Het t-shirt van de leadgitarist zet de toon: "Alle vette shit komt uit het Oosten". Het Enschedese Badminton speelt als gemengd quartetto en maakt alternatieve rock in Studio Gonz. 'Crawlin' herinnert aan een ’90s Britrocknummer door de lang aangehouden eindvocalen van Luca de la Haye en diens Britse accent. 'Come On Over' en 'You Bug Me' hebben vleugen Nirvana. ‘Mother’ is dan weer speedrock. Een vierde invloed, ‘QOTSA’, wordt tijdens het gelijknamige nummer benoemd. De tekst bestaat vooral uit een QOTSA-eske opsomming van narcotica. Het metrum van "Ccccc... Co-caine!" volgt als ode precies dat van het gelach op de bonustrack van ‘Songs for the Deaf’. Badminton heeft uit al deze ingrediënten een eigen mix gemaakt.
Meet the band
Drummer Stein Rusken speelt fanatiek en met zichtbaar plezier. Bij 'Little Star' (dit weekend uitgebracht als single) vallen de drums pas in na een minuut; die tillen het nummer meteen op.
Bassist Lotte van Heek kijkt met open blik de zaal in. Een lang wit lint hangt onder haar bas. Ze beweegt zich vrij over het podium en springt op de verhoging voor de drums, om daar een tijdje te spelen. Lotte speelt met een Flea-achtige envelope filter in 'Come On Over' en slidet even later ver op de hals met een flesje appelsap.
Leadgitarist Chiquinho Hoogerdijk laat tijdens 'Speed' nonchalant zijn gitaarhals zakken en tikt die showy met zijn linkervoet weer omhoog. Op zijn gitaar staat de hand van God die Adam schept uit de Sixtijnse Kapel.
Tijdens de toegift ‘Radio’ valt al het zaallicht opeens uit. De band speelt in het donker gewoon door, tot er twintig seconden later weer licht is. "Ik weet dat het zondag is, maar dit vind ik wel heel erg heftig", zegt Lotte quasi-geschrokken.
Badminton smasht alle shuttles, al is het nog nét geen Aziatische sprongsmash.