Vadertje Tijd heeft Lemonheads ingehaald

Grungepoppers van weleer brengen lawaaierige set in halfvol Tivoli

Tekst: Peter Bijl / Fotografie: Gerben Schmidt, ,

Van Smashing Pumpkins tot Pixies, van Dinosaur Jr. tot Buffalo Tom; iedere indielegende uit de grungegetinte dagen lijkt tegenwoordig de koppen weer bij elkaar te steken. Zo ook opper-Lemonhead Evan Dando, nog immer een songsmid van topniveau. Maar de tijd dat hij het publiek onvoorwaardelijk aan zijn lippen had hangen, lijkt verder weg dan ooit. The Lemonheads zaaide in een halfvol Tivoli vooral tweespalt.

Grungepoppers van weleer brengen lawaaierige set in halfvol Tivoli

Ze zijn tegenwoordig schering en inslag: al dan niet legendarische indiebands uit het grungetijdperk, die na mislukte solocarrières de koppen bij elkaar steken. Of, zoals in het geval van The Lemonheads, de kop. Want goedbeschouwd is Lemonheads natuurlijk niemand anders geweest dan Evan Dando hemzelve. Ooit, we schudden achteloos het magische jaar '1994' uit de mouw, icoon voor alle altomeisjes die Kurt Cobain te eng vonden. En die hun gevoelige kant liever via goedgeluimde popsongs wilden laten ontluiken. Ondertussen hunkerende blikken plaatsend richting de blondgelokte schrijver, die de perfecte popsongs onophoudelijk uit de mouw liet schudden. En die er zodoende bijna eigenhandig voor zorgde dat de albums 'It's A Shame About Ray' (1992) en 'Come On Feel The Lemonheads' (1993) als indiepopjuweeltjes uit het grungetijdperk de pophistorie ingingen. Maar ja, dat was 1994. Inmiddels weten we dat er nog 1 aardige plaat volge ('Car Button Cloth' uit 1996), dat Dando aan lager wal raakte, en na de eeuwwisseling verwoede pogingen deed een succesvolle solo-carriere uit de grond te stampen. Tevergeefs: 'Baby I'm Bored' (2003) kende een aantal prachtmomenten, zijn show dat jaar in de Helling eveneens, maar de naam van Dando werd door weinigen meer in de mond genomen. Zijn momentum was, op z'n zachtst gezegd, voorbij. Tijd voor de onvermijdelijke noodgreep: de terugkeer naar de naam Lemonheads. Onder welke naam afgelopen jaar een titelloos, lawaaierig, weinig opzienbarend album verscheen. Mooie melodieen schreef Dando nog steeds af en toe, maar urgentie: het was in geen velden of wegen te bekennen. En tijdens de Lemonheads-show in Tivoli was het helaas niet anders. Dando en zijn begeleiders - ritmesectie Vess Ruhtenberg (bas) en Devon Ashley (drums) van The Pieces - brachten het gevoel van de grungedagen helemaal terug, met een voortvarende set in sneltreintempo, die duidelijk liet horen dat ook Lemonheads ooit begon als punkband. Er gingen geen twee minuten voorbij, of er werd weer een hemelse melodie van weleer ingezet. Van 'Confetti' tot 'Ride With Me', van 'The Great Big No' tot 'My Drug Buddy': ook in het aangemeten punkjasje bleven het topnummers van jewelste. Maar toen de begeleiders na drie kwartier doorraggen van het toneel verdwenen, werd het pas goed duidelijk hoezeer Vadertje Tijd de Lemonheads heeft ingehaald. Dando begon aan een solo-intermezzo, dat uiteindelijk negen nummers voortkabbelde. Waar popfans en tienermeisjes vroeger aan zijn lippen hingen, dwaalden de gedachten van het halfvolle Tivoli - het Krezip-concert dat hier oorspronkelijk stond gepland vond nu plaats in een over-uitverkochte Helling - steeds sterker af. En vielen steeds meer gesprekken woord voor woord mee te genieten. Aan briljant songmateriaal bij Dando geen gebrek, aan spanningsbogen des te meer. Het slotakkoord met band - waaronder het nog immer sublieme 'Rudderless' - kon die jammerlijke gedachte niet meer terugdraaien. Het idee dat Lemonheads een gepasseerd station is, hoe godvergeten mooi sommige songs ook blijven. The Lemonheads. Gezien: donderdag 17 mei 2007, Tivoli Oudegracht.