“Soms komt er iets op je pad en word je daar heel blij van.” Zo legt de aankomende directeur van het Arnhemse Luxor, Lineke Kortekaas haar functie uit. Kortekaas is momenteel nog directeur bij de Gigant in Apeldoorn. Nu de achterban van de toekomstige Luxor en de gemeente Arnhem Kortekaas heeft binnengehaald, worden de contouren van Arnhem als popstad al weer iets duidelijker. Eind vorig jaar meldde 3VOOR12 dat Jan-Douwe Kroeske adviseur zou worden van het nog te voltooien popcentrum. Kroeske: "Je hebt een goed beleid nodig en je moet als gemeente allerlei vragen stellen; wat wordt de vorm? Ga je het uitbesteden, wordt het commercieel of laat je het vallen onder een stichting, hoe groot wil je het aanpakken?” Inmiddels is duidelijk dat Luxor gaat werken volgens het stichtingmodel. Kortekaas werkte, behalve bij de Gigant ook voor het Noorderzon Theaterfestival en het Theater aan de Mark. Ze komt dus niet uit de krochten van de popkelders of jongerencentra. Ze heeft in eerste instantie oog voor het mooie gebouw: “Het is één van de meest in het oog springende panden in Arnhem. Het is niet het grootste, maar wel het mooiste monumentale gebouw in een enerverende omgeving. Ik krijg de kans om deze organisatie vanaf de grond op te bouwen.” In eerste instantie zal Kortekaas werken onder de vlag van de Gemeente Arnhem. In 2002 is Luxor aangekocht door de gemeente Arnhem op initiatief van toenmalig wethouder Henri Lenferink. Het was vanaf dat moment de uitdrukkelijke bedoeling van de wethouder dat het pand de bestemming pop-podium kreeg. Pas in februari van dit jaar is de volledige goedkeuring gegeven. Een aantal bestaande popinstellingen uit Arnhem werkt als een koepelorganisatie: Jacobiberg, Goudvishal en Cultuurkapel willen dat Luxor Arnhem een centrum wordt met een zaal voor ongeveer 700 bezoekers en één voor zo’n 200 bezoekers. Luxor zal deel gaan uitmaken van het bekende “clubcircuit”. Liefhebbers van verschillende muziekstromingen zullen hier zeker aan hun trekken kunnen komen. Wat het Arnhemse publiek wil, verschilt volgens Kortekaas niet veel van het Amsterdamse. “De subsidie van de Goudvishal is besteed aan het budget van Luxor,” vertelt Kortekaas. Is de Goudvishal niet bang juist opgeslokt te worden? Harold Oddens van de Gouvishal: “Nee. We dragen graag een deel van onze productie bij. Eindelijk komt er een organisatie die als motor kan werken. Je moet Luxor niet als popzaal alleen zien. Het wordt een samenkomst van zowel cultuur als educatie. Zo’n motor kan voor de Goudvishal eveneens positief werken. De kweekvijverfunctie en de nicheprogrammering van ons kan onderdeel van iets groots worden.” “Één van de eerste acties wordt een programmeur aanstellen,” vertelt Kortekaas. “Je hebt inhoudelijke specialisten nodig, ik ben vooral manager. Ik heb wel visie op programmering, maar ken lang niet alle bandjes bij naam.” Oddens van de Goudvishal: “Kortekaas zal vooral een bruggenbouwer zijn. Vanuit haar achtergrond is ze een geschikte kandidaat en vind ik het een goede keuze van de gemeente. Ik zet haar niet af tegen andere eventuele personen die ook in de running waren; dat vind ik niet interessant. Het is nu belangrijk dat Arnhem serieus onderdeel wordt van een culturele fruitmand. Arnhem mag zich gaan profileren als een artistiek brede stad met meerdere kunstdisciplines. Je zal me dus niet horen dat één bepaalde subcultuur bij Arnhem zal gaan horen, maar een totale opwaardering van de creatieve klasse.”