#POPRONDE14: Paddy O'Ryan

Singer-songwriters vallen weg, aanstekelijke afsluiter

Tekst + foto's: Henk Rigter ,

Op donderdagavond 23 oktober deed rondreizend popcircus Popronde Leeuwarden aan. Verschillende locaties in de stad bieden een podium aan talentvolle opkomende bands uit het hele land. In de Ierse Pub Paddy O'Ryan stonden achtereenvolgens on eva, Tenfold en The Cannonball Johnsons.

on eva

Om negen uur trapt on eva af in de steeds voller rakende Ierse pub Paddy O'Ryan. Haar fijne stem zingt mooie Nederlandstalige liedjes die gaan over seks, weggaan en andere dingen die al dan niet kapot gaan. Het soort liedjes dat een publiek verdient dat aandachtig naar de tekst luistert. Omdat het grootste deel van het publiek in Paddy O'Ryan hier komt om gezellig een biertje te drinken, vallen de kleine en ingetogen liedjes vaak weg tegen een achtergrond van geroezemoes. Het half uur durende optreden van de jonge Marianne Heinnis is daardoor, ondanks de mooie zang en dito gitaarspel, niet heel bijzonder te noemen.
 

Tenfold

Een uur later was het de beurt aan Tenfold, net als on eva een singer-songwriter met een gitaar. Eerder die dag trad ze op in Andere Koffie, vanwaar de reacties behoorlijk positief waren, dus de verwachtingen waren hooggespannen. Hoewel haar stem krachtiger en voller klinkt dan die van on eva, hebben ook de melancholische liedjes van Tenfold concurrentie van het volop aanwezige omgevingsgeluid. Als ze het publiek vraagt om mee te klappen met The Foolish One, doet amper de helft van de mensen mee. De rest heeft het te druk met elkaar, drankjes en gesprekken. En dat is zonde, want er staat namelijk een dijk van een artiest. Van deze dame en haar folky liedjes gaan we dan ook absoluut meer horen. 

The Cannonball Johnsons

Het bluegrass-kwartet uit Leiden dat zichzelf The Canonball Johnsons noemt, blijkt veel beter bij de Ierse Pub te passen dan de eerdere twee artiesten. De heren ontstijgen het geroezemoes door simpelweg wat luider te spelen en dat gaat ze goed af. De meerstemmigheid en het gebruik van onder andere gitaar, banjo, mondharmonica en contrabas zorgen voor een zeer aanwezige sound. De zang wordt hier en daar afgewisseld en dan valt vooral het nasale stemgeluid van de bassist op. Deze sound is meteen herkenbaar als typerend voor echt ouderwetse bluegrass, maar soms doen de lekkere nummers ook denken aan bijvoorbeeld Mumford & Sons. Al met al zetten de mannen een prima afsluiter neer die uitstekend bij een Ierse ambiance past.