Stukafest uitmuntend in vermaak

And now for something completely different!

Tekst: Sebastiaan Bevers / Foto's: Klaas van der Pijl ,

Hoe vaak zie je op een avond een hang, electro en met jazz onderlegd danstheater? Hoe vaak heb je op een festival een 100% score op vermaak en vreugde? Stukafest bewees maar weer eens dat je met de juiste keuzes een ronduit onderhoudende en zeer leuke avond kunt hebben. Lees hier deel I van het verslag!

And now for something completely different!

Ah, het jaarlijks terugkerende Stukafest. Het is net zo regelmatig als zijn aanwezigheid op de culturele kalender van Nijmegen en zijn rondenprogramma. Alleen tijdens Stukafest zie je op vastgelegde tijdstippen meer fietsers dan normaal in en rondom het centrum. En alleen tijdens Stukafest ben je net bijgekomen van de kou en dan wordt je alsnog eruit gebonjourd, terug de kou in. Enfin, zolang het maar leuk blijft en alle optredens geslaagd zijn.

De avond trapt de hangspeler, ofwel hanghang, Jeff Hijlkema af. Een wat?! Ja, inderdaad! Een hang. Hang betekent in een Zwitsers dialect ‘hand’ en is een percussieinstrument dat sinds 2001 bestaat. Een hang ziet eruit als een koperen ufo. Het is hol. Aan de onderkant zit een naar binnen gekeerd gat; bovenop zitten de acht ‘nootdeuken’, afgerond met een koperen bal. Het bijzondere aan een hang is dat hij maar in een toonsoort kan spelen. Als je hem naar een andere toon wilt stemmen (bijvoorbeeld van d mineur naar fis), dan moet je daarvoor speciaal naar Zwitserland.

Maar goed, de muziek. Uit een hang komt vooral minimalistische muziek omdat de maat steeds dezelfde is. Het resoneert sterk en op de resonantie worden telkens weer noten gelegd, afhankelijk van de snelheid waarmee de hang met de hand bespeeld wordt. Het optreden zelf is vooral fascinerend. De variatie zit in het improvisatievermogen van de muzikant. Jeff Hijlkema maakt tijdens zijn optreden caribische, swingvolle meditatiemuziek. Moet ik nu blijven zitten of mag ik een beetje bewegen? Het is rustig en dansbaar tegelijk. Twin Peaks op Hawaii. De minimale belichting in de kamer past perfect bij de muziek. Het is intiem, uitnodigend en de mensen zitten bijna op elkaar. Het wordt nog leuker als Jeff Hijlkema een vragenuurtje inlast en het publiek de hang mag uitproberen.

Hup, de kou in. Op naar het volgende optreden. Ofwel: and now for something completely different. Anderson is een electroduo uit Rotterdam, vol van bliepjes, blopjes, blapjes en af en toe een gitaar. Het optreden wordt jammer genoeg verzorgd in een kille SSHN-keuken. Maar dat mag de pret niet drukken want op feestjes is het achteraf altijd het leukst in de keuken. Anderson heeft daarin een grote bijdrage. Ze hebben humor en zijn niet vies van enkele grapjes of overdreven showelementen.

Ook hun muziek is zeer vermakelijk en goed opgebouwd. Ze beginnen met vooral rustige nummers en sluiten af met snellere bliepjes die het publiek tot dansen aanzetten. De langzamere nummers zijn zeer romantisch en uitermate geschikt voor een verrassingsontbijt in bed voor je vriend/vriendin. Echter, bij Anderson heb je als muziekkenner ook gemengde gevoelens. Deze worden achteraf het best verwoord door Klaas (de fotograaf van de avond): “Als ik The Postal Service niet zou kennen, zou ik ze echt tof vinden." Anderson maakt leuke muziek en kan een zeer vermakelijk optreden neerzetten, maar hun muziek klinkt bijna als een exacte kopie van The Postal Service of Electric President. De originaliteitsprijs zullen ze nooit winnen maar wel de publieksprijs.

De avond sluiten we af met I Compani in Due, een jazzduo met piano, saxofoon en bijbehorend danstheater. Gelijk vanaf de eerste noot waan je jezelf in een donker, rood belicht jazzcafé met een glas whisky voor je. Het is uitstekende luistermuziek. Ook de kamer leent zich er heel goed voor. De banken zijn zeer comfortabel. Verder is er ook genoeg ruimte voor de danseres om zich uit te leven. Op zich is de danseres niet nodig omdat de muziek prettig om naar te luisteren en naar te kijken is, ook als hier en daar het experiment wordt gewaagd. Maar naar een danseres kijken is toch iets anders dan naar twee grijze mannen kijken. Vooral als de muziek en de dans zo goed op elkaar zijn afgestemd dat het organisch lijkt en alsof de danseres en de saxofonist met elkaar spelen. Het zorgt wel voor een goede show.

Het publiek wordt bij het optreden betrokken door een stukje dat geïmproviseerd wordt op basis van door het publiek genoemde gevoelens. Als slotstuk toveren I Compani de meest jazzy en in mijn oren en ogen de beste versie van De Vlieger uit hun hoed dat uitmunt in up-tempo stukje waarbij het publiek wordt gevraagd om te dansen. Deze uitnodiging wordt graag aangenomen en zo verandert de studentenkamer in een kleine disco. Een mooie aperitief voor het afsluitende feest.