Saro (42) was een probleemdrinker. Iemand die niet meer kon stoppen zodra hij zijn eerste biertje binnen had. Die twee kratten weg sloeg en nog steeds niet wankelde. Maar sinds afgelopen zomer staat hij droog. “Het was genoeg geweest. Ik werd er ongelukkig van, liep alleen maar te klagen en stond niet open voor de mensen om me heen. Het beest moest aan de ketting.” De tijd die over was nu hij niet meer tot ’s ochtends vroeg in de kroeg zat moest natuurlijk worden gedood. Dus kocht hij een nieuwe pc en ging aan de slag in zijn nieuwe thuisstudio.
Hij weet het nog precies. De muze kwam langs en voor hij het wist, was er een nummer: het desolate ‘Try’. “Ik heb altijd naar dat soort muziek geluisterd,” verklaart Saro het hoge Nick Cave-gehalte ervan. “Muziek met gevoel, muziek van gekwelde romantici. Nick Cave, Leonard Cohen.” Bij O.D. Babe bast hij nog steeds, laat dat vooral duidelijk zijn. En dat blijft hij ook doen. “Maar ik heb ontdekt dat ik het ook leuk vind om zelf muziek te maken. Daar komt bij dat ik ergens heen moest met de energie die vrijkwam toen ik stopte met drinken. Muziek maken werd mijn bezigheidstherapie.”
Het was aanvankelijk niet de bedoeling om iets te doen met de nummers die opborrelden als zijn muze langskwam. Ja, uitwerken en voor eigen gebruik houden. Maar zijn omgeving reageerde enthousiast, en hij besloot er toch wat meer werk van te maken. Bevriende muzikanten bleken bereid zijn kale, digitale huisvlijt met levende instrumenten te upgraden en – alweer – voor hij het wist was er een demo: ‘Rosarium’. Het schijfje telt zes nummers, die zich laten omschrijven als minimale, melancholieke ballads met een eightiesfeel.
De teksten zijn autobiografisch. Maar daar kwam hij pas later achter. “Ik schreef ze meestal tegelijk met de muziek. De tekst van ‘Your Love’ is bijvoorbeeld ter plekke bedacht en in één keer ingezongen. Maar toen ik hem later overlas, begreep ik pas waar hij over ging. Je denkt dat het gaat over een man die verlaten is door zijn vrouw. Maar het gaat over mijzelf. Over mijn zwakheden en onzekerheden. Over de drugs die mij nog steeds roepen, zoals in ‘New York Baby’. En over mijn moeder.”
De onlangs door Platex Records gelanceerde digitale single ‘Come In’ is opgedragen aan zijn vader, Rosario Paradiso. Die overleed vorig jaar, zonder dat hij er van wist. “Zijn vrouw vond het niet nodig om me op de hoogte te stellen. Ik heb dus niet op zijn begrafenis kunnen zijn. Dit nummer is daarom mijn afscheid aan hem.” En laat ‘Come In’, met zijn pakkende pianomelodie en de smeuïge kopstem van zangeres Inge Huizenga (Exota Springs), nou ook nog een song met hitpotentie zijn. Zijn vader zou trots zijn geweest.
Na de zomer verschijnt ‘Rosarium’. Of het nou bij een label is of in eigen beheer, uitbrengen zal hij hem. Eigenlijk wil Saro de nummers nog een keer opnieuw opnemen. Ze klinken nog een beetje onnatuurlijk, vindt hij, met die drumgeluiden uit een module. Maar hij denkt dat er de komende tijd ook het een en ander aan ze gaat veranderen, nu hij repeteert met een zeskoppige live band. “Harm Wierda van Planet Orange gaat orgel spelen. Dat geeft al een heel andere sound. Maar ook de jongens van Whipster zullen hun stempel drukken. En dan wil ik er nog een celliste bij vragen.”
Zijn begeleidingsband bestaat voorlopig uit Huizenga, Wierda, drie leden van Whipster en toetsenist Steven van der Werff van The Kickers. Ze zullen hem op projectbasis bijstaan. “Ook letterlijk bijstaan,” grapt hij. “Want ik ben hartstikke zenuwachtig voor de try-out in Simplon. Als bassist kon ik me altijd verschuilen achter anderen. Nu ga ik ineens zingen, en kijkt iedereen naar mij.” Als ‘Rosarium’ uit is, wil Saro een toertje doen. Hij is de publiciteitsmachine rond zijn project daarom vast aan het opstarten. “Jezelf profileren, dat is waar het om gaat, zei Peter Smidt (Conamus-bobo en ex-Groninger, rb) me eens. Dus ik ben wat cd’s aan het rondsturen. Misschien denken ze bij Universal wel: hee, de Nederlandse Leonard Cohen…”
Saro Paradiso en band spelen 8 april in Simplon
Muziek maken als bezigheidstherapie
“Het beest moest aan de ketting”
Waar stoppen met drinken al niet toe kan leiden. Oftewel: een interview met O.D. Babe-bassist Saro Paradiso, die tegenwoordig ook zelf muziek maakt. Heel andere muziek zelfs. Is de Nederlandse Leonard Cohen opgestaan?