“Wil je een biertje?” klinkt het bij binnenkomst. De sfeer in het appartement is vanaf het eerste moment al erg ontspannen en een blikje Grolsch wordt mij aangereikt. Justin en Pieter zitten op de bank en Michiel schenkt nog een kop thee voor zichzelf in. “Lasse is er bijna, dus we kunnen zo beginnen.” zegt de toetsenist. Nog voor hij de woorden heeft uitgesproken komt de lange drummer binnen. Hij trekt zijn schoenen uit en gaat zitten. “Even voordat we beginnen, waar komt die nieuwe bas vandaan die daar in de hoek staat?” zegt de laatkomer, wijzend naar een rode Fender Musicmaster basgitaar. “Haha, ja vet hé. Die heb ik pas gekocht. Hij komt uit 1971.” antwoordt Michiel. Er wordt nog even gekeuveld over de nieuwe aanwinst maar dan is het echt tijd om het interview af te trappen.
“We hebben echt grootse plannen voor zaterdag. We hebben bijna heel augustus vrij gehad en ik heb erg veel zin om weer een keertje te spelen,” begint gitarist Pieter. “Het is voor mij zelfs de eerste keer in tijden dat ik Lasse en Justin weer zie,” vult Michiel aan. “We gaan een leuke set spelen en er komt iets aan dat we nog nooit hebben gedaan.” Deze opmerking doet vermoedden dat er nieuw materiaal gespeeld gaat worden. Maar niets is minder waar. “Nee, was het maar zo’n feest.” Met die uitspraak smoort zanger Justin onze hoop in de kiem. “Wat we bedoelden is dat we een verrassingssamenwerking aangaan met iemand anders die daar ook speelt. Dat gaat wel heel leuk worden.” Wie de band een beetje kent weet dat ze een goede verstandhouding hebben met singer-songwriter Pyke, die ook op de clubavond staat, dus dat vermoeden borrelt op. “Het is niet Pyke trouwens.” zegt Lasse, alsof hij onze gedachten kan lezen. “We gaan ook niet zeggen wie het wel is, daarvoor moeten de mensen maar komen kijken.”