer dan 120 woorden. Denk Maarten Biesheuvel: alledaagse gebeurtenissen krijgen een tragikomische wending. Zijn derde dichtbundel De dingen gebeuren omdat ze rijmen is deze maand uitgekomen. De Vries heeft ook twee romans op zijn naam staan. Als gitarist speelde hij in de band van Meindert Talma.
PLUS
Het duurt niet meer dan tien minuten. Dat is precies genoeg om Nyk de Vries zijn ding te laten doen: vier, vijf gedichten, wat droogkomische inleidinkjes tussendoor (‘Dit is niet blasfemisch bedoeld’), een bescheiden maar effectieve inzet van een paar stuwende samples. Als hij een verhaaltje uit zijn bundel Motorman (2007) ten gehore brengt, knikken de hoofden van de toehoorders in de kerkbanken vertederd een tikje opzij. In het prozagedicht verschijnt een klein meisje een week te vroeg als clown geschminkt op school. Het kleine drama dat daarin verborgen ligt, is herkenbaar voor iedereen die zich weleens vernederd heeft gevoeld.
MIN
Je zou Nyk de Vries toch stiekem even op de gitaar willen horen. Horen hoe dat klinkt, in zo’n kerk.
CONCLUSIE
Met zijn heerlijk droge noordelijke uitspraak vouwt Nyk de Vries kalmpjes zijn prozagedichten over de kerkbanken uit. Het beeld van de stuiptrekkende hamster uit zijn een-na-laatste gedicht zal velen nog lange tijd bijblijven.
CIJFER:
9
Crossing Border: De muzikant in prozadichter Nyk de Vries is nooit ver weg
Je zou hem stiekem even op de gitaar willen horen
Hij staat op het podium alsof elk moment in het zwart geklede musici hun plaats bij de opgestelde instrumenten kunnen innemen, en hij los kan barsten in stoïcijnse punk. De muzikant in prozadichter Nyk de Vries is nooit ver weg. Maar de gitaren en toetsen horen bij William Fitzsimmons, en al waar De Vries zijn teksten mee begeleidt is een samplemachine en een mondharmonica. Genoeg om een Duitse Kerk mee te boeien.