Wand overtuigt, maar betovert niet

Kwartet uit LA bouwt muur van geluid

Tekst: Ernst Jeuring Foto's: Bob de Vries ,

Onlangs leverde Wand een mooie tweede plaat af, een half jaar na de eerste. Hoog tijd voor een tour, waarmee de band voor het eerst Groningen aandoet. Krachtige nummers en een energiek optreden zorgen voor een indrukwekkende kennismaking. Toch blijft de magie van de albums uit.

Kop en kont

De opener van de avond, Bingo Starr, is een Fries trio met bekende gezichten uit Yuko Yuko en The Homesick. Bandjes van het frisse soort die je meteen omarmt. Het begin van de set van Bingo Starr borduurt op die frisheid voort. Jeugdige onschuld en branie, tikkie schel gitaargeluid en een pakkende melodie. Met een flinke reverb op beide gitaren en al evenveel galm op de zang zoeken de jongens het in de surfhoek. Zie daar, de basis voor een zonnig optreden. Helaas ebt de frisheid van het begin al snel weg en maakt plaats voor een rommelig vervolg. De zang van Elias Elgersma en Jaap van der Velde blijkt niet vast genoeg en het drumwerk biedt onvoldoende houvast om de gitaarbattles in goede banen te leiden. De band mist regie en het gros van de nummers mist een kop en een kont. De interpretatie van Autobahn van Kraftwerk geeft nog een glimlach, maar niet meer dan dat. Dat is jammer, want de jongens hebben bewezen dat ze het kunnen, een tof optreden neerzetten.

Alweer één uit LA!

Van een ander kaliber is Wand. Krachtpatserij in optima forma. Een paar maanden geleden kwam de plaat Golem op de markt, opvolger van het debuut Ganglion Reef. Met twee platen in een half jaar tijd legt de band een behoorlijke productie aan de dag. Een tour kan dan niet uitblijven. Met concerten van together PANGEA en The Meatbodies nog in het geheugen maakt de volgende band uit Los Angeles zijn opwachting in de grote zaal. Met een stevig en energiek optreden maakt de band indruk.

Gedreven

"It’s our first time at Vera, and we like it here", zegt frontman Corey Hanson. De band maakt inderdaad een gedreven indruk. Bassist Lee Landey staat headbangend te pompen en drummer Evan Burrows mept snoeihard en vakkundig alles potdicht. Hanson zelf blijkt een zanger met een dijk van een stem en een energiek gitarist. Alleen Daniel Martens kampt zichtbaar met fysiek ongemak en speelt vrij anoniem zijn gitaar- en toetspartijen. Wand bouwt een muur van geluid die leunt op de bas en drum. Burrows en Landey leggen een stevige basis met overduidelijke metalinvloeden, zoals met het nummer Planet Golem. Grote man in het geheel is Hanson. Hij neemt de vocalen en de essentiële gitaarpartijen voor zijn rekening. Het gitaarspel, met een flinke reverb, klinkt wijds. Het geeft een verruimende dimensie aan de nummers. Zijn solo's speelt hij bovendien uitbundig. Hij schroomt niet om zijn gitaar eens even tegen de speakers of de microfoonstand te klappen.

Betovering

Live overtuigt Wand zonder meer. De band slaat zich moeiteloos door de set, die bestaat uit krachtige nummers van beide platen (om een hoogtepunt te noemen: Self Hypnosis In 3 Days). Af en toe laat Hanson zich gaan in een wollige gitaarsolo die niet per se iets toevoegt. De ritmesectie roept hem dan gelukkig tot de orde. Wat gedurende het hele optreden wordt gemist, is het hallucinerende zangeffect dat de platen bijzonder maakt. Die doet ergens denken aan de zang van - het is echt waar - John Lennon: snerpend, zwevend, scherp. Hoe sterk Hanson ook voor de dag is gekomen, dit visitekaartje mag hij live ook gewoon afgeven. Graag zelfs. De betovering die ligt besloten in Wand blijft daarom helaas achterwege. Wat rest is een overtuigend optreden.