Zo Moeilijk over de ‘Nijmeegse Modo’

“Het is onze eerste plaat, en dit moet hem toch wel worden!”

Nathaniel Bagijn, ,

Vandaag is het zover, de Nijmeegse hiphopformatie Zo Moeilijk brengt hun debuutalbum Nijmeegse Modo uit. Het album verschijnt bij het befaamde platenlabel Top Notch van Kees de Koning. Voordat het morgen in Merleyn wordt gepresenteerd, hier een gesprek met Rosco en Nosa.

“Het is onze eerste plaat, en dit moet hem toch wel worden!”

Vandaag is het zover, de Nijmeegse hiphopformatie Zo Moeilijk brengt hun debuutalbum Nijmeegse Modo uit. Het album verschijnt bij het befaamde platenlabel Top Notch van Kees de Koning. Voordat het morgen in Merleyn wordt gepresenteerd, hier een gesprek met Rosco en Nosa. Jullie langverwachte debuutalbum komt 31 oktober uit. Hoe gaan jullie dat album promoten. Komt er bijvoorbeeld een toer? Rosco: “Nou, daar zijn we sowieso nog over aan het nadenken, wat dat betreft wachten we even af hoe de release gaat. Vanaf de release gaan we kijken hoe we de toer gaan indelen en wat er precies gaat gebeuren. De releaseparty wordt sowieso een feestje. Het is onze eerste plaat en dit moet hem toch wel worden. Sticks en Rico staan ook op de plaat dus zij zullen ook aanwezig zijn.” Sticks toonde al eerder interesse in jullie, hoe hebben jullie dat ervaren? Rosco: “Ja, dat is toch iemand waar we tegenop kijken, hij is één van de beste mc’s van heel Nederland. En hij is down met de Nijmeegse Modo, betere motivatie kun je niet hebben.” Werkten jullie naast Sticks en Rico (Opgezwolle) met nog meer mensen samen op jullie album? Rosco: “In principe niet met veel andere mensen. We hebben het gewoon klein gehouden, sowieso met Ra, hij is een nieuwe boy die er aankomt. Hij is ook bezig met zijn solo debuutalbum.” Nosa: “Voor ons was het belangrijk dat we die eerste plaat uitbrachten zonder teveel gastoptredens van prominenten in de scene. Je moet kunnen laten zien dat je op eigen kracht iets neer kunt zetten wat je zelf dope vindt en wat andere mensen ook dope kunnen vinden.” Welke topics kunnen we verwachten op Nijmeegse Modo? Rosco: “Liefde. Surinaamse cultuur en ik denk ook een klein beetje Nijmeegse cultuur natuurlijk. Ja, een beetje gemeen… en humor.” Gaat het bij die liefde, vooral om liefde voor Nijmegen? Nosa: “Ja, liefde voor Nijmegen en liefde voor jezelf. Als je niet van jezelf houdt kan je ook niet van anderen houden.” Kan jullie album gezien worden als een muzikale citytrip door ‘jullie’ Nijmegen? Rosco: “Ja, en het gaat ook om gedachtegangen. Als je aan Nijmegen denkt dan moet je niet alleen denken aan de stad. Als ik aan Nijmegen denk, dan denk ik meer aan de dingen die ik heb meegemaakt.” Nosa: “Of de misstanden die je hebt meegemaakt in je jeugd. Kijk, in mijn tijd was het anders opgroeien dan in jouw tijd, misschien was het wel beter of minder goed. Maar het heeft mij wel gemaakt tot de persoon die ik ben. En op die manier nemen we je wel mee door een mentale trip zeg maar. Nijmegen in onze belevenis.” Schrijven jullie alleen over dingen die jullie zelf beleven en meemaken, of zit er ook een stuk fictie tussen? Rosco: “Een groot gedeelte is gewoon fictie, maar het is wel gebaseerd op dingen die kunnen gebeuren en ook zijn gebeurd. Nou heb ik het niet direct met betrekking op mij of Nosa, maar in onze omgeving.” Nosa: “We hebben zo’n track die heet ‘Croy’. Dat gaat over de Surinaamse cultuur, daar stamt het van af. Het is een verhaal en het verhaal is fictie. Het zou gebeurd kunnen zijn en we hebben er ook verhalen over gehoord dat het gebeurd is. Die track is eigenlijk een soort van film, als je je ogen dicht doet dan zie je het voor