De avond wordt geopend door de vier heren die zich hebben vernoemd naar een van de beste albums van Pantera: Cowboys From Hell. Een niet erg originele bandnaam als je Pantera covert, maar dat terzijde. Deze Limburgers proberen hun idolen in ieder geval zo goed mogelijk na te doen. Een handje vol publiek hoort ‘Mouth of War’,’Cowboys From Hell’, ‘Five Minutes Alone’, en al die andere Pantera-klassiekers gelaten aan. Aan de band ligt het niet, die geven echt alles. Maar ja een gitarist als Dimebag Darrell of vocalist Phil Anselmo imiteren is eigenlijk niet te doen. Hierdoor er toch iets mist aan de nummers.
De volgende band heeft eigenlijk een zelfde probleem. Snaggletoöth speelt namelijk Motörhead covers. Maar niemand heeft zo’n karakteristieke stem als Motörhead-frontman Lemmy Kilmister. Je moet ook wel net zoveel gezopen hebben als hem om zo’n strot te hebben. Snaggletoöth-zanger Mitch heeft het niet. Hij probeert wel zo’n raspgeluid op te zetten als zijn grote voorbeeld, maar loopt toch wat glazen whisky achter. Muzikaal klopt het wel helemaal waardoor nummers als ‘Overkill’ en het eeuwige ‘Ace of Spades’ toch op veel bijval kunnen rekenen van een steeds voller wordende zaal.
Als Sanitarium het podium beklimt is De Piek goed gevuld. Deze Belgische Metallica komt verassend goed voor de dag en laat weinig steekjes vallen. Het publiek zingt de Metallica klassiekers luidkeels mee. ‘Creeping Death’, ‘Master of Puppets’, ‘One’, noem ze maar op. Opvallend is wel dat deze band leunt op het muzikale verleden van hun helden. Logisch misschien, maar een nummers als ‘The Day That Never Comes’ van het laatste Death Magnetic album had wel zo verassend geweest. Goede show desalniettemin.
Als laatste is het dan de beurt aan Iron Maiden in de vorm van de band Powerslave. Ook hier is het vooral het verleden dat spreekt. Dus geen nummers van dit decennium maar alleen ouder werk. ‘Fear Of The Dark’, The Trooper’, ‘Aces High’ en natuurlijk ‘Powerslave’ zelf, ze worden al met al goed vertolkt. De stem van zanger Don lijkt zelf op die van Maiden-zanger Bruce Dickinson. Een hele kunst. Ook aan de podiumprestatie is gedacht en dus komen er verschillende Maiden-attributen langs tijdens de set. ‘The Number Of The Beast’ is de weinig verassende afsluiter van een verder leuke, nostalgische metal-avond.