Opener Guitarfucker doet alles in zijn eentje. Met zijn rechterbeen bedient hij een bassdrum, en met zijn linker een snare. Met een electrische gitaar op schoot mompelschreeuwt hij de ene rommelblues na de ander het vermakelijk toekijkende publiek tegemoet. Verder wordt per nummer de mondharp in een beugeltje met veel geklik verwisseld voor een andere toonsoort. Na een paar nummers plakt hij met gaffertape ook nog snel even een Theremin op zijn bovenbeen voor een extra dosis willekeurige wiieoeww geluiden. Guitarfucker is, kortom, met name een act die 'leuk is om te zien'.
Deze Zwitserse mafketel is verder namelijk niet bepaald een virtuoos muzikant: met name het drumgebeuren gaat hilarisch mank aan willekeurige tempowisselingen en beatverlengingen en -verkortingen. Omdat hij ook niet bepaald gezegend is met zangtalent gaat zijn op zich leuke act na een minuutje of twintig wel wat vervelen. Dat hij daarna zijn helm afzet (waaronder een zonnebril met slechts 1 glas tevoorschijn komt) en nog zo’n twintig minuten doorgaat doet dan ook afbreuk aan de op zich grappige act.
Terwijl het publiek in de ombouwpauze buiten de zaal een biertje drinkt komen de heren van Dead Brothers hen met tuba en megafoon vanaf de ingang tegemoet om ze met lome blikken en indringend gestaar in processie mee de zaal in te nemen. Eenmaal op het podium blijft de band met uitgestreken smoelen spelen terwijl de zanger zijn eerste klaagliederen inzet.
De vier dooie broertjes blijken een breed arsenaal aan liederen en instrumenten te beheersen, waarbij de tuba moeiteloos de rol van basgitaar inneemt en banjo’s en trekzakken regelmatig de gitaren vervangen. Het is bijna onmogelijk om niet meegesleept te worden door de theatrale droogkloterige act die gedurende het optreden steeds expressiever wordt (zo worden we onder meer bestrooid met bankbiljetten 'From Hell'). De meeslepende songs -van Franse chansons tot Tom Waits-achtige dronkemansliederen, afgewisseld met covers van The Cramps tot Hank Williams- zorgen voor de nodige afwisseling. De band zelf blijkt fan te zijn van De Kift ('ondanks dat we er niets van verstaan'), en daar hebben ze zelf ook wel wat van weg. Maar dan met meer zwartgallige humor ('De Kist' dus…), lichter verteerbaar en wat uw recensent betreft dus een stuk leuker.
En hoewel dit soort muziek niet iedereen zal aanspreken blijft het grootste gedeelte van het publiek razend enthousiast. En wie dat niet is loopt het risico persoonlijk toegezongen te worden door de zanger, die met enige regelmaat in het publiek bivakkeert om deze en gene met veel drama door de megafoon toe te zingen. Waarop de band 'de uitslover' vervolgens ritueel vermoordt. om het hele circus vervolgens weer door te zetten op het podium. Wanneer de Dead Brothers besluiten met een lange, akoestisch in het publiek gespeelde toegift, blijft datzelfde publiek schreeuwen om meer. Uiteindelijk besluiten de Dead Brothers dan ook om na drie lange toegiften de zaal weer te verlaten, voordat ze zich helemaal doodspelen.
Mocht u onverhoopt komen te overlijden kan ondergetekende u na het zien van dit concert in ieder geval ten zeerste aanraden om de Dead Brothers in uw laatste wil op te nemen. Ze zijn waarschijnlijk de enige band op deze aardbol die in staat zijn om van uw uitvaart een toepasselijk feest te maken.
The Dead Brothers en Guitarfucker.
Gezien: dB's, dinsdag 20 april 2004.
Dead Brothers maken ook van uw uitvaart een topfeest
Zwitserse magere Heinen vuren pistolen en hoempapa af op dB's-publiek
Het knusse zaaltje van dB’s wordt steeds meer een cult-underground hangout voor popminnend Utrecht. Deze keer twee curieuze Zwitserse acts: bluesfriemelaar Guitarfucker en het doodgraverscombo Dead Brothers. En het zijn met name laatstgenoemden die er een boeiend en intiem optreden van maken, dat de meeste aanwezigen zonder enige twijfel nog lang zal heugen.