Hot Chip staat bekend als nerdenband; vijf jongens met doorzichtig witte huid en te grote brillen. Met een schijnbaar pretentieloze instelling weten zij op genieuze wijze genres bij elkaar te brengen die het ook buiten natuurkundelokaal, zoals op de dansvloer, goed doen. Maar wat als dit soort jongens hun softe kant tonen, het tempo verlagen om enkel hun hart te laten spreken? Dan lijkt de kans op een nieuwe Knuffelrock serie groot, maar Hot Chip zorgt ervoor dat het nooit slap wordt. En dat lukt ze door de zalvende zanglijnen te combineren met een gelaagd geluid en live-drums waarvoor ze de hulp hebben ingeschakeld van Charles Hayward (This Heat). Ook wordt er opvallend veel gebruik gemaakt van steeldrums en grijpt de band meer terug naar het oude Detroit techno/house gevoel; warm zonder pit te verliezen.
Al jaren houdt Hot Chip er een polygame relatie met muziek op na, flirtend met verschillende stijlen als house, r ’n b, funk en soul, aangevuld met tekstuele kwinkslagen. Op het tweede, succesvolle album The Warning waarschuwt de band dat ze je benen zullen breken (“…and snap your neck”), op Made in the Dark wordt het funky Shake A Fist verstoord door een enorme bak met elektronicagruis, die zanger Alexis Taylor aankondigt als ‘Before we go any further, I'd like to show you all a game I made up’.
Hoe anders is daarom het nieuwe, vierde album One Life Stand, een consistent album dat gaat over liefde, eeuwige trouw, broederschap en menselijk contact. Er heeft altijd een zekere romantiek in de jongens gescholen, maar niet eerder stelden ze zich zo kwetsbaar op, zowel in de muziek als in tekst.
One Life Stand was het eerste nummer dat de Engelse elektronica band naar buiten bracht. Hoewel het de titelsong betreft is One Life Stand de uitzondering op de regel die Hot Chip hanteert op het nieuwe album. Dit nummer zou ook prima op het vorige Made in the Dark hebben gepast, dat veel meer een verzameling is van rauwere uptempo songs met techno-injecties. Maar luister naar opener Thieves in the Night en je hoort waar het op dit album echt omgaat: midtempo, timide, warme, melancholische songs.
Thieves In The Night bouwt langzaam op, synthesizers verschijnen en verdwijnen als een boemerang. Taylor zingt: “Open your arms, I want to be found.” Hand Me Down My Love gaat nog iets verder. De drums zijn repetitief, de toetsen worden vrij zwaar aangezet welke in het refrein worden bijgestaan door violen. Taylor zingt: “I know for a long time, you are my love life”.
De drieluik Brothers, Slush en Alley Cats wijkt nog meer dan alle andere nummers af van het oude Hot Chip geluid. Vooral Slush is een echte ballade; een duet tussen Taylor en Joe Goddard op een zacht pianodeuntje. En toch zit daar ook een twist in, doordat op de achtergrond een Taylor klinkt die opwarmoefeningen lijkt te doen. Het zijn songs die je niet zo snel met Hot Chip zou associëren, en daarom zeker een paar luisterbeurten nodig hebben voordat ze beklijven. Maar wanneer je ook deze nummers een kans geeft, hoor je dat Hot Chip ook dit soort liedjes goed aankan. One Life Stand is consistent, maar laat binnen hun mid-tempo geluid nog genoeg variatie klinken. Dat maakt dit album hun beste tot nu toe.
One Life Stand komt uit op DFA/EMI en staat op de Luisterpaal. De band speelt op zaterdag 6 maart op 5 Days Off in Paradiso.
3VOOR12 bespreekt Album van de Week (7): Hot Chip
One Life Stand is een warme, romantische plaat over liefde en broederschap
Al jaren houdt Hot Chip er een polygame relatie met muziek op na, flirtend met verschillende stijlen als house, r ’n b, funk en soul, aangevuld met tekstuele kwinkslagen. Hoe anders is daarom One Life Stand, een consistent album dat gaat over liefde, eeuwige trouw, broederschap en menselijk contact.