Stronteigenwijze Arno laat Tivoli zien waar Abraham de mosterd haalt

Aartsvader van de Belgische rock met nieuw album nog steeds relevant

Tekst: Das Bob / Fotografie: Reinier Asscheman, ,

Als je sommige artiesten moet geloven, dan is Rock & Roll zo dood als een platgereden pier. Zo niet Arno: de Belgische bard voelt het heilige vuur na ruim 30 jaar nog altijd in zijn onderbuik branden en laat in een goedgevuld Tivoli zien waarom Rock & Roll eenvoudigweg niet uit te roeien is.

De Nederlandse popmuziek heeft al jarenlang een groot probleem: het mist namelijk smoel. Een gemiddeld Nederlands bandje heeft de uitstraling van een bruine papieren zak en maakt muziek die net zo spannend is als een aflevering van "Zeg 'ns AAA". België daarentegen is al decennia lang een betrouwbare leverancier van eigenzinnige en getalenteerde muzikanten. Mannen als Stef Kamil Carlens, Tom Barman, Mauro Pawlowski en de Dewaele Brothers bewijzen al jarenlang dat een eigenwijze houding, in combinatie met een fijn gevoel voor muzikaliteit nog altijd de mooiste muziek oplevert.

De aartsvader van al deze snotneuzen is ongetwijfeld Arno Hintjens. Deze inmiddels 58-jarige "chansonnier moderne" uit Oostende maakte in de jaren '80 met TC Matic namelijk al buitengewoon originele New Wave toen deze knapen nog in hun luiers poepten. De band was dan ook een graag geziene gast in Utrecht, mede door de overrompelende podiumact van Arno die zichzelf al vloekend en tierend de kleren van het lijf rukte. Na het uiteengaan van TC Matic in 1985 begon Hintjens aan een solocarrière die hem regelmatig in de Domstad deed belanden. En ook dit jaar weet hij de weg naar de Oudegracht weer moeiteloos te vinden.

Aanleiding voor dit bezoek is zijn laatste cd 'Jus De Box' die dit jaar is verschenen. In het tweede nummer van dit album maakt hij meteen duidelijk hoe de klok er tegenwoordig voor staat in huize Hintjes: "I'm Not Into Hop (I'm Into Rock !)" Arno mist de anarchie in de rock van tegenwoordig en is van plan om Tivoli te laten zien hoe het werkelijk gespeeld moet worden. Om dit nobele doel te bereiken heeft hij een prima band om zich heen verzameld, waarin glansrollen zijn weggelegd voor gitaarbeul Geoffrey Burton en de ferm om zich heen meppende drummer Sam Gysel.

Maar de ster van de avond is natuurlijk Monsieur Hintjens zelf. Met zijn door sigaretten, bier en mosselen gerijpte stem spuugt hij zijn teksten (afwisselend in Engels, Frans en Vlaams) de zaal in en hanteert hij de microfoon alsof het de versnellingspook van een Formule 1-wagen is. Prachtige chansons als 'Les Yeux De Ma Mêre' en 'Lonesome Zorro' worden afgewisseld met gierende uitvoeringen van 'Ratata' en 'No Job No Rock'. En bij nummers als 'Mon Sissoyen' en 'Bathroom Singer' leeft Arno zich onbeschaamd uit in de rol van dronken geilaard, die met zijn jongeheer in de aanslag een madam probeert te overtuigen van zijn indrukwekkende viriliteit.

Wat opvalt is dat de nummers van 'Jus De Box' moeiteloos het niveau halen van zijn oudere werk. Vooral het swingende 'Miss Amérique' en de prachtballade 'Reviens Marie' hebben het in zich om toekomstige podiumfavorieten te worden en verdienen dan ook een "Appellation Arno Contrôllée''. Maar de nummers die de meeste bijval krijgen zijn natuurlijk de oude TC Matic knallers 'O La La La' en 'Putain Putain'. Laatstgenoemd nummer werd door de fans ooit uitgeroepen tot alternatief Europees volkslied en daarmee sloegen zij de spijker op de kop. Want Arno's roots zijn diep geworteld in de Europese traditie en niet ten onrechte beweert hij dat blues en rock ooit vanuit Europa naar de Verenigde Staten zijn overgewaaid en niet andersom, zoals vele Amerikanen ons willen doen geloven.

Deze man is het springlevende bewijs hiervan en daarom is het eeuwig zonde dat hij in Tivoli voornamelijk voor eigen parochie staat te preken. Zet hem volgend jaar gewoon op Festival deBeschaving om ook eens een ander publiek kennis te laten maken met dit geboren podiumdier. Geheid dat er een half jaar later een paar stronteigenwijze nieuwe bandjes de Utrechtse podia onveilig zullen gaan maken.

Gezien: Arno, Tivoli Oudegracht, zaterdag 22 september 2007