Buma/Stemra: 'Europese Commissie maakt online muziekgebruik ingewikkelder'

“Het wordt er niet beter op voor makers en gebruikers van muziek”

Jorinda Teeuwen ,

Het wordt er niet beter op, met de nieuwe plannen om het beheer van muziekrechten op Europees niveau te regelen. Dat vindt Buma/Stemra. Het was de bedoeling dat het voor gebruikers en muzikanten gemakkelijker zou worden, maar volgens de enige Nederlandse Collectieve Beheerorganisatie (CBO) voor muziekauteursrechten werkt het juist averechts. “Met de richtlijn lijkt het er juist op dat het een zoekplaatje wordt voor gebruikers in plaats van de gewenste ‘one stop shop’,” aldus Bas Erlings, woordvoerder van Buma/Stemra.

Volgens Buma/Stemra wordt het administratief behoorlijk ingewikkeld als makers gedeelten van hun repertoire bij verschillende CBO’s mogen gaan onderbrengen. “Doordat het repertoire gefragmenteerd wordt aangeboden, wordt het ook voor gebruikers niet duidelijker: je kunt er niet zomaar van uitgaan dat je alle werken van een maker kan gebruiken: misschien heeft hij wel een gedeelte van zijn werk bij een andere CBO neergelegd. Fragmentatie van materiaal zorgt zo voor een risico op lagere opbrengsten en hogere kosten,” aldus Erlings.

De Europese Commissie wil dat de CBO’s meer gaan concurreren met elkaar. Volgens Erwin Angad-Gaur, secretaris van muzikantenvakbond Ntb, kan dit grote gevolgen hebben voor kleinere CBO’s als Buma/Stemra. “Nederland is een middelgroot land, maar als het voorstel door het Europees Parlement wordt goedgekeurd, zit Buma/Stemra zeker in de gevarenzone. Voor het offline gebruik van muziek blijft de rol van de CBO hetzelfde, maar voor digitaal gebruik zullen de grote muziekuitgevers gaan onderhandelen met verschillende CBO’s. Als ze in andere landen een betere deal kunnen krijgen, zullen ze hun muziek niet bij Buma/Stemra onderbrengen.”

Buma/Stemra erkent dit. “Er bestaat inderdaad straks een grote uitdaging voor de kleinere CBO’s om zich aan te passen aan het nieuwe systeem. Vooral met betrekking tot het multiterritoriaal licentiëren voor het online repertoire. Alleen CBO’s die aan strenge eisen voldoen mogen dat doen: de anderen moeten hun repertoire onderbrengen bij één of meerdere andere CBO's. De kleinere CBO’s zullen met de grote (waarvan verwacht wordt dat ze sneller aan de voorwaarden kunnen voldoen) moeten samenwerken om hun online repertoire te vertegenwoordigen. De kleinere CBO’s zullen zelf dan steeds minder repertoire vertegenwoordigen, minder financiële middelen hebben en hun kosten zullen relatief toenemen. Het Anglo-Amerikaanse repertoire heeft zo een voordeel ten opzichte van bijvoorbeeld het Nederlandse.”

Buma/Stemra heeft nog wel wat toe te voegen aan het voorstel van de Europese Commissie. “Er moeten waarborgen in de richtlijn komen die de kleinere CBO's en hun repertoire beschermen. Ook moet er gekeken worden of de Nederlandse CBO's door de gevolgen van de Wet Toezicht niet minder makkelijk kunnen concurreren met de andere Europese CBO's. Het kan niet zo zijn dat de Nederlandse concurrentiepositie door de Wet Toezicht verder verslechtert.”