Twee dagen naar Dance Valley betekent verplicht kamperen

Gemeente vreest verstoring openbare orde

Dance Valley is dit jaar voor het eerst tweedaags, en dus komt er een camping bij. Wie beide dagen naar het dance-festival wil gaan, is verplicht om van deze camping gebruik te maken. Dat staat in de vergunning die de Gemeente Velsen met organisator UDC is overeengekomen. De gemeente vreest dat er anders te veel overlast ontstaat.

Gemeente vreest verstoring openbare orde

De doorgewinterde Lowlands- of Pinkpop-bezoeker weet al lang hoe hij zijn tentje opslaat. Het publiek van Dance Valley, dat dit jaar voor het eerst met een camping werkt, is daar wellicht wat minder bedreven in. Zin of niet, wie alle dagen het festival bezoekt, is verplicht om gebruik te maken van de camping. Tussentijds naar huis gaan of ergens in een hotel overnachten is geen optie. Tenzij je voor elke dag een apart kaartje koopt. “Dat staat zo in de vergunning die wij hebben gekregen”, zegt UDC-woordvoerder Rob Bout, de organisator van Dance Valley. “Het is misschien ongebruikelijk, maar alleen onder deze voorwaarden kunnen wij meerdaags gaan.” Bout zegt nog geen klachten te hebben ontvangen over de regeling. Wel zijn er vragen gesteld op het message-board van de party-organisator. De gemeente Velsen, waar het festival van 5 tot 7 augustus plaatsvindt, heeft de vergunning verleend aan UDC. “Het is een kwestie van openbare orde en veiligheid”, stelt de gemeente-woordvoerder. “Mogelijk ontstaat er anders te veel verkeershinder als het festival is afgelopen, het is zaak om de groep bezoekers bij elkaar te houden.” Een beetje merkwaardig is die opstelling wel, er zijn immers ook bezoekers die alleen een dagkaart kopen en ’s avonds huiswaarts keren. “Wij hebben nu gekozen voor deze oplossing, de organisatie kon zich daar prima in vinden. Mogelijk is het volgend jaar anders”, aldus de woordvoerder. Hoe ervaren andere festivals die overlast? “Wij merken er niets van, al zitten we in de Flevopolder redelijk geïsoleerd”, zegt Lowlands-producent Hans van Rompaey. “Er gelden bij ons in elk geval geen restricties, je bent vrij om te gaan op welk moment van de dag ook. Maar meestal is het op de camping zo gezellig, dat maar weinig mensen behoefte hebben om weg te gaan.” Volgens Van Rompaey zijn er slechts een paar honderd bezoekers die de nacht ergens anders doorbrengen, ‘een fractie van het totaal’.