‘Thuis werd altijd progressieve rock gedraaid, vooral door mijn pa. Die was en is nog steeds fan van bands als Porcupine Tree, Lynyrd Skynyrd, Dire Straits, Genesis, Toto, dat soort namen. Poprock dus. Daar ben ik mee opgegroeid, dat stond altijd aan. Ik herinner me vooral ‘Hold The Line’ van Toto. Mijn moeder draaide veel Nederlandstalige pop, van Ruth Jacott tot Paul de Leeuw tot Edsilia Rombley.
Allemaal niet echt hiphop dus. Die liefde daarvoor kwam vooral door een compilatie-cd van m’n pa, dat was zo’n cd van MTV en Braun, dat elektronicamerk. Daar stonden die eerdergenoemde poprockbands op, maar ook eurodance, en Busta Rhymes en Extince. ‘Spraakwater’ stond erop. Ik vond die hiphopnummers het leukst, die draaide ik telkens opnieuw. Ik kon het ook direct aan elkaar koppelen, dat het hetzelfde genre was. Wat later kwam ik bij mijn neef en die had die Slim Shady-LP van Eminem opstaan. Ik wist: dit is ook datzelfde genre. Dat vond ik heel vet.’