Er is weinig mooier dan begeesterd raken door een onbekende band. Gisteravond in Tivoli was het zover tijdens het optreden van voorprogramma Big Low. Het Nederlands/Australische trio met roots in de traditionele country, folk en blues en laveert ergens tussen Giant Sand en Tom Waits.
Het zal een groot deel van het aanwezige publiek ontgaan zijn - afgaande op het onophoudelijke geroezemoes bij de bar - maar aan de voet van het podium vond een uiterst spannend en sfeervol optreden plaats. Imponerend was de prettig gestoorde en bezielde voordracht van Australiër Dan Tuffy en het gebruik van exotische instrumenten als een zingende zaag, een tweesnarige bas met een basdrum als klankkast en ijzeren castagnetten. Verrassend mooi.
Aan Stuurbaard Bakkebaard vervolgens de zware taak om het voorprogramma op zijn minst te evenaren. Het inmiddels Utrechts/Amsterdamse trio is ondertussen een jaar of vijf een buitenbeentje in de Nederlandse pop. Op haar derde en laatste schijfje ‘Whistle Dixie’ presenteert de band wederom een bonte mix van stijlen: gruizige blues wordt afgewisseld met weerbarstige punk, ingetogen ballades met tegendraadse rock, en dat alles overgoten met de groezeligheid die we van hun eerdere albums kennen.
De formatie heeft patent op eigenzinnige en inventieve nummers, daar waar veel Nederlandse bands voornamelijk risicoloos in het kielzog van anderen opereren. Associaties met De Kift, Tom Waits, Captain Beefheart en G. Love -waarvoor Stuurbaard Bakkebaard als voorprogramma fungeerde - zijn snel gemaakt. Soms slaat de experimenteerdrift een tikkeltje te ver door en ligt het risico op de loer dat door de afstandelijke en licht vervreemdende podiumperformance het geheel wat maniëristisch overkomt.
Maar op het moment dat de contrabassist wederom inzet voor een vettig rollende, groovy partij ben je eigenlijk alweer verkocht. Bij vlagen is de muziek van Stuurbaard Bakkebaard onweerstaanbaar swingend, cool en sexy, op andere momenten aangenaam vies, voos en ruig. En ingetogen prachtig bovendien in nummers als 'Down Fall' van hun voorlaatste album 'Mercedes'.
In Tivoli opent de band direct ijzersterk met het bluesy 'Home', openingsnummer en één van de prijsnummers van de laatste cd. Uiteraard speelt de band veel nummers van dat album, maar ook klassiekers als 'Lied van de Meeuwen', 'Ou est le Bonbon' en 'Tout Suit' ontbreken niet. De licht autistische presentatie van de zanger is niet bepaald publieksgericht, wel hilarisch; na ongeveer 10 nummers en ook nog eens tijdens de toegift: “Zo, de kop is eraf” en “Utrecht bedankt, gadverdamme”. Het drietal sluit af met de fraaie slide van 'Tokyo Surf' en een avant-gardistisch stukje als de bassist zingt door de trombone. Een band om te koesteren, dat is vanavond in Tivoli maar weer eens gebleken.
Stuurbaard Bakkebaard
Gezien: Tivoli Oudegracht, donderdag 8 september
Vuig en weerbarstig Stuurbaard Bakkebaard blijft boeien
Voorprogramma Big Low verrast met intense en sfeervolle set
Al een jaar of vijf ondertussen neemt Stuurbaard Bakkebaard een volstrekt unieke plek in de Nederlandse pop in. Het trio speelt een bizarre mix van uiteenlopende stijlen en koppelt vakwerk aan inventiviteit. In Tivoli werd weer eens duidelijk waarom dergelijke oorspronkelijke formaties gekoesterd dienen te worden. Voorprogramma Big Low bleek een waardige opwarmer voor de Utrechts/Amsterdamse formatie.