Nu het festivalseizoen achter ons ligt en het clubseizoen weer op stoom komt, is het tijd voor een nieuwe editie van Zero For Three in de Muziekgieterij. Begin september vond de eerste en zeer geslaagde festivaleditie plaats, maar vanavond keren we terug naar het vertrouwde concept: drie opkomende bands in de kleine zaal, gratis toegankelijk.

Day Fever

De avond wordt geopend door Day Fever, een band uit het Belgische Bilzen, net over de grens bij Maastricht. Hun sound beweegt zich ergens tussen postpunk, shoegaze en new wave: dromerig, maar met een scherp randje. In 2024 bracht de band hun eerste EP Ceilings uit, die positief werd ontvangen.

Vanavond trappen ze af met ‘Small Ones’, gehuld in dikke rook en blauw licht. Even is het zoeken waar de drummer zit, niet alleen door de mist, maar ook omdat hij half verscholen zit in een hoek, aangezien de drumkit van Brògeal al op het podium staat. Daarna klinkt het dromerige gitaarriffje van ‘Obscurity’. Opvallend is hoe helder de band klinkt, iets wat bij shoegaze niet altijd vanzelfsprekend is.

De zang komt in de rustige stukken goed tot zijn recht, maar in de stevigere passages balanceert de zanger op het randje van overschreeuwen, wat niet altijd even prettig mengt met zijn wat klaaglijke zangstijl. Het sterke gitaarwerk maakt echter veel goed, vooral in ‘Ceilings’, waarin de duistere sfeer mooi tot uiting komt. Toch blijven we wat afgeleid door de zang, al verbetert die gaandeweg. De nummers liggen bovendien vrij dicht bij elkaar; er is weinig afwisseling of verrassing in de set.

Een nummer dat er wél uitspringt is ‘Paralyzed’, met een trage, sfeervolle opbouw die uitmondt in een krachtig refrein. Het voelt beklemmend en kruipt onder je huid. Daarna volgen nog twee nieuwe nummers: de aankomende single ‘Rush’, die volgende week verschijnt, en ‘Lights’ (volgens de setlist), het afsluitende nummer. Day Fever levert een degelijk optreden af, maar weet vanavond nog niet helemaal te overtuigen.

Day Fever

Day Fever

Organoid

Ook de tweede act van de avond heeft Belgische roots, al telt Organoid twee leden uit Maastricht (bekend van Daddy Unchained). Zangeres en gitariste Lore Borremans is bovendien de frontvrouw van Blue Robin, de band die op 8 november te zien is op Geleen Calling. Er schuilt dus duidelijk genoeg muzikale creativiteit in deze formatie, waarvan de leden elkaar leerden kennen aan de PXL muziekopleiding in Hasselt. Organoid bestaat nog maar kort: hun debuutoptreden vond pas in februari plaats, in het Landbouwbelang in Maastricht. Op Spotify is de groep nog niet te vinden, want ze werken momenteel aan hun eerste EP. Juist daardoor is het optreden van vanavond extra interessant: wat kunnen we verwachten van deze nieuwkomer?

De soundcheck duurt iets langer dan gepland, maar met een kleine vertraging gaat de band dan toch van start. Al bij het eerste nummer blijkt dat de stijl van Organoid zich lastig in één hokje laat plaatsen. Het is een eclectische mix van postrock, mathrock, artrock en psychedelische invloeden. Bovenal is het erg experimenteel en dat is niet voor iedereen weggelegd. De muziek vliegt alle kanten op: het ene moment hoor je een vleugje jazz, dan weer een scheut postpunk, indie, of zelfs manisch gelach midden in een nummer. Het is bepaald geen makkelijke kost en soms zelfs wat lastig te volgen.

Muzikaal is het beslist niet slecht, maar de complexe composities komen in deze setting niet helemaal tot hun recht. De creativiteit van de bandleden valt op, net als het enthousiasme waarmee ze spelen. Borremans’ zang springt er duidelijk uit: loepzuiver, helder en vol gevoel. Het laatste nummer is direct ook het sterkste van de set. Het begint dreigend, met percussie en soundscapes, en bouwt mooi op: soms klein en ingetogen, dan weer groots en meeslepend, met sterke samenzang tussen Borremans en bassist Axel Ausloos. Dit nummer is net wat toegankelijker, zonder dat het aan experimentele kracht inboet. Waar Day Fever vanavond wat voorspelbaar bleef, weet Organoid juist te verrassen met hun eigenzinnige en avontuurlijke geluid, al komt dat in deze setting nog niet helemaal uit de verf.

Organoid

Organoid

Brògeal

De avond wordt afgesloten door het Schotse Brògeal, dat muzikaal een heel andere richting opgaat dan de voorgaande twee bands. Hun muziek is een energieke mix van indierock, punk en traditionele Schotse en Ierse folk, met instrumenten als banjo, mandoline en accordeon in de hoofdrol. Vooraf denken we aan een kruising tussen The Dubliners, The Pogues en The Proclaimers, met vleugjes Arctic Monkeys en Oasis.

Er wordt geopend met ‘Roving Falkirk Bairn’, waarmee de toon van hun folky sound direct wordt gezet. Na dit nummer vraagt de band: “Wanna do a small dance?”, en vooraan in het publiek wordt daar enthousiast op gereageerd. Het is pure feelgoodmuziek: vrolijke klanken, versterkt door de positieve energie op het podium. De bandleden, allemaal met donkere zonnebrillen, maken grappen met elkaar en met het publiek, bijvoorbeeld wanneer ze vragen wat in het Nederlands de beste term is om ‘stomdronken’ te beschrijven, waarna ze met zwaar Schots accent het woord “zat” proberen uit te spreken.

We krijgen vanavond al enkele nummers te horen van hun aankomende debuutalbum Tuesday Paper Club, waaronder ‘Vicar Street Days’, over hun thuisstad, ‘One For The Ditch’ en ‘Friday On My Mind’, met een prettig meezingbaar refrein. Ook een aantal oudere songs passeert de revue, waarbij vooral ‘You’ll Be Mine’ positief opvalt. Voorafgaand aan ‘Man Accused of Murder’ vertelt een van de bandleden een lang verhaal over de inhoud van het nummer. Het verhaal is wat moeilijk te volgen, deels omdat de rest van de band het nummer al inzet, maar ook door het zware Schotse accent.

Brògeal

Brògeal

Brògeal maakt er hoe dan ook een vrolijk feestje van, al komen de verwachte invloeden van bands als Arctic Monkeys en Oasis live nauwelijks naar voren. Vanavond klinkt de band vooral als pure Iers-Schotse folk: goed uitgevoerd, maar ook vrij voorspelbaar en degelijk. In de laatste nummers horen we gelukkig meer van de alternatieve rockkant, vooral bij ‘Sunday Morning’ en het titelnummer van het aankomende album, ‘Tuesday Paper Club’.

Afgesloten wordt met een eigen interpretatie van ‘Lonesome Boatman’, oorspronkelijk uitgebracht in 1969 door de broers uit de Ierse folkgroep The Fureys en later bekend geworden in de versie van Dropkick Murphys. Deze uitvoering, compleet met fluit, is eigenlijk het hoogtepunt van de set: met een sterke opbouw en een overtuigend slot waarin de band laat horen zeker te kunnen rocken. We hopen dan ook dat die rauwere energie en rockinvloeden terug te horen zullen zijn op het debuutalbum Tuesday Paper Club, dat op 17 oktober verschijnt.

Brògeal

Brògeal