Gekweld Villagers is plichtmatig spannend

Dynamisch oud materiaal wint het van jonger werk

Tekst Timo Pisart, Foto's Nick Helderman ,

Getormenteerd schreeuwt Conor O'Brien dat hij zijn thuis nooit zal bereiken. De verhalende liederen van Villagers komen recht uit het hart. Met een uitgebreide tour wist de Ierse band zich afgelopen jaar op te werken tot een uitstekende liveband en favoriet in het clubcircuit, maar het nieuwe materiaal heeft die behandeling nog niet ondergaan.

Dynamisch oud materiaal wint het van jonger werk

Getormenteerd schreeuwt Conor O'Brien dat hij zijn thuis nooit zal bereiken. De verhalende liederen van Villagers komen recht uit het hart. Met een uitgebreide tour wist de Ierse band zich afgelopen jaar op te werken tot een uitstekende liveband en favoriet in het clubcircuit, maar het nieuwe materiaal heeft die behandeling nog niet ondergaan.

CONCERT
Villagers, Into The Great Wide Open, Sportveld, zondag 4 september 2011

MUZIEK
Dwingende poëtische indiefolkrockformatie rond de Ier Conor O'Brien. Zijn stem en voordracht komen wel wat overeen met bijna-naamgenoot Conor Oberst van Bright Eyes, maar dan minder emo en met licht bombastische theatrale inslag. Na het uitbrengen van debuutalbum Becoming A Jackal speelde de band héél veel in Nederland, vanmiddag horen we ook veel nieuw werk.

PLUS
De set is sterk uitgebalanceerd: solo uitgevoerde liedjes als opener Beatitudes en That Day worden afgewisseld met steviger werk. In een jaar touren heeft Villagers het oude werk weten uit te bouwen met slimme breaks, sterkere spanningsbogen en bombastische outro's. De bloedmooie ballad Pieces mondt uit in een orgastische bak lawaai waarin O'Brien verscheurd gilt, bij Home wordt hetzelfde gedaan. Er klinken emotionele schreeuwen: "I'll never reach my home."

MIN
Het nieuwe materiaal - toch al gauw een derde van de set - is nog wat vormloos en mist de slimme toevoegingen die de nummers op Becoming A Jackal wel al hebben gekregen. Veel van deze nummers zijn bovendien maar weinig subtiel: zo wordt in Down Under The Sea een lomp stonerachtig intro opgevolgd door een verstild couplet met een Elbowesque zanglijn.

Ook lijken O'Brien en zijn bandleden wat uitgeblust, gezien de bleke gezichten en minzame lachjes. Ze staan er als een stel verlepte vaatdoekjes bij. De bassist houdt zelfs het hele optreden lang zijn gele regenjas aan. "We hebben al veel in Nederland gespeeld, maar nog nooit op Vlieland", zegt de frontman, en hij voegt er een gemaakte glimlach aan toe. Dit is een plichtmatig optreden.

CONCLUSIE
Of toch niet? Met een jongensachtige grijns blaast O'Brien een kus wanneer hij het podium weer verlaat. Het nieuwe werk moet nog uitkristalliseren tot de urgentie van het Becoming A Jackal-materiaal, maar dat is slechts een kwestie van tijd.

CIJFER:
7+