Raketkanon slaat Vera om de oren

Gents viertal beukt, schreeuwt en scheurt de hele zaal door

Tekst: Jan van der Meulen Foto's: André Eggens ,

Met een splinternieuw album op zak mag het Vlaamse kwartet Raketkanon aan Vera laten horen wat het in huis heeft. De Gentenaren staan erom bekend met compacte, hoekige maar vooral snoeiharde nummers een ware muur van geluid neer te kunnen zetten. Kenners weten van tevoren: dit kon wel eens iets speciaals worden.

Stoner-rocktrio Menhir mag vanavond de aftrap verzorgen. En met die aftrap wordt hier een beste trap onder het spreekwoordelijke hol bedoeld. Slechts gewapend met twee basgitaren en een drumstel bombardeert het trio het publiek met loodzware riffs en diepdonkere brulzang. De band maakt zijn naam wel waar, de muziek voelt alsof je met een enorme steen om de oren wordt geslagen, maar de verrassing is er helaas snel af. Het inzetten van een track met een soort politiek geladen nieuwsberichten is een leuke vondst, maar lijkt bij Menhir voornamelijk ter vervanging van de daadwerkelijke zang ingezet te worden. De eentonigheid weet er hierdoor al vrij snel in te sluipen. Muziek maken kunnen de heren absoluut, het drietal grijpt het publiek meteen bij de strot, maar een tikje meer variatie had hier iets memorabelers van kunnen maken.

Maar dan begint het echte werk. Zodra Raketkanon zijn eerste noten speelt weet iedereen genoeg: het komende uur krijgen de aanwezige oren het flink te verduren. Wie dacht dat het na Menhir niet harder kon komt bedrogen uit. Raketkanon, die inmiddels twee albums op hun naam hebben staan met de klinkende titels RKTKN #1 en #2, trakteert het aanwezige publiek op spijkerharde gitaarriffs die tegen de metal aan schurken. Wat het anders maakt zit hem vooral in de twee keyboards die de band gebruikt om het hoekige spel van gitarist Jef Verbeeck aan te kleden en de scheurende zang van zanger Pieter-Paul Devos te doen galmen en vervormen.

Juist door deze elektronische elementen weet de band hun rechttoe rechtaan nummers constant interessant te houden. De nummers, die net als de albums weinig onthullende titels dragen, zoals Herman, Judith en Ibrahim, zijn stuk voor stuk compact en loeihard, maar weten toch telkens te verrassen. Waar de band ook geniaal mee speelt is het tempo in het optreden. Telkens worden de beukende riffs en krijsende zanglijnen afgewisseld met net niet te lange rustpunten. Raketkanon geeft het publiek steeds even de tijd om op adem te komen, alvorens er weer snoeihard in te gaan. Hierdoor blijft de gang er goed inzitten en wordt tegelijkertijd de eentonigheid vermeden.

Ook qua enthousiasme zit het vanavond goed. Devos begeeft zich regelmatig al zingend, schreeuwend en struikelend door het publiek en ook drummer Pieter de Wilde springt met enige regelmaat van zijn kruk om een rondje over het podium te rennen of het publiek op te zoeken. Het publiek blijft onder al dit spektakel niet ongeroerd en deint en stampt naar hartelust met de jongens van Raketkanon mee.

Maar dan is het ineens alweer afgelopen, net zo abrupt en recht voor z’n raap als het begon. Veertig minuten heeft het geduurd. Veertig korte, maar alleszins krachtige minuten waarin het publiek bij de kladden is gegrepen, volledig door elkaar geschud is en verdwaasd achterblijft. Veertig minuten die de aanwezigen waarschijnlijk nog lang zullen voelen.