Zoals de PZC al aankondigt op 20 januari is John Primer, bijgestaan door de Nederlandse Little Boogie Bluesband, de topper van de avond. Maar de aftrap in de foyer is voor The Kings Alive, een lekkere opwarmer voor de bezoeker die vanuit een koude vooravond het Arsenaalcafé binnen stapt. The Kings kent een jonge formatie en steekt daarom wat af bij de gemiddelde bezoeker. Maar dat is niet het enige waarmee ze zich onderscheiden: ze brengen pure nostalgie in een heerlijke jaren 50 verpakking. De muziek is voornamelijk rock ‘n roll. Het repertoire van Elvis ontgaat geen enkele foyer-bezoeker. Meezingen en -swingen is makkelijk en gezellig. Omdat het ritme erg uitnodigend is….four-step rock n roll…vullen ze de in-betweens tussen de optredens op het hoofdpodium moeiteloos op. Ze krijgen een aantal bezoekers op een zelf gecreëerd dansvloertje aan het rock ’n rollen. Er wordt dicht op de jongens gedanst, zowat bovenop de ‘blue suedeshoes’ van deze enthousiaste groep jonge muzikanten.
Livin’ Blues Xperience geniet het voordeel van het door The Kings opgewarmde publiek. Ze treden aan als eerste act op het hoofdpodium. Nog voordat de zaal tot een knusse menigte vol loopt, klinkt er een vlot routineuze, wat commerciële rockblues uit de speakers die de rest van het publiek de zaal in lokt. Met de ietwat rauwe scheurende swing ontstaat er al gauw een kleine interactie met het publiek. De eerste dansbewegingen onder aan het podium zijn te zien! De bluesrock en shuffle zit deze band goed in de vingers, denk aan Wang Dang Doodle, de hit die we niet snel zullen vergeten. Met de snelle vingers van één van de topmensen uit de Nederblues - gitarist Loek van de Knaap - wordt het podium een feestje en het publiek bespeeld. Je voelt het Got My Mojo Working, I wanna love you so bad till I don’t know what to do mee met de doorleefde stem van zanger Nicko Christiansen. Er zijn indrukwekkende sax solo’s waarmee Christiansen zijn multi muzikale talenten toont. Een uitvoering van FleetwoodMac’s Black Magic Woman wordt extra speciaal door wat entertainment van lichtbuisjes die de harmonicaman Francois Spannenburg uit zijn mond tovert. Zijn perfecte chromatische harmonicasound is één van de onderdelen die het gehele optreden tot – in één woord - een show maakt.
De Vlissingse groep The Blue Clay speelt na Livin’ Blues XP nummers van de nieuwe – net uitgekomen - cd Ready For Everything. We horen bijvoorbeeld het vrolijke up-tempo Mystery Man, door Verhelst gezongen met zijn karakteristieke uitspraak en vocaal geluid: vlot en kort afgeknot met heerlijk droge stem. Het teder schuurpapieren St. James Infirmary Blues, gezongen door Johnny Roscoe ontbreekt niet en is samen met Hillbillies For a Moment één van mijn favoriete nummers van de cd. The Blue Clay speelt verder verschillende blues- en folknummers, en wordt met dit specifieke optreden bijgestaan door pianist/toetsenist Jan van den Berg. Zoals bassist Repete na afloop zegt, heeft deze band een complete sound en bezetting met aanvulling van boogieman Van den Berg. Van den Berg is een graag gehoord boogie pianist in Zeeland. Hij beheerst een strakke basloop met zijn linkerhand, en weet met de rechter erbij een mooi vullend geluid neer te zetten. Zeker met Roscoe en zijn hartschurende mondharmonica, Elderkamp die altijd ‘drummachine strak’ speelt en de straighte contrabas van Repete onderstreept The Blue Clay zichzelf als basic, harmonisch en talentvol!
Wouter Verhelst en Sander Elderkamp zijn zo doende een krachtig duo, voelen elkaar naadloos aan, in hun eigen band maar ook voor wat betreft de organisatie van het festival.Zij brengen hun folk / blues beleving op een presenteerblaadje bij het publiek: het ritme is (de hele avond) aanstekelijk en de groove is puur.
Zoals gezegd presenteren ze hun nieuwe cd: Ready For Everything. Twaalf boeiende nummers, waar de stem van Verhelst prachtig droog is opgenomen. Het achterwege laten van sound effects maakt zijn zang huiskamer aanraakbaar, live alsof je er naast zit. Ook hier geldt wat mij betreft: basic, harmonisch en… lekker om naar te luisteren!!
John Primer, gefascineerd door grootheden als Jimmy Reed, Muddy Waters, Little Milton en Elmore James, is verknocht aan de blues. Ook op dit podium in het Vlissingse Arsenaal theater staat daar direct hét geluid van zijn Chicago blues. In de kleedkamer laat Primer weten: “they hired me to play the blues, so i played the blues!” Na een hartelijke inleiding door begeleidingsband Little Boogie Boy Bluesband maakt Primer direct zijn geld waar: met onder andere I’m gonne move, I‘m gonna move, I’m gonna move……… to Kansas City brengt John Primer zijn Chicago blues! De liefhebber van dit type muziek komt volop aan zijn trekken.
Frontman Hein Meijer speelt dit jaar zes keer met de begaafde artiest en laat weten dat het elke keer weer uitdagend is en dat het een dosis improvisatie vraagt. En dat merk je, Primer brengt met zijn boogie boys een heel spontaan optreden met een grote dosis ‘zin erin’. Het publiek bestaat rond het uur van middernacht uit mensen die deze profs kunnen duidelijk kunnen waarderen, bewondering is er van velen! Gitarist Meijer laat in elk nummer wel zien dat zijn vingers goed geolied zijn: of hij nu met lange armbeweging plukt, of droog tokkelt….met zijn performance en zijn aanstekelijke grijns dwingt zijn optreden en dat van zijn band, niets anders dan respect af. Dat Primer ook rock ’n roll kan brengen blijkt wel uit het toegift, een swingende afsluiting, wat terug verwijst naar The Kings Alive, waar we deze geslaagde avond mee zijn begonnen!
Scheldeblues: op naar de 3e editie!!!