je.” Welke boodschap willen jullie overbrengen naar jullie publiek? Rosco: “Blijf jezelf. Dat is echt heel belangrijk. En kijk wat verder dan je neus lang is en feest gewoon lekker mee.” Nosa: “Geniet! Maar heel belangrijk is dat mensen zichzelf blijven. En qua hiphop, we doen ook heel veel braggen en boasten, hou het origineel. Ga niet meelopen met andere mensen. Het is namelijk niet altijd heel belangrijk om technisch de beste rapper te zijn. Misschien kun je een zin met meer emotie brengen als je hem niet net zoals Jiggy Djé rapt.” Wat is volgens jullie zelf, het typische Zo Moeilijk geluid? Nosa: “Ik vind onze sound wel raar, donker, rauw en sneaky. En gemeen.” Reflecteert dat ook wie jullie zelf zijn? Rosco: “In het dagelijkse leven zijn we gewoon flexe, normale gasten. Maar je maakt dingen mee. Soms maak je iets leuks mee en soms maak je dingen mee die minder leuk zijn. En dat kun je gewoon lekker uiten in je muziek.” Nosa: “Vaak als ik schrijf dan moet ik gewoon het liefst alleen zijn, rust om me heen en stilte. En dan komt die rare kant van jezelf naar boven.” Jullie zijn nu getekend bij Top Notch, hoe zijn jullie daar terecht gekomen? Rosco: “We hadden onze eerste promo cd gemaakt, die promo was ervoor bedoeld om te laten zien wie wij zijn en wat we in huis hebben. Die was gratis te downloaden via State Magazine. Kees de Koning en Sticks hebben het ook gehoord en zij vonden het allebei dope. We zijn toen door hen opgevangen. En Kees zei tegen ons dat we ons nieuwe album maar aan hem moesten laten horen. Dat hebben we gedaan en hij vond het nog steeds dope.” Hoe combineren jullie de muziek met jullie gezinsleven en werk? Rosco: “Dat is gewoon te druk af en toe. Ik heb een meisje sinds zeven en een halve maand. Ik werk, ik ga naar school en dan nog Zo Moeilijk. Af en toe is het echt druk. Ik heb wel het gevoel dat ik leef, dat wel.” Nosa: “Als je dit niet zou doen en je zou wel de kans hebben gehad, dan zou je later als je wat ouder bent echt spijt krijgen. Met alle haren op je hoofd. Muziek is gewoon het dopeste wat je kunt doen. Shows geven is dope, maar ook als je een track in elkaar zet en je gaat met een keigoed gevoel naar huis en dan bel je hem op van ‘die track is dope hè’.” Hoe voelt het dat jullie straks de muziek die jullie maken kunnen delen met heel Nederland? Rosco: “Ik vind het wel een klein beetje spannend, maar ik vind het wel lekker.” Nosa: “Ik vind het ook spannend ja. Je hebt altijd hele goede kritieken en je hebt ook negatieve kritieken. Maar als ik thuis kom probeer ik, het lukt niet altijd, de deur achter me dicht te trekken en alles van me af laten glijden. Het is nu vooral de vraag of mensen het gaan voelen. Tijdens het maken van Nijmeegse Modo hebben we er eigenlijk nooit over gepraat of mensen het wel flex zouden vinden of zo. We hebben die tracks gezet, dan gaan we naar huis om het die volgende dag, als het door Nikes is afgemixt, nog eens te luisteren. En dan kom je hem luisteren en dan denk je ‘oh vette tracks’! Toen hebben we nooit iets gedacht van dit is helemaal niks, en we hebben ons nooit afgevraagd of mensen het wel tof zouden vinden.” Wat vinden jullie van het huidige hiphop klimaat in deze regio? Rosco: “Ik vind dat ze goed bezig zijn. Er is ook veel niet dope, ook in Nijmegen dat je denkt van ‘dit klinkt als Zo Moeilijk’ of ‘dit is wack’. En je hebt er ook dope cats tussen zitten. Hetzelfde geldt denk ik voor Arnhem.” Nosa: “Ik ben blij dat het is gaan leven. Het klinkt misschien arrogant, maar nu wij getekend zijn is dat voor hun misschien weer een stimulans. Dat ze zoiets hebben van ‘als hun het kunnen dan kunnen wij het ook!’”