“Soms is kunst meer van invloed op mijn muziek dan muziek zelf. Daarom trekken de wat theatralere bandjes mij ook erg aan.” Dat zijn de eerste woorden van Anna van Rij van The Visual. The Visual is een Amsterdamse band bestaande uit Anna van Rij (zang, gitaar), Timon Persoon (toetsen) en Tim van Oosten (drums). De voorloper van The Visual was een vijf-koppige formatie, maar deze viel al snel uit elkaar. De vriendschap tussen Van Rij en Persoon zorgde er voor dat The Visual opbloeide.

Het begon met kleine, experimentele dingen. Zo componeerden Van Rij en Persoon muziek voor filmscènes na deze gezien te hebben. “We maakten dan klanken met tandenborstels,” vertelt ze. Of ze droeg gedichten voor van Sylvia Plath en Persoon creëerde daarbij klanken. “Sommige mensen zouden dat heel ongemakkelijk vinden, maar wij deden dat.” Deze bijzondere samenwerking groeide door. Nu schrijven ze ook samen. In 2017 besloten ze er volledig voor te gaan. Ondertussen heeft de band meegedaan aan de Popronde, bracht eind 2017 hun eerste EP uit en stond ze begin 2018 op Grasnapolsky.

“Ik denk dat de muziek die we maken vooral komt uit de wereld van de filosofie, van de poëzie. Ik ken niet zoveel bands uit mijn omgeving die dat ook doen. Waarmee ik niet wil zeggen dat ze er niet zijn hoor! In mijn omgeving ken ik ze alleen niet,” aldus Van Rij. Ze is The Visual gaan zien als iets filosofisch in plaats van enkel een muzikaal ding. Ze vertaalt haar filosofie en haar ervaring er mee naar haar muziek. Het zijn dus niet ‘gewoon maar liedjes’ die je luistert. Filosofie bracht haar verlichting en de ervaring om hoe het is te leven en niet in de roes van het dagelijkste leven te zitten. Met The Visual wil Van Rij vooral het gevoel van leven delen. “Ik wil wat ik heb gezien, geleerd en ervaren door die verlichting ook aan anderen meegeven. Ik heb een enorme zendingsdrang,” voegt ze er lachend aan toe. “Ik wil delen. Vooral heel veel delen.”

Van Rij deelt ook graag haar favoriete platen met ons, al was dat lastig. “Ik vind inspiratie in bijna alles. Het gaat mij vooral om wat iemand vertelt en dat is eindeloos. Ik ben op zoek naar het verhaal erachter. En dat vind ik in Nick Drake, of klassiek, maar dat gaat maar door. Ik vind het ook in jazz en in bands zonder zang. Ik wil gewoon geraakt worden."

Nick Drake – Five Leaves Left (1969)
(of eigenlijk alles van Nick Drake)

"Nick Drake is voor mij een grote inspiratiebron. Wat hij maakt is zo mooi. Zijn spel op akoestische gitaar, samen met zijn zang, maakt het zo verhalend. Sommige nummers, dat is huilen. Die maken mij melancholisch en weemoedig, dan kom ik in een andere wereld terecht. Bijvoorbeeld River Man. Het gevoel wat dat bij me oproept, zo intens en levendig, mooier dan dat is er bijna niet. Veel van zijn werk vind ik waanzinnig goed, zowel technisch als creatief. Het is niet echt toegankelijk, maar alles klopt. Ik vind een bepaalde sereniteit en rust in zijn muziek. Een acceptatie van het zijn.

Ik vind hem echt de klank van de mens, de natuur, van de omgeving vertalen. Met The Visual wil ik dat ook overdragen. Als het bewustzijn dat de mens echt heel veel invloed heeft op de natuur verloren gaat, vergaat ook de menselijke wereld. Denk ik. Wij staan niet los van de wereld of de natuur. Met mijn muziek probeer ik dat bewustzijn ook aan te wakkeren. Ik wil dat mensen er over na gaan denken en zich afvragen: ‘Er is iets anders, iets groters. Maar wat is dat dan?’ Niet iedereen gaat dat doen, maar ik spreek wel mensen die onze muziek als bijzonder ervaren en dan denk ik al: ‘hier is iets gebeurd, er is iets losgemaakt’. Dat is voor mij dan een soort taak die ik heb volbracht.”

Joy Division – Unknown Pleasures (1979)

“Een vriend van mij vertelde mij over deze band. In een winkeltje in de Negen Straatjes hoorde ik voor het eerst Disorder en toen dacht ik ‘Ja! Dit is gaaf’. De plaat ging dus meteen mee naar huis. Luisteren naar deze plaat was een ontdekkingstocht. Ik raakte steeds meer gefascineerd met het verhaal erachter en heb de documentaire gekeken. Een bijzonder verhaal, maar wel heel heftig. Ik luisterde er vroeger veel naar en het heeft me vaak geïnspireerd. Er zit een energie van totale overgave in, die neem ik graag mee. Dat is heel intens. De rauwheid in deze plaat bewonder ik ook erg. En de donkerte die aanwezig is, vind ik ontzettend eerlijk. Ik hoor dat zelden op andere platen, maar ik herken dat donkere wel, die gekte. Die laat ik niet altijd zien, maar die is er wel.

Ik merk dat ik vaak melancholische artiesten uitkies, artiesten die op een bepaalde manier hebben geleden. Ik voel een connectie met hun levensverhalen. Daar kan ik me echt in inleven. Ze hebben allemaal een soort leed en dat vertalen ze op hun eigen manier. Vergis je niet: ik ben geen gekwelde artiest ofzo. Ik vind de zoektocht naar verlichting juist veel interessanter dan de down side. Ik heb het ook veel liever over de kracht die je uit de donkerte kan halen, het omhoog klimmen en de creativiteit die je daarin kan vinden. Daar gaat mijn muziek over: niet over in de diepte zitten en blijven hangen, maar over eruit klimmen."

