Conor O'Brien ziet er piepjong uit, maar dat is schijn. Het lijkt alsof hij nog op de middelbare school zit, maar dat kan niet. Vier jaar geleden was de kleine Ier namelijk ook al op London Calling. Toen nog als bandlid van The Immediate, destijds door collega Van der Sterren omschreven als wavepop met jazzinvloeden en naar huis gestuurd met een 6 en een schouderklopje. Nu is hij terug met een eigen band die heel anders klinkt. Dat niet alleen, hij gaat ook nog eens naar huis met een veel hoger cijfer.
GEZIEN:
Villagers, London Calling, Paradiso Kleine Zaal 23-04-2010
MUZIEK:
O'Brien beschikt over een volwassen, krachtige folkstem en heeft een geweldig ingespeelde band om zich heen verzameld. Je hoort de traan van Bright Eyes, de concentratie van de langzamere Arcade Fire songs en soms ineens een meerstemmigheid die zo bij Fleetwood Mac vandaan kan komen.
PLUS:
De grote kracht van deze band is niet alleen de variatie, maar vooral de dynamiek in de songs. Daarin speelt de drummer een hoofdrol. Soms duwt hij de songs vooruit en af en toe gaat hij juist achteruit hangen, alsof hij in een bootje zit en zijn gewicht steeds anders inzet. De zanglijnen zitten vol met goedgetimede akkoordverschuivingen, die keer op keer voor een melancholiek gevoel zorgen. Dan is er ook nog een puike gitarist, een bassist en een toetsenist, die een aantal songs vakkundig en aangenaam net niet laten ontsporen. Die momenten zijn goed verdeeld. De set opent met het ontroerende, kalme The Meaning Of The Ritual, komt tot een hoogtepunt met het euforische Pieces. Dan even helemaal terug met To Be Counted Among Men, waarvoor band min toetsenist de coulissen in gestuurd worden. Aan het slot mag alle schroom weer afgeworpen worden in Ship Of Promises. Het voelt niet gebonden aan de ijzeren wetten van coupletten en refreinen, maar intuïtief en eigen.
MIN:
O'Brien is een mooizinger, maar daar kan hij niets aan doen. Hoewel hij af en toe uithaalt, vooral aan het einde van een song, verlang je soms naar een rafelrandje aan zijn stem. Iets soortgelijks ontbreekt ook in zijn uitstraling. Innemend: ja. Mysterieus: nee.
CONCLUSIE:
Het optreden eindigt met een schreeuw, en dat is goed. Dat mag zelfs nog wel wat vaker. Een paar keer doet hij het. Dan zie je zijn hoofd trillen van de inspanning en gaat hij letterlijk op zijn tenen staan. De controle verliest hij geen moment. Fijn is dat, zo'n band die zijn debuut nog moet uitbrengen en toch al helemaal af is. De avond is nog jong, maar is nu al geslaagd. Hier kom je nou voor naar London Calling.
CIJFER:
8,5
Villagers steekt dag 1 al vroeg in de tas
Volwassen folkpop met een fris gezicht
Conor O'Brien ziet er piepjong uit, maar dat is schijn. Het lijkt alsof hij nog op de middelbare school zit, maar dat kan niet. Vier jaar geleden was de kleine Ier namelijk ook al op London Calling. Toen nog als bandlid van The Immediate, destijds door collega Van der Sterren omschreven als wavepop met jazzinvloeden en naar huis gestuurd met een 6 en een schouderklopje. Nu is hij terug met een eigen band die heel anders klinkt. Dat niet alleen, hij gaat ook nog eens naar huis met een veel hoger cijfer.