Paaspop 2025: Sticks charmeert met strakke flows en humor
Zwolse rapper is zelfverzekerd, betrokken en nog altijd in topvorm
De bas dreunt hard door de speakers van de Roxy, we gaan het laatste uur van de eerste dag in. Als Sticks het podium betreedt gaat het inmiddels toch wat lome publiek wel meteen alert. “Zijn we wakker?”, galmt er door de zaal. In het publiek horen we de term ‘beste rapper van Nederland’ vallen, en ja, dat Sticks goed kan rappen weten we wel. Maar wat vandaag opvalt is zijn positieve energie, en de zorg die hij draagt voor zijn fans.
De set opent donker, met een serieuze toon en keiharde beat die je bij de keel grijpt. Het is jammer dat niet alle teksten even goed te verstaan zijn door de harde bas. Al snel werkt de set toe naar een vrolijker ‘handjes in de lucht’ moment. We zijn hier niet alleen om verdriet, maar ook om het leven te vieren, zonder dat het gekunsteld voelt. De kwetsbare teksten van Sticks houden de kwaliteit van het optreden hoog en we hebben al snel door dat wat het publiek ook doet, hij wel z’n ding zal doen. Met beats van de oude vertrouwde Kubus voelt de set nostalgisch, de beats zijn vertrouwd, de flow is moeiteloos, en er is ook ruimte voor de nodige humor: “Alle zelfverzekerde rappers houden hun mic vast als Ron Brandsteder”.
In de Roxy hangt niet alleen een sterke wietgeur maar zien we ook flink wat pupillen op maximaal. Dit ontgaat Sticks niet: “Jullie gaan lekker zie ik, een en al oog”, grapt hij. Hij gaat met gemak en interesse gesprekken aan met het publiek dat, moedig van de drank en drugs, van alles van hem willen (“Dus je wil dat ik freestyle en dat jij dan gaat stagediven?”). Soms lijkt Sticks wel een tripsitter voor deze mensen, maar dat siert hem alleen maar. Als ‘Gerrit’ door de speakers klinkt worden de armen om elkaar heen geslagen en zien we direct wie de og Opgezwolle fans zijn. Sticks blijft ondanks enige afleiding constant scherp en zo komt elke tekst er als nieuw uit. Daar is ‘ie vrij bescheiden over. “Het doet jullie allemaal niks hè”. Maar dat doet het natuurlijk wél.