De nieuwe Lewsberg is in al zijn eenvoud onvoorstelbaar mooi
Rotterdamse band kleedt zichzelf uit op derde album
Verrassing! De Rotterdamse undergroundband Lewsberg bracht deze week vanuit het niets zijn derde album uit. In Your Hands is verrassend intiem: ging Michiel Klein eerder zijn gitaar nog te lijf alsof hij in een kroeggevecht was beland, nu tokkelt hij voorzichtig mooie akkoorden. Drums zijn totaal uitgekleed tot slechts een floor tom en tamboerijn, en sommige liedjes hebben zelfs helemaal geen ritme meer. In al zijn eenvoud is de plaat onvoorstelbaar mooi, en hij klinkt losjes, alsof hij in twee middagen is geschreven en de volgende dag is opgenomen. Maar niets is minder waar, vertelt zanger Arie van Vliet.
‘Er zit best wat denkwerk in. In februari hebben we een heel album opgenomen in de oefenruimte. Toen dachten we: misschien willen we het toch anders aanpakken. We hebben alle opnames weggegooid en de liedjes nog eens opgenomen in de studio van Jan Schenk. Toen we die plaat aan het mixen waren, dachten we: “Dit is nog steeds niet wat we op dit moment zouden moeten maken.” In september hebben we het roer alsnog omgegooid, enkele nieuwe nummers geschreven en opgenomen. Ja, het was best een proces. We hebben afgelopen anderhalf jaar amper live kunnen spelen. Die noise-uitbarstingen van Michiel, die komen live tot stand en hebben live een betekenis. Nu ontbreekt de behoefte om harde noise-solo te spelen. Het voelde voor ons heel vanzelfsprekend om het wat kleiner aan te pakken.’
In zijn teksten is Arie van Vliet net zo observerend als altijd: hij bezingt de vrouw die snoepjes verkoopt en met lege handen achterblijft, hij staat op het perron en ziet de ene na het andere trein wegrijden. Er schuilt een vorm van eenzaamheid in die simpele teksten. ‘Ik ben nog compacter gaan schrijven, en ik heb minder afstand tot de teksten dan normaal. Neem “All Things”, daarin zit de overdenking dat ik aan de ene kant overal zoveel mogelijk aan wil meedoen, overal bij wil zijn, maar aan de andere kant kan het leven me niet snel genoeg voorbij zijn. Als het morgen is afgelopen, dan is het ook niet erg.’