De vingervlugge gitaarsolo’s werken zo goed samen met de keys op momenten, dat ze bijna samen lijken te smelten. Soms heeft het de neiging om wat eentonig te worden, maar precies op zo’n moment slaat het roer over en wordt de luisteraar gebombardeerd met totaal iets anders.
Deze mannen zijn ondanks hun heftige instrumentalen niet vies van het inzetten van een koor, robotvocalen (ja hoor, Megatron is ook van de partij) of swingende synthesizers. Het laatste geeft het album soms een science fiction achtige vibe, waardoor de luisteraar zich net in de ’80s bevindt. Vooral in ‘Jungian Armageddion’ komt dit heel sterk naar voren.
‘Pathless Wrath’ en ‘Black Lotus Cannibal, bevatten een goede mix van brute vocalen, die veel van het rauwe van Lamb of God’s Randy Blythe hebben, en duistere synthesizers, die recht uit het dungeon synth- genre lijken te komen. Dit samen brengt een heerlijk golf van wanhoop, hopeloosheid en melancholie met zich mee, wat perfect is voor deze druilerige tijd van het jaar. Nee, dit is geen makkelijke plaat om zomaar weg te luisteren, maar het is daarom ook symfonische deathmetal; geen Metallica.
Epistulum bewijst met dit album een veelzijdige, theatrale en vooral experimentele band te zijn, die misschien niet voor iedereen weggelegd is, maar overduidelijk veel aandacht en tijd besteden aan hun sound. Bands met zoveel oog voor detail voor hun sound zijn absoluut welkom in de Nederlandse metalscene.