Gare pop van Malibu presenteert zich als goed doorbakken bij albumpresentatie

Hall of Fame gaat goed los voor een doe-maar-lekker-losjes-band

Bas van Duren ,

Een klamme zomerse avond, een zweterige Hall of Fame; de ideale setting voor de 'gare pop' van het Tilburgs/Utrechtse Malibu dat haar gelijknamige album presenteert aan een hongerige zaal die eerst even moet doorbijten. Over de hoofdact niets dan lof, maar bijpassende openingsacts uitzoeken, blijkt een vak apart.

Dylan & Fabian

Oh, het lot van eerste voorprogramma zijn: een zaal die amper gevuld is en het tóch weet te presteren om qua volume over de act heen te komen. Vooruit; dat is dan ook niet moeilijk met het Eindhovens tweetal Dylan & Fabian die minimalistische roots door de Hall of Fame verspreiden met behulp van twee gitaren, twee stemmen en bouwvakkersstoelen. Dat laatste is geen wezenlijk onderdeel van de muziek, maar de aanwezigheid van het meubilair steekt humoristisch af tegen de wat meer drukke achtergrond vol instrumenten en drie grote, kunstige panelen.

Muzikaal is het duo een prima opener. De rootsy nummers hebben geen pretenties en het uitstekende samenspel gecombineerd met overtuigende zang van voornamelijk Dylan van Meurs is een prima opener, zij het een beetje apart met een hoofdact die moet houden tussen Beck, Jonathan Richman, Meindert Talma, Wu­ Tang Clan en Stuurbaard Bakkebaard.

Bromley

Maar dat is nog niets vergeleken met de act die moet aantreden voor Malibu; het Haagse Bromley. Om Acda & De Munnik even te mogen citeren: de schoenmakers bij de verkeerde leest, maar kennelijk ook in de cultuurfabriek zijn gezet buiten weten om van Bastaard Platen dat het album van Malibu uitbrengt. Een onbegrijplijk trio met een drummer gekleed in een Motorhead-shirt die zich voornamelijk met een bekkenfetish van MORrige drumpartijen bedient, een bassist die ontzag wekt vanwege zijn wat kleiner postuur en een zanger/gitarist die grossiert in uithalen die het net niet halen.  Voor de aanwezigen een uitstekende reden om in de foyer van de Hall of Fame bij te tanken alvorens...

Malibu

begint. En warempel: uit alle hoeken en krochten van de zaal komen mensen te voorschijn, is het voor de verandering vooraan drukker dan achteraan en wordt het visitekaartje afgegeven van dit heerlijk Utrechts/Tilburgs zooitje ongeregeld. Van een sterk funk-rockend opening naar ja, toch echt een combinatie tussen een Beck, Jonathan Richman en al die andere namen. Maar het is niet alleen slacken wat Malibu doet, ook voor up-tempo knallers zit je goed bij deze formatie waarbij vooral mag worden aangetekend dat bassist Martijn Zuidweg zich ook nog even laat kennen als een begenadigd trombonespeler.

En dan bekruipt heel even een bekend gevoel: een explosie aan pastelkleuren en geometrische vormen sieren de panelen achter de band, de poëtische moerstaalteksten van zanger/rapper Twan van Bragt, de blaasinstrumenten en eigenzinnige orgelgeluidjes... verrek! Malibu is familie van De Eerste De Beste! Dat Tilburgs/Osse collectief bedient zich ook van een goed soort quirkyness die je in je vingers moet hebben, wil je het overtuigend kunnen brengen. En dat kan Malibu. De gortdroge teksten over de meest uiteenlopende onderwerpen als wolven, hippies en Lamborghini’s worden met een houding gebracht die doet denken aan Pavement in hun vroege jaren; vol ogenschijnlijke  desinteresse, maar op het podium juist met bakken vol energie.

En alsof het feest dan nog niet compleet is, worden ook nog twee nummers gespeeld die niet eens op het album staan en mogen de dames die clip van single ‘Venice Beach’ van een dansje voorzagen hetzelfde kunstje hier in de Hall of Fame flikken onder luid gejuich. Dat er een zekere mate van incrowd hier is, valt niet te ontkennen (“Hoi mam”), maar ook voor de buitenstaander is deze presentatie gewoon een verdomd fijn feestje.