Tijdens de opnames van Hail To The Thief wilde Radiohead muziek maken zoals de band dat ook deed tijdens de sessies voor Kid A en Amnesiac. Als kinderen in een speelgoedwinkel had de band in de studio de beschikking over de meest uiteenlopende instrumenten. “We hadden van alles op de plank liggen en pakten wat we nodig hebben. Soms is een bepaald instrument helemaal verkeerd bij het ene liedje, maar komt het heel goed uit bij een ander nummer”, aldus multi-instrumentalist Johnny Greenwood tegen 3VOOR12 verslaggever Sander Kerkhof in Dubbel Check. Na vijf volwaardige cd’s is het voor Greenwood nog altijd duidelijk waarom hij in de band speelt:”Ik speel in Radiohead voor de spanning. Je voelt het wanneer een nummer goed is als je het aan het maken bent. Maar dan moet je het nog in de studio gaan opnemen. Soms gaat daar jaren overheen, omdat het totaal kan mislukken. Wie elektronische muziek maakt weet dat het ‘not done’ is om kant-en-klare geluiden uit instrumenten te gebruiken. Het is als met foto’s; je ziet meteen wanneer Photoshop eroverheen is gegaan. Greenwood weet dat ook en is daarom zelf gaan programmeren: in Basic maakt hij plug-ins. “Door het zelf programmeren van geluiden ga je muziek veel puurder zien.” Radiohead staat dicht bij de fans. “We hebben de luxe dat onze fans de moeite nemen om vaak naar onze platen te luisteren en pas daarna een oordeel te vellen. Wij moeten het niet van radioplay te hebben. Maar we hopen wel dat ze met ons meegroeien en niet blijven hangen bij één bepaalde plaat.” Greenwood heeft ook nog eens op persoonlijke titel een ruim één uur durende soundtrack voor de film Bodysong gemaakt die met een beetje mazzel ook nog in Nederland in de bioscoop zal draaien. “Weet je wat zo moeilijk is met een soundtrack? Je moet niet steeds in herhaling vallen. Maar het is verkeerd als je teveel verandering hebt. In ieder geval is beiden even saai.” Luister naar het interview dat Sander Kerkhof had met Johnny Greenwood van Radiohead.