The Vagary: op een eenzame plek in de Nederlandse popwereld

Amsterdamse band komt met langverwacht debuutalbum

Guus Ritzen ,

Bijna twee jaar geleden is het alweer, toen de Amsterdamse band the Vagary de Popprijs won. Leuk vonden ze dat. ‘Maar’, zeiden ze tegen ons, ‘in de longrun kijken we verder. Wij hebben meer op het oog.’ De goden werden verzocht, de gebeden werden verhoord; want bij PIAS werd getekend, op Noorderslag werd gespeeld en een debuutalbum werd opgenomen. Salute is de naam ervan en de officiële release vindt plaats aanstaande donderdag in de Bitterzoet. 3voor12Amsterdam sprak met zanger Thijs Havens en gitarist Julien Staartjes.

Twee jaar geleden zeiden jullie tegen ons: ‘We mikken op een release in de maand maart (2013).’ Wat ging er mis?
Julien: De wens was inderdaad maart 2013, maar we kwamen er achter dat dit simpelweg niet het juiste moment was. We hadden tot op dat moment nog niet echt iets uitgebracht en dan komt er bij het publiek ineens een heel album koud op het dak vallen. Het leek ons beter ze eerst warm te maken.

Toch ben je bij een band die louter uit academici bestaat dan al gauw geneigd te denken: zij overanalyseren de boel. Ze denken te veel na, wat leidt tot vertraging.
Thijs: Eerlijk is eerlijk: we zijn extreem perfectionistisch. Op een gegeven moment zaten we bij een liedje bij mix nummer 18. En dan belde ik Bowie (bassist, red.) op: ‘Bowie, luister even naar mix nummer 17, 7 en 5. Wat vind je van de snare bij die nummers?’ Ik draaide soms echt bijna door. Want je hoort  dan na zoveel luisteren echt níks meer. Letterlijk. Maar misschien is het wel waar, dat we te veel nadenken. Op een gegeven moment hadden we gewoon een deadline nodig. Dat was een beetje het probleem. 
Julien: Ik denk dat Freud er iets interessants over had kunnen zeggen, over ons opnameproces. We gingen mierenneuken. Het opnemen op zich ging snel, maar dan gingen we dubben. En dan waren we dus maanden bezig met een snare totdat we door hadden dat die snare eigenlijk loeihard stond. Er was altijd wel iemand die het nog niet goed vond. Wat we nodig hadden was iemand die even zei ‘Get it together! Die shit is klaar.’

Meestal doet een producer dat. Jullie kozen er juist voor daar niet mee samen te werken.
Julien:  We wilden geen producer omdat we een beetje het gevoel hebben dat we op een eenzame plek staan in de Nederlandse popwereld. We zijn niet bepaald lo-fi, maar hebben tegelijkertijd ook geen commercieel geluid. We zijn geen slackers, maar er zitten ook weer geen Kings of Leon gitaren in onze muziek. Een producer stuurt je al heel snel een bepaalde kant op. Dat willen we dus absoluut niet.

Hoe houd je als denkende band de spontaniteit in je muziek?
Thijs: Ik denk dat het een misverstand is dat academici al-tijd dingen te veel overdenken. Je hebt wellicht iets meer know how, en bent je bewust van je plek in de cultuur, maar aan de andere kant is muziek maken het ultieme niet-beredeneerbare. Je bent aan het kloten op je gitaar en denkt ‘Shit, hier gaan we een nummer van maken.’ Het belang van kloten moet niet onderschat worden.

Waarom komt de albumrelease eigenlijk nu? Net na het festivalseizoen, maar ook net te ver voor Eurosonic.
Thijs: Klopt, het is in die zin misschien ook een beetje een vreemde tijd. Maar we hadden gewoon het idee dat het nú eruit moest. Net zoals dat je bij een zwangerschap de geboorte niet plant; de baby komt wanneer ie komt.

Maar de release van een plaat kun je toch juist wel plannen?
Thijs: Ergens wel. Maar ook niet helemaal. Een beetje zoals je niet precies kan plannen wanneer je seks hebt; je kijkt je vriendin aan en opeens weet je dat het dan moet gebeuren. We hadden de release ook een dag later kunnen doen, of twee maanden later. Maar we dachten ‘Fuck it. Iedereen komt terug van Lowlands, ze worden wakker en bam: daar ligt een nieuw Vagary album.’

Waarom is ‘Salute’ het sleutelnummer?
Thijs: Dat is het eigenlijk niet echt. We moesten een albumtitel inleveren toen gingen we kijken of we een titel van een nummer konden nemen. En ‘Salute’ bleef op een gegeven moment hangen. 

Zo makkelijk kan het dus gaan. En jullie maar piekeren.
Thijs: Ja, eerlijk gezegd hebben we daar niet zo lang over nagedacht. Ging mixen maar zo snel bij ons, haha! Het woord heeft iets ouds en officieels. Maar het is ook: ‘Salute! Hier is onze debuutplaat, de new kids on the block zijn er.’ Iets in die hoek.

Naast het bandbestaan hebben sommige van jullie ook een andere carrière, zo is bassist Bowie professioneel fotograaf. Hoe ver zijn jullie the Vagary eigenlijk bereid te laten komen?
Thijs: Ik heb geen leven naast de band. Dus dit moet je aan Julien vragen.

Julien?
Julien: Ik heb ook geen leven naast de band.

Dus? Het is de band of niks?
Thijs: Ja, ik heb het gevoel dat er nog zoveel meer in zit met deze formatie en deze insteek. Er is genoeg ruimte in de Nederlandse scene voor ons om nog te kunnen groeien.
Julien: Ik denk niet dat je het moet zien in termen als ‘Of er wel ruimte voor ons is’ of niet. Die ruimte maken we zelf wel.

The Vagary live zien? Dat kan, op donderdag 21 augustus bij hun albumrelease in de Bitterzoet, op 23 augustus in de MINI Brand Store of op 30 augustus in de Concerto of op diezelfde dag bij de Uitmarkt.