Hunting The Robot en The Vagary bouwen klein indiefeestje in Stage01

Prille indierockers behagen overwegend jeugdig publiek

Wouter de Waal ,

Heel veel gelegenheid om in Stage01 te komen is er de laatste tijd eigenlijk niet meer, maar deze zaterdag blijkt er dan toch een aardige reden om het kleinste zaaltje van 013 aan te doen: een avond met Hunting The Robot en The Vagary op het program. Deze twee frisse bandjes van vaderlandse bodem bieden samen een aangenaam mini-overzicht van de hedendaagse Nederlandse indiescene.

HUNTING THE ROBOT

Het spits wordt afgebeten door Hunting The Robot, een combo uit buurstad Eindhoven dat een feestelijke afrolook paart aan swingende nummers, waarin de invloed van het donkerste continent op aarde ook duidelijk hoorbaar is. Het behoeft dan ook niet te verbazen dat naast zang, gitaar en bas een zeer prominente rol is weggelegd voor ritme-instrumenten in dit ensemble: behalve de drummer treffen we ook een aanvullende percussionist aan op het podium. Met een dergelijke sterke basis zit het met de dansbaarheid van het geheel natuurlijk wel goed, hoewel het doorgaans jonge, maar ook nogal nette publiek zich niet echt makkelijk in beweging laat zetten. Toch doet de band met het wat dat aangaat nogal komisch genaamde 'Rigor Mortis' nog een fraaie gooi naar publieksparticipatie, dewelke met name door een opvallend actief vriendinnenduo overtuigend gehonoreerd wordt. Eén van die meiden heeft trouwens ook al een volumineus afrokapsel: leuk om te zien dat deze fiere haardracht tegenwoordig een bescheiden heropleving lijkt te kennen.

THE VAGARY

Vervolgens is het de beurt aan het Amsterdamse The Vagary om het publiek van wat fijne indiepop te voorzien. Waar bij de vorige band de gedachten als vanzelf uitgingen naar Afrika, verplaatsen ze zich bij deze act onwillekeurig naar de jaren tachtig, niet in de laatste plaats door de weliswaar ondersteunende, maar desalniettemin sterk kleurende aanwezigheid van synthlijnen in veel liedjes. Dat dit enigszins nostalgisch aandoende geluid al een tijdje bezig is aan een opmars in indiekringen, mag inmiddels wel bekend heten, zij het dan dat je bij dit jeugdige viertal (evenals bij het gros van de generatiegenoten) allerminst het gevoel krijgt dat men bewust naar het verleden aan het haken is. Deze jongens spelen ongetwijfeld gewoon wat ze goed vinden klinken, en hebben daarbij gelukkig ook het vermogen om aansprekende nummers te schrijven, die zoals gebruikelijk in de popmuziek veelal handelen over de liefde, met een stevige nadruk op de problematische aspecten ervan. Een mooi besluit van een behoorlijk amusante avond.