Drie jaar lang heeft het bestaan: Touch Magazine. Inmiddels is het laatste nummer verschenen. In gedrukte vorm bleek het tijdschrift niet aan te slaan bij de doelgroep. En dus gaan de makers verder als collectief voor meer multimediale media. Touch Magazine had een oplage van 25.000 exemplaren. Ook was het voor een groot deel afhankelijk van inkomsten van partners als K-Swiss en Partypeeps. Volgens hoofdredacteur Marvin Tholen liepen beide inkomsten niet zozeer terug, maar was het wel onvoldoende om rendabel te zijn. Hij verklaart de tegenvallende oplage door te zeggen dat een urban tijdschrift niet laagdrempelig genoeg is voor de doelgroep, jongeren van 18 tot 24 jaar. “Ze hebben geen zin om helemaal naar de winkel te gaan voor het tijdschrift. Bovendien is 4,50 euro veel geld voor ze. Het is een stuk eenvoudiger om even op internet naar de website te surfen.” Tholen is er van overtuigd dat er markt is voor de inhoud van Touch Magazine. “Als je nu iets over urban leest is het 'bling bling' of probleemjongeren. Alles wat daar tussen zit, komt niet aan bod. Terwijl wij wel berichten over bijvoorbeeld het Hiphophuis in Rotterdam. En we leveren opiniërende stukken zodat de jonge doelgroep een mening kan vormen over bepaalde dingen.” Toch was het volgens Tholen geen optie om te wachten tot de bladenmarkt weer aantrekt. "Heel fijn die voorspellingen, dat het allemaal goed komt. Maar ze zijn al eerder gedaan. We hebben bij wijze van spreke al eens gewacht met het stoppen van het tijdschrift totdat de markt aantrok. De urban markt is booming business, maar in de huidige markt is de noodzaak van een tijdschrift daarover minder." Toch betekent het verdwijnen van het tijdschrift niet helemaal het einde van Touch Magazine. De drie redacteuren gaan met de freelancers door als een collectief van reporters. Het werk wordt vervolgens aangeboden aan meer multimediale media. De eerste partner is gevonden in de website Urbanscene.nl. Tholen sluit niet uit dat het collectief ook verslaggeving levert aan radiostation FunX of Het Parool. "Hopelijk kunnen we via onze berichtgeving er aan bijdragen dat die tussenlaag beter aan bod komt in Nederland."