"O, nu ben ik zelf mis" mompelt Benjamin van Vliet bij het inzetten van 'Fascist'. Het tweede album van Moi, le voisin is niet direct wat je noemt een gladgestreken product van ongevaarlijke voorspelbaarheid geworden. Het zelfbenoemd akoestische punktrio kiest voor hobbelige weggetjes die de luisteraar langs stemmige folk, klezmer, abrupte eindes en vooral beklemmende liedjes naar een glorieus eindpunt brengt. Dat gelukkig wel.
'Idiots' heeft een wat merkwaardige hoes. We zien vier blonde kinderen. Geen van hen lacht, twee zijn wat in de weer met bloemetjes. De sublimale boodschap ontgaat ons een beetje, maar toch voelen we een soort weemoedige grimmigheid bij dit tafereel. Beide ingrediënten (weemoed, grimmigheid) lijken niet geheel toevallig ook twee constante factoren op de tweede plaat van Moi, le voisin. Eigenlijk passeert op bijna alle liedjes van Moi, le voisin het breekbare leven in zoveel gedaantes dat je er bijna echt verdrietig van zou worden. Is het leven dan zo moeilijk en zullen we er nooit echt helemaal inpassen?
Gelukkig komt tussen die, vaak wat ruwe, schetsen van mislukking, buitenstaanderschap en geknakte dromen ook nog een ander, verbroederend aspect bovendrijven: menselijkheid. Het best verwoord in 'My man in the River': "Let us show them al our failures, let us show them and not hide. Let them see us as we are, even if it’s ugly." Het lijkt wel alsof de band de luisteraar hiermee wil uitleggen dat alles wat we te horen krijgen niet direct op een conventionele manier mooi hoeft te zijn of hoeft te lukken, als het maar echt is. Echt en lo-fi.
Toch zijn er genoeg popelementen (zijn er eigenlijk zelfs popelementen in overvloed) om nooit te verdwalen in de wondere wereld van Moi, le voisin. In het met banjo begeleide openingsnummer 'After the riots, a ruin' zingt en speelt Jacco van Elst (This Leo Sunrise) mee. Het is gelijk al één van de hoogtepunten van het album en laat goed horen waar de kracht van Moi, le voisin ligt. De melancholie over het verlies van een liefde ademt tegelijkertijd een soort verlammende naïviteit uit. Geen woede, eerder onbegrip. En ook in het tweede nummer 'Fascist' is het de naïeve dromer die bedrogen uitkomt. Alleen en verlaten. In een bos. Aan mooie beelden geen gebrek op 'Idiots'.
Aan mooie liedjes overigens ook niet. 'Shoes', 'Birds', 'Sincerely', het zijn stuk voor stuk prachtige, karakteristieke liedjes ergens tussen Neutral Milk Hotel en R.E.M in, die opgeteld een kansrijke gooi doen naar een absolute toppositie in de eindejaarslijstjes. Met de wetenschap dat 'Idiots' een prachtige plaat is en Moi, le voisin donderdag in de Club speelt, moet u wel een waterdicht argument hebben wil u niet langskomen om die liedjes live eens te beoordelen.
Het album van Moi, le voisin is gratis te beluisteren op Last.fm.
Moi, le voisin: voor al uw herfstige dromen
Tweede plaat van akoestisch punktrio schot in roos
‘O, nu ben ik zelf mis’ mompelt Benjamin van Vliet bij het inzetten van “Fascist”. Het tweede album van Moi, le voisin is niet direct wat je noemt een gladgestreken product van ongevaarlijke voorspelbaarheid geworden. Het zelfbenoemd akoestische punktrio kiest voor hobbelige weggetjes die de luisteraar langs stemmige folk, klezmer, abrupte eindes en vooral beklemmende liedjes naar een glorieus eindpunt brengt. Dat gelukkig wel.