Jeff Buckley - Grace (1994)

“Jeff Buckley valt voor mij in dat straatje van manieren vinden om ‘eruit te klimmen’. Hij vertaalt voor mij een existentieel conflict. Hij werd door de pers een heilige genoemd, en engel, en hij was ook wel heel bijzonder, als een soort boodschapper. Volgens mij voelde hij door zijn aantrekkelijkheid toch een soort strijd. Want hij kreeg ook aandacht omdat hij zo knap was. Ik kan me voorstellen dat er een soort gespleten persoonlijkheid ontstond. Aan de ene kant de bevestiging, opgehemeld worden, aan de andere kant jezelf proberen te blijven en je niet te veel te laten beïnvloeden door de bevestiging van anderen. Je wilt goed zijn, gehoord worden, maar tegelijkertijd wil je dat niet willen, want dat wordt gezien als lelijk. Ikzelf voel soms dat conflict. Gehoord willen worden en puur blijven.

Grace heeft voor mij een nieuwe wereld geopend. Een wonderlijke wereld, die ik daarvoor nog niet had ervaren. Het bevat een bepaald existentialisme waar veel filosofen en poëten zich aan wagen. Het leven is niet te vangen, maar het houdt ons allemaal bezig. Ik krijg de indruk dat Buckley zich daar ook bewust van was en zich met deze thema’s bezig hield.”

The Smiths – Hatful of Hollow (1984)

Ten eerste vind ik de hoes van deze plaat heel mooi. Maar ik vind niet alles mooi van The Smiths. Sterker nog, sommige dingen vind ik echt heel lelijk en hebben de plank compleet misgeslagen. Maar de meeste nummers op deze plaat vind ik gaaf. Die nummers vangen ook een gevoel van eenzaamheid en verlangen, naar verbinding. Dat zit heel erg in het nummer This Charming Man. In There is a Light that never goes out zingt hij ook ‘Oh, please don't drop me home, because it's not my home, it's their home, and I'm welcome no more’. Maar dat verlangen dat kan hij niet vinden; niet in anderen, maar ook niet in zichzelf. Dat is natuurlijk treurig, maar het is ook het mooiste gevoel en het eerlijkste gevoel. Want, als we filosofen moeten geloven, is die eenzaamheid in ons een feit. Als mens zijn we eenzaam. En ik zoek dus blijkbaar mensen op die dat ook kennen en vertalen naar hun muziek. Dat is wat me raakt aan de muziek, teksten en stem: ik herken het gevoel dat hij bezingt. Daarnaast zit er in hun muziek een rauw randje dat ik erg gaaf vind. Maar ik krijg er tegelijkertijd een opzwepende energie van. Een beetje punky, en natuurlijk dat Engelse wat er in zit, daar houd ik enorm van. Joy Division heeft dat ook. De gitarist Johnny Marr vind ik erg goed. Interessante partijen, ritmisch en gave sound. The Smiths hebben iets dissonants, maar dat is nou juist wat het echt maakt, daar houd ik van.”

Joseph Maurice Ravel – Miroirs (1906)

“Klassiek is het mooiste genre en dus mijn favoriete genre. Ik kan er uren naar luisteren. Klassieke muziek kent diepgang, focus, aandacht, bezinning en gronding. In klassieke stukken zitten veel onaangekondigde wendingen, onverwachtheden, enorme dynamiekverschillen, noem maar op! Het is zo levendig en creatief, het kan van links naar uiterst rechts gaan. Bijvoorbeeld Ravel’s Miroirs: III. Une Barque sur l’océan (Een boot op de oceaan) geeft een muzikale reis weer als boot op de oceaan, van dobberend naar onheilspellende klanken, grootste golven, storm en donkerte en dan de lichtzinnigheid van de glinsteringen van de zon op het water. Het is zo beeldend. Mij inspireert die manier van werken enorm. Het grappige is dat er zoveel composities zijn waarbij geen tekst aanwezig is, toch lijkt het stuk een verhaal te vertellen. Er gebeurt iets in mijn innerlijke wereld. Je wordt meegevoerd met de levendigheid van het leven.”

Wolf Alice – Visions of a Life (2017)

“Wie ook echt genoemd moeten worden, is eindelijk iemand van deze tijd. Wolf Alice. Hun opnames vind ik nog niet zo sterk, maar live is het echt… My God, ik ben in m’n hele leven nog nooit zo weggeblazen. Ik werd er helemaal ingezogen. Ik kende het niet voordat ik ze live zag, maar na het optreden was ik beduusd. Ik heb nog steeds zoiets van ‘Wow, was dat echt? Is dat echt gebeurd?’ Ik volg haar nu ook op Instagram en like de foto’s en voel me echt… Fan girl. Ze is ook heel mooi. Ik ben wel benieuwd wat ze nog allemaal gaan doen, het kan nog alle kanten op gaan. Dat is wel spannend.”

The Visual bracht vorig jaar hun EP Translation uit. Ze zijn dit jaar druk bezig geweest met opnames voor hun eerste album. De opnames hiervoor vonden plaats in België met Reinhard Vanbergen in van ICP Studio. Een groot deel van de nummers zijn vervolgens gemixt door grote namen in Amerika: Alain Johannes en Darrell Thorp. “Mijn gevoel zegt dat 2019 een heel mooi jaar gaat worden,” zegt Van Rij met een glimlach.

The Visual’s eerste single van het nieuwe album komt eind september uit. Naar verwachting zal begin volgend jaar, na een reeks single releases, hun debuutalbum naar buiten worden gebracht.