Let’s Go to Berlin masturbeert niet op het podium

“The White Stripes? Die doen pijn aan mijn oren!”

Tekst: Kenneth Steffers / Fotografie: Joël Rooth ,

Ze missen dat ene catchy nummer dat iedereen kent, maar dat ziet het jonge Let’s Go to Berlin eerder als een zege. Noem zoiets gerust underground. Nog vers als ze zijn, ontbreekt de overtuiging van dit duo allerminst.

“The White Stripes? Die doen pijn aan mijn oren!”

Ze missen dat ene catchy nummer dat iedereen kent, maar dat ziet het jonge Let’s Go to Berlin eerder als een zege. Noem zoiets gerust underground. Nog vers als ze zijn, ontbreekt de overtuiging van dit duo allerminst. 

Het is zondagavond en 3VOOR12/Utrecht waant zich naar het kruisje op de schatkaart. Wanneer dit kruisje een broeierige, maar gezellig druk zaaltje in dB’s blijkt te zijn, lijkt de eerste toon gezet. Als even later ook het duo Marnix (gitaar en zang) en Willem (drums en zang) - geheel blootsvoets als een herboren Jim Morrison - het podium betreden, ontaarden de eerste klanken al snel in een bescheiden heupwiegfestijn.

Na veertig minuten stormachtige duorock, lijkt de setlist helemaal afgewerkt. Het podium wordt dan ook stilletjes verlaten. Op een trap, zijwaarts van dB’s, blijkt alles slechts een stilte voor de storm. Het is aan Let’s Go to Berlin om wat meer duidelijkheid te verschaffen over deze opmerkelijke samenwerking en hun thuisbasis Baarn/Soest, die tegenwoordig meer talent aflevert dan Volendam.

Hoeveel muzikale projecten zijn jullie wel niet aangegaan?
Willem: “Op het moment speel ik in vier bands. Overigens drum ik niet in al die bands, hoor! Ik schrijf ook veel muziek en ben nu aan het experimenteren met software. Ik maak graag een echte show.”

En Marnix dan? Sheriff of Hong Kong is uit elkaar? 
Marnix: “Ik drumde in Sheriff of Hong Kong, maar ben eruit gestapt. Het werd op een gegeven moment gewoon ontzettend saai. De zanger vond het allemaal wel goed zoals het ging, maar voor mij ging het niet meer zo goed samen. De uitdaging was er voor mij niet meer."

Willem: “Heel simpel eigenlijk.” 

Er komt nogal wat talent uit jullie directe omgeving…

Willem: “Het is meer dat er niet bijster veel boeiends te doen is bij ons in de omgeving. Mensen zoeken elkaar op om muziek te maken. Zo groeit het aantal bandjes en projecten uit deze regio.”
Marnix: “Dat is wel de voornaamste reden. Uiteraard is muziek maken ook onze passie.”

Anders had je net zo goed kunnen gaan voetballen…

Willem: “Vinden we ook leuk!”

Is Let’s Go to Berlin van levensbelang?
Marnix: “We zitten samen ook nog in een andere band en dat is meer een doorbreekconcept dan Let’s Go to Berlin.”

Willem: “We vragen ons telkens af: waar zit het publiek op te wachten? Dat is waarschijnlijk niet Let’s Go to Berlin, maar het is wél de muziek die we graag maken.”

Jullie toekomst is even grauw als de skyline van Berlijn zelf?
Marnix: “Nee, ik wil echt door in de muziek.”
Willem: “Ik ben bezig kunstenaar te worden, maar dit is een van de paden die doorlopen moeten worden. Spelen onder het mom van Let’s Go to Berlin, dat is gewoon leuk. En leuke dingen moeten ook gebeuren. Het voelt gewoon goed zoals het is nu. Wat ons later brengt, dat zien we dan wel weer.”

Marnix: “We willen vooral beter worden. Daarom experimenteer ik ook heel veel met muziek. We proberen tussenstukjes te maken, bijna toneelachtig. Het is namelijk banaal om een minuut stil te zijn en niets te doen. Met een apparaat maken we loops, wat ons ook weer tot nieuwe inzichten brengt. Anderzijds werken we met loops om het publiek te amuseren.” 

Betreden jullie altijd nuchter het podium?
Marnix: “Vooralsnog wel, ja!”
Willem: “Als je laveloos op het podium staat, kun je een optreden niet afmaken. Wij maken muziek die veel aandacht vergt. Dat is ook wel zo eerlijk tegenover onze fans. Anders wordt het een vorm van masturbatie. Steeds maar op en neer en chaos op het einde.” 

Marnix: “We gaan vooral slordiger spelen als we dronken zijn, of wat dan ook. Iets dat we absoluut willen tegengaan.”
Willem: “Je moet ook van jezelf los kunnen zijn. In dit vak heb je niet perse hulpmiddelen nodig. Wij niet in ieder geval.”

Waar is eigenlijk jullie basgitarist?
Willem: “Niet. Het is zo lekker om met z’n tweeën te spelen. Geen compromis, je weet van elkaar wat je wilt. Dat is heerlijk. Je kan op deze manier lekker doorstomen.”

Marnix: “Driekwart van onze repetities zijn zelfs zonder drumstel en instrumenten. Het gaat ook op gevoel.”
Willem: “Ik hoef alleen maar ‘boem-tjak’ te roepen, en Marnix snapt wat ik bedoel. Dat doen we gewoon op ons gevoel.” 

Eigenlijk zijn jullie gewoon een tweede White Stripes?

Marnix: “Nee, absoluut niet! Ik zag laatst een filmpje van The White Stripes. Zij speelde een nummer, Jack White kwam op, ze wachtte even en begon een solo te spelen. Jack White is gewoon slecht.”
Willem: “Bij de White Stripes missen we wél de bas en alles. Het doet haast pijn aan mijn oren. Er mist gewoon iets essentieels.”
Marnix: “Maar je hebt natuurlijk ook nog The Raconteurs…”
Willem: “Die zijn ook slecht!” 
 

Let’s Go to Berlin’s debuut EP ‘It Ain’t Pretty but it Works’, is gratis te downloaden van hun website.