Een week geleden werd duidelijk dat de tijd begint te dringen voor Kytopia. De broedplaats van Kyteman moet op 31 maart het voormalige Tivoli Oudegracht hebben verlaten, maar een nieuwe locatie is nog niet gevonden. Naar aanleiding van deze berichten heeft raadslid Hester Assen (PvdA) op donderdag 10 januari namens de PvdA, D66, SP, PvdD, GroenLinks en Student&Starter mondelinge vragen gesteld over een plek in de stad voor Kytopia. Behalve een oplossing op korte en lange termijn voor Kytopia was het doel van de vragen ook een oproep voor beleid om broedplaatsen permanent mogelijk te maken.

In haar antwoord op de vragen geeft wethouder Anke Klein (cultuur) aan dat kans heel klein is dat er tussen nu en 31 maart een permanente oplossing komt. In de afgelopen periode is concreet gekeken naar een loods bij De Vrijhaven Utrecht, Berlijnplein en diverse kavels in het Werkspoorgebied. Die opties waren toen niet geschikt voor Kytopia om te zeggen ‘dit willen wij’. Ook via het Makelpunt Utrecht (dat vraag en aanbod van ruimtes voor culturele, maatschappelijke of commerciële activiteiten samenbrengt) is gekeken naar de verschillende opties die er zijn.

Klein gaf ook aan dat een mogelijk vertrek van Kytopia “super zonde zou zijn” en dat de gemeente zich inspant om te helpen bij de zoektocht. Klein maakte daarbij ook duidelijk dat het een zoektocht van Kytopia zelf is. Er is geen subsidierelatie tussen de gemeente en Kytopia en het is daarom niet de gemeente die de opdracht heeft om de huisvesting voor Kytopia te organiseren. Behalve helpen met zoeken is de gemeente ook bereid om een incidentele investeringsbijdrage te doen. De hoogte daarvan hangt af van de plannen van Kytopia geeft Klein aan, maar zijn denkt aan bedragen in de orde van grootte van 50.000 tot 100.000 euro.

Colin Benders heeft zelf ook meegekeken naar dit vragenuur en reageerde op Twitter. Hij is het met wethouder Anke Klein eens: “dit is een Kytopia zoektocht. Wij hebben geen subsidierelatie met Utrecht en hebben altijd als onafhankelijke partij in utrecht geopereerd, overigens wel in goed contact met cultuur.” Op Twitter licht hij ook een aantal punten toe, onder andere waarom de opties die ze tot nu toe hebben bekeken niet gelukt zijn. De kern daarvan is dat een permanente locatie de voorkeur heeft. Tijdelijke opties zijn vaak ongeschikt (“een drummer in een kantoorpand is niet mee te leven, laat staan 80 makers”) én een externe financier, die nodig is voor het bouwen van studio’s, wil alleen instappen wanneer grond en/of pand in eigendom zijn.

Benders geeft verder aan dat in principe alle huidige makers mee willen naar een nieuwe locatie, en dat de vraag zelfs gegroeid is, maar dat het ophoudt wanneer er niet op tijd iets is. Over het vervolg zegt hij: “Wij gaan iets vinden, hoe dan ook. Dit zal tijdelijk zijn in aanloop naar een oplossing.”

Benders benadrukt dat dit probleem niet alleen voor Kytopia geldt maar ook andere makersplekken raakt en hij hoopt dat er snel verder gepraat kan worden over de kern van het probleem want “dat is groter dan alleen Kytopia. Makersplekken zijn niet rendabel genoeg voor de markt en zullen dus altijd in dit tijdelijke circuit blijven zolang er niet iets anders voor wordt gevonden. Dat gezegd hebbende, makersplekken zijn zelfvoorzienend te bouwen, zonder subsidie, mits de basisinvestering gedekt kan worden.” Volgens hem is het mogelijk om “zonder gratis geld of subsidie schaalbare werkplekken te realiseren die aan de behoefte kunnen voldoen, mits de noodzaak voor werkplekken binnen de creatieve sector wordt gedeeld.” Deze discussie, die ook relevant is voor andere makersplekken, is volgens hem interessanter dan of Kytopia nou wel of niet in het voormalige Pieter Baan Centrum kan, één van de eerder genoemde opties.

Wethouders Klein van cultuur en Everhardt van vastgoed gaan met Kytopia in gesprek over de situatie op de korte en de lange termijn.