G.Love and Special Sauce is lekker 'mellow'

Vakmanschap en podiumlol maken de sfeer in Tivoli

Tekst: Rogier Westerhoff / Fotografie: Esther Lutgendorff , ,

Omdat het Ahoy' Open Air festival niet door ging kreeg Tivoli een buitenkans het al geboekte G. Love & Special Sauce naar Utrecht te halen. Zaterdagavond werd een snikheet Tivoli professioneel ingepakt door de relaxte 'Philly Sound'. Met een mengeling van knap uitgevoerde covers en lang uitgesponnen versies van hits werd het publiek ingevoerd in de aangename sferen van de 'hiphop blues'.

Vakmanschap en podiumlol maken de sfeer in Tivoli

Het Amsterdamse voorprogramma Phantom Frank speelt instrumentale surfmuziek die oude tijden doet herleven. Muziek die je doet denken aan een combinatie van Tarantino-films en de vermaarde Treble Spankers. Logisch, in deze laatste band speelde frontman Phantom Frank in de jaren negentig ook jarenlang. De bandleden weten elkaar leuk aan te vullen en spelen ook best strak, muzikaal stelt het alleen niet zo erg veel voor. Het enthousiast reagerend publiek is overigens wel te porren voor dit kijkje op lang vervlogen tijden. Net als de muziek van G. Love is ook het publiek deze avond divers: hiphop liefhebbers staan in de zaal naast soul- en bluesfans. En dat past ook bij de Philadelphia sound van G. Love, die zijn eigen muziek ook vaak de 'hiphop blues' noemt. De band bestaat uit G. Love (Garrett Dutton), drummer Houseman en bassist Jimi Jazz. De 'Special sauce' was deze avond zelfs uitgebreid met de van zijn werk voor o.a. The Roots en King Britt bekende toetsenist Mark Boyce, wiens Fender Rhodes-klanken daadwerkelijk een welkome saus over de nummers goten. Meestal zoekt een band in een live-optreden zijn climax in de opbouw van opzwepende geluiden of, erger nog, volume. G. Love and Special Sauce heeft dat niet nodig. De natuurlijk 'mellow vibe' in de muziek doet het meer dan prima in de Tivoli: het hele optreden blijft de sfeer op het podium relaxed en zit Dutton lekker op een stoeltje te swingen, bezig met gitaar en mondharmonica. Als Jimi Jazz een snaar van zijn bas breekt, sjokt hij even van het podium af alsof er niets aan de hand is. G. Love vult ondertussen in zijn eentje de tijd met een bluesnummertje. De eerste helft van het optreden is eigenlijk één voortkabbelend hoogtepunt. Petje af voor het meer dan uitstekende drumgeluid van Houseman, dat ervoor zorgt dat de beheerste hiphop blues ook daadwerkelijk de ontspannen vibe blijft behouden. De uitstapjes naar covers als Lou Reeds 'Walk on the wild side', dat naadloos wordt vermengd met 'Can I kick it' van Tribe Called Quest, maken de sfeer in het publiek alleen maar beter. Nieuwe nummers van het album 'Lemonade' klinken ook fris en doen weer denken aan de G. Love uit de jaren negentig. Wanneer Dutton een aantal nummers in zijn eentje speelt, wordt het publiek wat rumoeriger; het gaat zijn biertjes bestellen en beseft dat het toch wel akelig heet is in de zaal. Gelukkig komt de band na een nummer of vier weer terug het podium op om het publiek professioneel in te pakken met lang uitgesponnen versies van hits van debuutalbum 'G. Love and Special Sauce'. Vakmanschap en lol op het podium maken dat iedereen na afloop met een voldaan gevoel de niet veel koelere buitenlucht instapt. G. Love and Special Sauce & Phantom Four Gezien: Tivoli, zaterdag 1 juli 2006