De hete zomer van Oor

Tijdschrift zucht onder staking freelancers, maar blijft overeind

Acht weken nadat de freelance medewerkers van Oor collectief weigerden nog langer te werken voor de uitgever van het tijdschrift, ligt het blad ook deze week gewoon weer in de schappen. Dankzij gewillige stagiaires, een paar ‘stakingsbrekers’ en een vaste redactie in de vijfde versnelling is het opnieuw gelukt. Kan Oor zomaar zonder de meer dan dertig freelancers?

Tijdschrift zucht onder staking freelancers, maar blijft overeind

Acht weken nadat bijna alle freelancers van Oor en een aantal andere tijdschriften van de Nederlandse Tijdschriften Groep (NTG) hun werk neerlegden, ligt er eind deze week opnieuw een acceptabel nummer van het tijdschrift in de schappen. Voor de buitenstaander lijkt er niets aan de hand: het blad is er immers, ook zonder de medewerking van meer dan dertig freelancers. Toch is niets minder waar. Nadat de uitgever opnieuw een door de stakers gestelde deadline niet haalde (betalen voor 26 juni), hebben die nu echt incasso-opdrachten gegeven aan een ingeschakelde deurwaarder. Inmiddels heeft de NTG wel de bij de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) aangesloten freelancers volledig uitbetaald. Ook heeft de nieuwe creatief directrice Nicolette Hogerzeil namens de uitgever opnieuw een afspraak gemaakt met de journalistenvakbond. Dat bevestigt Ellie Speet van de NVJ. Gespreksonderwerp is uiteraard de betalingsachterstand en de betalingstermijn. De uitgever wilde tot nu toe over niets anders praten dan negentig dagen de tijd om facturen te betalen. De NVJ vindt op haar beurt elke termijn langer dan 30 dagen onbespreekbaar. Toch is er kennelijk iets bespreekbaar. Waarom anders een afspraak? Heeft Hogerzeil als creatief directeur ruimte gekregen om te onderhandelen? Bij de NTG wil niemand commentaar geven voorafgaand aan het overleg. Ook bij de stakende freelancers zitten de kaken goed op elkaar. Via een eigen gesloten discussie platform op internet houden ze elkaar wel op de hoogte, maar de buitenwereld hoort er slechts sporadisch van. Vanuit dezelfde gedachte als die van hoofdredacteur Van Schaick: “Ik onthou me van commentaar, want het komt Oor niet ten goede.” Blijft over het tijdschrift zelf. Dat leek door de staking van alle freelancers bij Muziekblad Oor even direct door de knieën te gaan. Het eerste nummer na aangekondigde staking, dat normaal gesproken op donderdag 13 mei in de winkels had moeten liggen, kwam ruim een week later. Hoewel de oorzaak een probleem bij de distributeur was, wakkerde het de geruchten wel aan. Het volgende nummer verscheen weer gewoon op tijd, maar was een paar pagina’s dunner dan normaal. Verhalen dat het derde nummer met moeite gevuld kon worden doken de kop op. Maar de redactie sloot de rijen, hield zijn kop tegenover de pers dicht en werkte zich het apezuur, waardoor er twee weken later weer een nieuw nummer lag, op normale dikte en ook gewoon op tijd. Inmiddels is het juli en ligt er ook deze week weer een nieuwe Oor in de schappen. Opnieuw dankzij keihard werken van de vaste redactieleden. Het laatste nummer van Oor is met de helft minder medewerkers gemaakt (ruim 40 vroeger tegenover ronde de 20 nu). Namen van vaste medewerkers komen vaker voorbij als schrijver van een stuk. En er duiken nieuwe namen op. Wrang genoeg is de staking van de ‘gevestigde’ popjournalisten ook een kans voor gretige nieuwe schrijvers om te werken voor wat nog steeds hèt muziektijdschrift van ons land is. Die nieuwe schrijvers zijn echter nog niet bekend bij de platenmaatschappijen, die vasthouden aan de bekende gespecialiseerde freelancers. Ingmar van Wijnsberge van Munich: “Onze cd’s worden niet meer besproken omdat de recensenten in staking zijn. Dat is voor ons heel vervelend.” Ook Martin Verhorst van EMI baalt van de situatie: “Met cd’s gaat het nog wel goed. Die stuur ik gewoon naar de redactie. Maar de interviews zijn echt een probleem. Oor heeft geen mensen om ze te doen. En het is toch nog steeds een heel belangrijk blad.” Verhorst zegt interviews nu aan stakende freelancers te geven in de hoop dat als het conflict is opgelost deze zijn verhaal alsnog kan aanbieden. Zowel Wijnsberge als Verhorst doen niet veel anders dan heel hard hopen dat het conflict snel wordt opgelost. Daarmee stippen ze zo’n beetje het enige punt aan waarover alle betrokkenen het helemaal eens zijn. Tot die tijd blijft het ondanks de vele regen een bloedhete zomer voor Oor en haar medewerkers, stakend èn werkend.