#4df06: Lieflijk dromen bij Final Fantasy en Bell Orchestre
Arcade Fire-spinoff-feestje op het Valkhof
Canada is het nieuwe België. Waren het eerst dEUS en consorten die de nieuwe muziekstroom bepaalden in de alternatieve popwereld, nu is het de beurt aan The Arcade Fire met al zijn zijprojecten. 3VOOR12/Arnhem-Nijmegen bezocht er twee op de Valkhofaffaire.
Voor de liefhebbers van Canadese alternatieve pop was de maandagavond op de Affaire een waar festijn. Of er sprake was van groepskorting in het vliegtuig, of dat de meerderheid van de bands na het Belgische Dour ook wel even Nijmegen kon aandoen, bleef onduidelijk. Wel duidelijk was dat het moeilijk kiezen bleek. In de Ruïne mochten we allereerst Final Fantasy aanschouwen. Het publiek had al lang van tevoren, op wat eens een grasveld mocht heten, een zitplekje gezocht.
De intimiteit van de Barbarossaruïne bleek een perfecte locatie voor het eenmansproject van Owen Pallett. Hij is ons ook bekend als violist van The Arcade Fire en bandlid van The Hidden Cameras. Pallett beheerst niet alleen zijn viool goed, maar ook zijn pedalen. Door middel van loops creëert hij verschillende lagen, een techniek die ook te zien valt bij live-optredens van bijvoorbeeld Andrew Bird. Perfecte timing is noodzakelijk, dus ook Pallett staat op kousenvoeten om zijn pedalen tot op de nanoseconde nauwkeurig te kunnen bedienen. Zijn composities zijn dwars, zijn stem lieflijk en zijn vioolpartijen nu eens melodisch en dan weer snijdend. En net op het moment dat je wel weer genoeg viool hebt gehoord, zet Pallett zijn geheime wapen in: een drummer wiens vilten drumstok-koppen witte strepen op je netvlies achterlaten. Erg indrukwekkend.
Vervolgens snel door naar de Saddlespan voor nog twee The Arcade Fire-leden die met hun band Bell Orchestre rijk georchestreerde postrock ten gehore brengen. Op blote voeten en in witte feeërieke outfits bespelen zij het publiek. Al blijkt dit niet het gemakkelijkste genre voor de gemiddelde Vierdaagseganger. De magische uitwerking van deze soundscapes lijkt al na vijf rijen bezoekers dood te slaan. Met ogen dicht je laten meevoeren op contrabas, viool, jachthoorn en trompet is nou eenmaal niet zo makkelijk met zoveel drukte en lopende mensen om je heen.
Achterin blijken de stiltes te verschrompelen en alleen de rijke hoogtepunten blijven staan. Toch blijft het publiek enthousiast, bestelt nog maar een biertje, om vervolgens tegen de buurman een theorie op te hangen over de kwalitatief goede band, die misschien toch wel een zangstem kan gebruiken. Geheel onterecht overigens: we zien Bell Orchestre graag terug in een wat meer besloten kring, waar alle nuances tot hun recht komen. Foto's: Mike Nicolaassen