PP18: Niks aan de hand bij JP Cooper
Zonnige soulpop, en niks meer dan dat
In zo ongeveer alles wat je leest over JP Cooper wordt zijn muziek als 'zonnig' omschreven. Daarmee bedoelen ze: luchtig, vrolijk maar niet té feestelijk, lekker soepel gezongen. Het is een volledig uitgekauwd cliché, maar voor JP Cooper wel helemaal raak. De singer-songwriter komt uit Manchester (dat zegt-ie wel drie keer tijdens de set), en scoorde bescheiden hitjes met tropical house-track 'Perfect Strangers' van Jonas Blue en zijn solo follow-up 'September Song'. Het is een beetje een gedateerd geluid: gladde singersongwriterpop zoals James Morrison en Gavin DeGraw het tien jaar geleden maakten, maar dan op soul geïnspireerd (en da's iets anders dan 'soulvol'). Zo nu en dan komt daar een tropical house-vingerknip-beat bij.
Cooper staat vriendelijk lachend op het podium, een gitaar om de hals en drie bandleden achter zich. Hij praat over zijn zoontje, zijn laatste album, hoe dit een droom is die uitkomt, en die ene keer dat hij zijn paspoort verloor en daar een nummer over schreef: 'Wat is een paspoort? Het is een voorwerp dat je de gelegenheid geeft om ergens naartoe te gaan. Toen dacht ik, sommige mensen in je leven zijn ook een soort paspoorten.' Best verdienstelijk, hartstikke gezellig, en verder niks. En dat hoeft ook niet per se, het mag best gewoon zonnig zijn. Maar alleen zon maakt een dag nog niet memorabel; dan moet er wel iets bijzonders gebeuren.
HET MOMENT:
Zijn cover van John Lennons 'Jealous Guy' klinkt een beetje alsof de meest getalenteerde leerlingen van de muziekschool een gelegenheidsbandje zijn begonnen voor de bruiloft van de gitaardocent. De pijn is gladgestreken, en dat licht vervreemdende, meeslepende arrangement – een coproductie van Lennon, Yoko Ono en Phil Spector – vereenvoudigd en opgewarmd.
Volg Pinkpop op de voet in het dossier