3VOOR12 recenseert Disque Pop (week 34): Spencer Dickinson

The Man Who Lives For Love is één groot Sleazefest

Spencer Dickinson, de naam klinkt als die van een detective. En de hoes van The Man Who Lives For Love ziet eruit als de poster van een knokfilm met Bud Spencer en Terence Hill. Maar Spencer Dickinson is een trio, bestaand uit Indiebluesrocker Jon Spencer en de broertjes Dickinson. En met vader Jim Dickinson achter de knoppen is The Man Who Lives For Love een beregoede bluesplaat die retegoed klinkt. En dus een lekkere sleazy Disque Pop.

The Man Who Lives For Love is één groot Sleazefest

Wat Prins Bernard deed voor uitstervende diersoorten in Afrika, doet Jon Spencer van The Blues Explosion al jaren voor oude bluesmuzikanten in de Mississippi-delta. Zo bracht hij jaren terug R.L Burnside onder de aandacht en datzelfde deed hij later met Andre Williams. Spencer is dol op muzikale samenwerkingsverbanden. Afgelopen jaar verscheen Heavy Trash, waarop Spencer te horen was met Speedball Baby Matt Verta-Ray. En 3VOOR12 maakte ook al melding van het feit dat hij onlangs in de studio was gesignaleerd met de Amsterdamse Solex. En dan is daar nu The Man Who Lives For Love, een samenwerking met vader en zoons Dickinson. Echt vers van de pers is het album niet. Het verscheen eerder in Japan en wordt nu, vanwege de enorme vraag, wereldwijd uitgebracht, met een zevental extra tracks. En dat is maar goed ook. Het album is deze week Disque Pop de la Semaine. De broers Cody en Luther Dickinson hebben, net als Spencer, de missie om het culturele erfgoed van de Mississippi-delta levend te houden. Omdat de blues er bij de twee met de gumbo-lepel werd ingegooid, hebben zij sinds 1996 hun eigen band: The North Mississippi Allstars, waarin Cody gitaar speelt en Luther drumt. De band speelt op rock geënte blues en houdt zo het genre levend. Meerdere albums van de band werden zelfs genomineerd voor een Grammy in de categorie voor 'beste eigentijdse bluesalbum'. Spencer Dickinson dus. De naam klinkt als een New Yorkse detective die voor een klus New Orleans ingestuurd wordt. En dan is The Man Who Lives For Love een perfecte soundtrack. De negentien nummers klinken stuk voor stuk zo zompig als het moeras van de Mississippi delta. En telkens wanneer je denkt weer vaste grond onder de voeten te voelen, wordt je tijdens een voodoo seance weer tussen de krokodillen gegooid. Zoals bijvoorbeeld in de tweede track I'm Not Ready. De trommels roffelen terwijl het trio Spencer Dickinson in een kookpot op het vuur staat. Natuurlijk is het enige dat je dan nog te doen staat zo hard mogelijk scanderen dat je niet klaar bent voor de liefde. Zigabo, een titel die Dr. John bedacht zou kunnen hebben. Maar de track klinkt als van de funky band The Meters. Het is een stijl die Spencer altijd al in de vinger heeft gezeten: funky, laidback en met een supercoole swing. Cool en blues, gaat dat nog wel samen in 2006? Yep! Want dat is de kracht van de Spencer Dickinson combinatie: door gebruik van elektronica en de goed klinkende studio van pa Jim Dickinson, is het album helemaal 'up to date'. Pa Dickinson is sowieso geen watje: hij produceerde albums van Screamin' Jay Hawkins en de halve Mississippi scene tot The Rolling Stones, Big Star en zelfs Mudhoney. En als je met Mudhoney in de studio hebt gezeten, kom je je natuurlijk prima beslagen ten ijs als je brulboei Spencer achter de microfoon hebt staan. Overigens is er bij de samenwerking tussen Spencer en de Dickinsons alweer ruimte gemaakt voor een volgend project. In Free worden de vocalen voor rekening genomen door Dave en Kenny Kimbrough, zoons van bluesgitarist David "Junior" Kimbrough. Het klinkt naar meer. Maar vooralsnog kunnen we weer even vooruit met The Man Who Lives For Love. Misschien wel de meest sexy, sleazy en opwindende Disque Pop van dit jaar. Het album is tijdelijk in de luisterpaal te horen